Bevestiging van kandidaat W. Meijer tot predikant van de Reformed Church of America
Van maandag 9 januari tot maandag 16 januari was ik te gast bij onze vriend en broeder W. Meijer en zijn vrouw in Fort Macleod, Canada. Ford Macleod is een stadje gelegen in de provincie Alberta in de direkte omgeving van de Rocky Mountains.
Sinds oktober 1987 is onze vriend en broeder daar werkzaam als voorganger van de kleine gemeente die daar enkele jaren geleden is ontstaan, en begeerde de Hervormd Gereformeerde prediking te mogen horen. Een aantal in deze omgeving wonende emigranten van Hollandse origine heeft in de loop van de tijd deze wens kenbaar gemaakt bij het Hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond. Na ampele besprekingen werd omgezien naar een predikant, die deze jonge gemeente geestelijke leiding kon geven.
Een- en andermaal werd een beroep uitgebracht, echter zonder positief antwoord. Tenslotte werd na kennismaking en een tijd van oriëntatie kand. Meijer, wonend in Katwijk aan Zee, bereid gevonden deze taak op zich te nemen.
Toen hij met zijn gezin in het najaar van 1987 naar Fort Macleod vertrok, moest er organisatorisch en kerkordelijk nog heel wat geregeld worden. In de eerste plaats moest deze gemeente in het kerkverband van de R.C.A. worden opgenomen. Ambtsdragers verkozen worden en een nieuwe gemeente geïnstitueerd. Een klein jaar geleden, ik meen voorjaar 1988, kreeg het een en ander- zijn beslag. Br. Meijer werd toen, omdat hij nog geen predikant was, als ouderling met bijzondere opdracht aan de nieuwe gemeente van Fort Macleod verbonden. Hij kreeg toen de bevoegdheid om binnen het genoemde kerkverband voor te gaan in de bediening van het Woord. In de nazomer van hetzelfde jaar kwam het verheugende bericht dat er toestemming was verleend om hem als predikant te bevestigen. Als zijn oudmentor verzocht hij mij bij deze bevestiging, mede namens het H.B. aanwezig te zijn. Ik heb daar dankbaar gebruik van mogen maken, door op de uitnodiging in te gaan. Deze voor ds. Meijer, zijn gezin en gemeente zo vreugdevolle gebeurtenis heeft plaatsgevonden op donderdag 12 januari.
De dag begon met grote spanning. De gemeente van Fort Macleod beschikt (nog) niet over een eigen kerkgebouw. Vandaar dat de morgendienst op de zondag plaatsvindt in de hall van een basisschool in Fort Macleod zelf, en de middagdienst in een kerkgebouw van de R.C.A., ongeveer 60 a 70 km. verderop, en wel in Monarch. De bevestigingsdienst zou plaatsvinden in het kerkgebouw van de Chr. Ref. Church in het plaatsje Nobleford, nog verder gelegen dan Monarch.
Vanwaar de spanning? Door de heftig opgestoken wind en de daardoor ontstane sneeuwverstuivingen werden de wegen onbegaanbaar. De vraag was of de dienst wel kon doorgaan en of Nobleford voor gemeenteleden en predikanten, die van heinde en ver moesten komen, wel bereikbaar was. Zou de dienst doorgang kunnen vinden? Het werd een zaak van beproeving en voor ieder die bij de dienst betrokken was ook een zaak van gebed.
We hebben het met z'n allen als een gebedsverhoring gezien, toen in de loop van de middag de wind enigszins begon af te nemen en we, zij het met grote moeite en voorzichtigheid, Nobleford via gevaarvolle wegen mochten bereiken. Groot was de verwondering en de dankbaarheid toen de bevestigingsedienst om ongeveer kwart voor acht in de avond kon beginnen.
Zeven predikanten, te weten ds. Steve Allison uit St. Albert, ds. Charles Kleinhesselink uit Calgary, ds. Charles W. Krahe uit Grand Rapids, ds. William Sanford uit Edmonton, ds. Art van der Meulen eveneens uit Calgary en ondergetekende namen deel aan de bevestigingsdienst.
Ds. Kleinhesselink opende dienst met votum en groet, waarna hij het gebed uitsprak en de gemeente verzocht te zingen Psalter 268. Het gebruikte Psalterboek bevat alleen berijmde gedeelten van de Psalmen en dateert uit 1902.
Na het zingen beklom ds. Krahe de kansel voor de Schriftlezing en de prediking. Op indringende wijze hield hij een bijbelsgereformeerde preek over de tekst uit Marcus 1 : 3: 'De stem des roependen in de woestijn: Bereidt de weg des Heeren, maakt Zijn paden recht'. Hij legde vooral de nadruk op het persoonlijk geloof waarin het God te doen is om de redding van de zondaar door het bloed van Christus, met als konsekwentie de heiligmaking des levens.
Hij sloot de preek af met een gebed om de zegen over het verkondigde Woord. Na het zingen van Psalter 51 bad ds. Van der Meulen alvorens hij een uiteenzetting gaf over het ambt van Dienaar des Woords, ontleend aan het klassieke formulier voor de bevestiging van een predikant.
Hij stelde kandidaat Meijer de bevestigingsvragen, waarop deze antwoordde: 'Yes, truly with all my heart'. (Ja ik, van ganser harte.)
