Kleingoed / Morrelen aan de Schrift
In het maartnummer van Kerkelijk Magazijn, een maandblad geredigeerd door drs. N. Scheps, stond een vraaggesprek met dr. W. Aalders, kort na diens 50-jarig ambtsjubileum. In dat vraaggesprek deed dr. Aalders een aantal uitspraken over de kwestie van 'het spreken van de slang' in Genesis 3. Deze uitspraken waren voor drs. A. G. Knevel, redacteur van het tweewekelijks tijdschrift Koers, aanleiding tot het stellen van enkele vragen aan ondergetekende. Het ging om een korte telefonische reactie, die ook kort en bondig werd weergegeven. Het Reformatorisch Dagblad nam een en ander over met als kop: 'Dr. Aalders staat in lijn van Geelkerken (na Schriftkritische uitspraken)'.
Dit alles heeft geleid tot een reactie van ds. D. van Heyst te Ommen in het Kerkblaadje van de 'Stichting Vrienden van dr. H. F. Kohlbrugge', dat hij samen met dr. Aalders redigeert. Ds. Van Heyst schreef onder de titel Dr. H. F. Kohlbrugge: De slang in het paradijs. Bijgaand treffen de lezers zowel de betreffende uitspraken van dr. Aalders, alsook de reactie van ondergetekende daarop en het stuk van ds. Van Heyst aan. We laten het geheel volgen door een verduidelijkend commentaar mijnerzijds.
Er is in de theologie nog veel meer aan de hand dan deze vraagstukken. Ik denk aan de kwestie van het Godsbeeld of van de visie op de Bijbel. Houdt u zich daar ook mee bezig?
Daar heb ik niet zoveel tijd en interesse voor. Mijn belangstelling gaat uit naar het zoeken en bevorderen van, en het bidden om een terugkeer van de persoonlijke heiligmaking. Als die zou plaatsvinden, zou de hele beoefening van de theologie ook anders worden. Er wordt over de bijbelbeschouwing en over de ware kerk vaak zo ongeestelijk gesproken. Op zo'n manier theologie bedrijven, dat ligt me niet. Ik acht het absoluut niet relevant of de slang nu wel of niet gesproken heeft. Er zijn voor mij belangrijker dingen.
Wat zegt u dan van het argument dat iemand die dat ontkent ook de opstanding van Christus uiteindelijk zal loochenen?
Dat kun je van zoveel dingen zeggen. Als je ergens begint gaat natuurlijk alles schuiven. Dat zie je ook. Dat proces is immers volop aan de gang. Maar wie beweert dat dit komt, omdat men de afwijking vanaf het begin niet heeft weerstaan, geeft er blijk van dat men de wortel kwijt is. Zo praten ontwortelden. Uit respect voor medechristenen die er zo over denken, zal ik er verder over zwijgen. Maar ik heb er totaal geen boodschap aan. Ik noem het tijdverspilling, als je daar je kracht aan besteedt.
Doet u zo deze medechristenen dan wel helemaal recht? Zij vinden het helemaal geen tijdverspilling. Het is voor hen een wezenlijk probleem.
Mijn houding tegenover deze problemen is zeker een gevolg van wat er in 1926 in de Gereformeerde Kerken is gebeurd. Mijn vader was gereformeerd predikant en ik ben dus opgegroeid in een gereformeerd gezin. Maar in 1926 koos mijn vader voor de Gereformeerde Kerken in Hersteld Verband. In het midden van die kerken heb ik belijdenis des geloofs afgelegd. Toen ik eindexamen gymnasium had gedaan, ben ik echter overgegaan naar de Nederlandse Hervormde Kerk, omdat ik van plan was theologie te gaan studeren en dat nooit wilde doen binnen de kring van het Hersteld Verband, Ook wilde ik niet aan de Vrije Universiteit studeren. Ik heb lang geaarzeld tussen de universiteiten van Leiden en van Utrecht en ben toen toch naar Utrecht gegaan.
Van wat er op de synode van Assen en daaromheen is gebeurd en wat zich veelal nog voordoet binnen de gereformeerde groeperingen, heb ik een grondige aversie gekregen. Het is kleingoed. Daarmee zal ik mij nooit inlaten. Er zijn zoveel belangrijker dingen. Alle gereformeerden waren het trouwens met de beslissing van de synode van Assen ook niet eens. Ik heb er heel wat gekend die er net zo sceptisch tegenover stonden als ik en die spraken van een theologisch ziekteverschijnsel. Het was volgens mij trouwens ook een speciaal Nederlands theologisch ziekteverschijnsel. Mijn afkeer ervan is dus traumatisch bepaald.
(Dr. W. Aalders in Kerkelijk Magazijn, maart 1986).
Morrelen aan de Schrift
Dr. W. Aalders was in 1971 een van de opstellers van het Getuigenis, samen met o.m. ir. J. van der Graaf, secretaris van de Gereformeerde Bond. Dus een telefoontje met Huizen (N.H.) gepleegd.
'Ik moet uit de uitspraken van dr. Aalders concluderen, dat hij een fundamenteel andere visie op de Schrift heeft dan de gereformeerde theologie. Zijn uitspraken zijn volledig in strijd met art. 2-7 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis. Hij plaatst zich op één lijn met Geelkerken en andere schriftkritische theologen. Ik vrees dat Aalders twee bronnen heeft, nl. de Schrift én de tijd waarin we leven.''
Mensen die vasthouden aan het gezag van de Heilige Schrift noemt hij ontworteld?
'Ik begrijp daar niets van. Wie vasthoudt aan de historiciteit van de Heilige Schrift, heeft vaste grond, heeft dus een wortel. Wie Gen. 1-3 loslaat, laat de wortel los, en wie aan het begin van de Schrift gaat morrelen, gaat uiteindelijk ook aan het eind morrelen.'
Hoe kan een man als dr. W. Aalders deze opvattingen hebben?
'Omdat hij niet wortelt in de gereformeerde theologie. Ik heb grote bewondering voor hem, daar waar hij de tijdgeest onderkent, maar ik heb in alle boekrecensies ook altijd geschreven dat hij niet Calvijns denkt. Daarom kan hij de historiciteit van de Schrift loslaten.'
Zou u opnieuw met dr. W. Aalders samen een Getuigenis kunnen opstellen?
'Dan zou er fundamenteel doorgesproken moeten worden. Bij het Getuigenis waren vogels van diverse pluimage betrokken, dat wisten we, maar we waren één in onze afwijzing van een bepaalde messiaanse theologie. Maar u moet die vraag niet aan mij stellen: ik betwijfel of Aalders het nog een keer zou doen.'
Want in een nieuw Getuigenis moet zeker het gezag van de Schrift aan de orde komen?
'Precies.'
A.G. Knevel in Koers 25 april 1986
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 mei 1986
De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 mei 1986
De Waarheidsvriend | 16 Pagina's