Vervolgens vond de Ordination plaats, d.w.z. de eigenlijke bevestiging door de handoplegging, waaraan alle predikanten deelnamen, gevolgd door gebed en voorstelling van de dienaar aan de gemeente. Dit deel van de dienst stond onder leiding van de bevestiger ds. Kleinhesselink.
Hierna legde ds. Allison uit aan de gemeente wat de taak van een Dienaar des Woords is. Opnieuw ging hij voor in gebed.
Het nu volgende gedeelte van de dienst heeft mij bijzonder aangesproken. De belijdende leden van de gemeente werden verzocht op te staan en hun werd gevraagd of zij de nieuwe dienaar in de Naam van Christus als broeder en dienaar van Christus wilden ontvangen, het Woord der waarheid uit zijn mond wilden aannemen als Gods Woord, hem wilden bemoedigen in zijn ambtelijke taak, met gebed wilden ondersteunen tot welzijn van de kerk van Christus en ook voor zijn levensonderhoud zorg wilden dragen, zolang hij hun dienaar mocht zijn. De belijdende leden antwoordden op deze vragen gezamenlijk met 'We do' (Dat beloven wij te doen).
De hele gemeente wordt dus onder de belofte gesteld van trouw aan Gods dienaar. Ik vond dit bijzonder aansprekend, omdat elke vrijblijvendheid van de gemeente ten opzichte van de predikant de pas wordt afgesneden. Het zou iets kunnen zijn om over na te denken, dat ook de gemeente, als zij een predikant ontvangt voor Gods aangezicht verantwoordelijk wordt gesteld. Ds. Sanford benadrukte vervolgens de taak van de gemeente en verklaarde dat gemeente en dienaar aan elkaar verbonden waren, waarna hij ook dit gedeelte weer met gebed besloot.
Hierna kregen allen die daartoe behoefte hadden de gelegenheid om een kort woord tot ds. Meijer en zijn gezin te spreken. Zelf heb ik dankbaar van de gelegenheid gebruik gemaakt en heb ds. Meijer als vriend en broeder met zijn vrouw, kinderen en gemeente Gods zegen toegewenst. We waren dankbaar dat ook de ouders van ds. Meijer deze dienst konden meemaken en hebben ook hen in onze toespraak vanzelfsprekend betrokken.
Na het zingen van Psalter 397 beklom ds. Meijer de kansel, waar hij in zijn dankwoord zijn blijdschap uitsprak dat God hem tot deze heilige roeping verwaardigd had.
De gemeente, zijn vrouw, kinderen en ouders mocht hij als van God gegeven geschenk zien en dank brengen voor de liefde die hij van hen mocht ondervinden. Als eigen predikant legde hij voor de eerste keer de zegen op de gemeente. Aan het eind van de dienst was er een vreugdevolle ontmoeting met vele gemeenteleden die hun vreugde over dit gebeuren duidelijk kenbaar maakten.
Duidelijk werd dat zij deze dienaar uit de hand des Heeren mochten ontvangen. Groot is de blijdschap dat God gebeden wilde verhoren en geloof schonk om door vele zorgen en moeilijkheden heen vol te houden. Verwondering dat hun hoop op God niet beschaamd gemaakt is.
In de late avond reden we met een dankbaar hart huiswaarts, door de inmiddels weer in heftigheid toegenomen sneeuwstormen en over hier en daar gladde wegen. De predicator ds. Krahe, met wie we ten huize van broeder Meijer fijne gesprekken hebben gehad, een man wie de gereformeerde belijdenis en prediking lief is en er uit leeft, aanvaardde diezelfde avond nog de terugreis. Dat betekende voor hem een autorit van ongeveer drie uur naar de grens van Amerika, en de volgende dag een treinreis van 27 uur. Onze gebeden vergezelden hem en de Heere heeft hem veilig bewaard.
Zondag 15 januari woonden wij de Engelse dienst bij in de school in Fort Macleod, waar onze collega Meijer, in aansluiting op zijn bevestiging een warme bijbels gefundeerde prediking hield over 2 Korinthe 5 : 18-20.
's Middags mocht ik in een Hollandse dienst het Woord bedienen in de kerk te Monarch. Al met al hebben we een korte, maar rijke tijd met elkaar doorgebracht in Canada. Dankbaar ben ik dat ik namens de Gereformeerde Bond deze dienst heb mogen meemaken. Dankbaar voor de gulle gastvrijheid ten huize van br. Meijer en zijn vrouw genoten. Dankbaar voor de fijne ontmoetingen met diverse gemeenteleden, die van geestelijk gehalte waren. We willen u vragen de gemeente van Fort Macleod, ds. Meijer en zijn gezin in uw voorbede te gedenken. God zegene zijn arbeid.
Wij hopen tevens dat de Heere de weg zo mag leiden dat de broeders en zusters in Ontario, met name in Norwich en Woodstock, die wij daar ook mochten ontmoeten in de nabije toekomst uit Gods hand tot het vormen van een gemeente mogen komen en een eigen predikant mogen ontvangen.
H. Visser
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 februari 1989
De Waarheidsvriend | 16 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 februari 1989
De Waarheidsvriend | 16 Pagina's