De Waarheidsvriend cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van De Waarheidsvriend te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van De Waarheidsvriend.

Bekijk het origineel

Over de zekerheid van het geloof (1)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Over de zekerheid van het geloof (1)

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Blijvende actualiteit

Het onderwerp dat wij hier aansnijden mag zich doorgaans verzekerd weten van een goede belangstelling. Telkens opnieuw worden werkers in de pastorale zorg geconfronteerd met vragen die liggen op het terrein van de geloofszekerheid.

Menig artikel werd aan dit onderwerp gewijd. Diverse boekwerkjes verschenen, vaak met een pastorale handreiking naar de mens die worstelt om tot zekerheid te komen van zijn verlossing. Het valt dan ook niet al te moeilijk om een aantal namen te noemen. We denken aan G. Wisse, T. Hoekstra, C. den Hertog, C. Graafland, A. de Reuver, J. C. Ryle, en niet te vergeten Herman Bavinck, wiens boekje 'De zekerheid des geloofs', in het begin van deze eeuw, maar liefst drie drukken beleefde. In 1954 vond prof. dr. G. C. Berkouwer deze pennenvruchten nog steeds zo waardevol, dat hij het graag ter lezing aan bevool.

Troost

Het moet ons allen raken wanneer wij Job met grote stelligheid verzekering horen doen van het heerlijk feit dat hij weet dat zijn Verlosser leeft! (Job 19 : 25). En hoe indrukwekkend klinken niet Davids woorden in Psalm 23? 'Al ging ik in een dal van schaduwen des doods, ik zou geen kwaad vrezen, want GIJ zijt met me, Uw stok en staf vertroosten mij.' In de brief aan de Romeinen (8 : 23-39) is het Paulus die in volle zekerheid van het geloof juicht, dat niemand hem scheiden zal van de liefde van God, die in Christus Jezus is. Deze enkele voorbeelden uit de Heilige Schrift zouden gemakkelijk met vele andere te vermeerderen zijn. En laten we vooral ook niet voorbijgaan aan de stoere taal die klinkt in onze belijdenisgeschriften. Op de eerste bladzijde van de Heidelberger belijdt een Christgelovige zijn rotsvaste geloof. Hij weet zich geborgen in de liefdehanden van God in Christus, zijn trouwe Zaligmaker. HIJ kocht hem met Zijn dierbaar bloed en verloste uit de macht van zonde en duivel.

Deze wetenschap geeft rust temidden van alle onrust. Ontspanning temidden van alle spanningen. Troost bij alle smartelijke gebeurtenissen. Uitzicht als het lichaam en de geest aftakelen. Het doet een weerwoord hebben als satan plaagt en eigen hart veroordeelt. Welk een machtig vooruitzicht, eenmaal de eerkroon te zullen dragen!

Het geeft aan onze levensgang iets dat indruk maakt op anderen. Het wint in voor de zaak van de grote Koning!

In zijn boek 'Onuitsprekelijke vreugde' (De Banier, 1995) merkt dr. D. M. Lloyd-Jones op, dat wanneer wij onzeker, twijfelachtig en aarzelend zijn omtrent onze relatie tot Christus, dat zonder meer ook invloed hebben zal op ons getuigen. We zullen advocaat zijn, en geen getuige. Wanneer wij niet verder kunnen komen dan 'te hopen dat we behouden zijn', zal er weinig van ons op anderen uitgaan. We zullen ze door onze woorden niet overtuigen en winnen voor het Koninkrijk van Christus. De zekerheid van het geloof is terecht wel genoemd de werfkracht van de kerk. Wat met name in het boek 'Handelingen' opvalt, is het sterke getuigenis dat van christenen uitging in de wereld.

Zij waren zo zeker van hun zaak, dat ze bereid waren zich voor de wilde dieren te laten werpen, of ter dood gebracht te worden. Zo was het ook in de tijd van de reformatie. Ook toen weer zwierf een bezield christendom uit over de wereld. En door het vaste getuigenis van eenvoudige mannen en vrouwen heeft God grote wonderen verricht. Het werd gevoeld dat deze getuigen gestuwd en gedragen werden door een innerlijke overtuiging, die van hogere oorsprong was dan alle zekerheden die de wereld zonder God heeft. En dit besef wilde de Heilige Geest gebruiken om degenen die ten dode wankelden diezelfde zekerheid te doen zoeken. Velen kwamen door het getuigenis dat uitging van de handel en wandel van Gods kinderen, tot geloof.

Onderscheid

Geloofszekerheid is natuurlijk heel iets anders dan de 'valse gerustheid', waarvoor de Heere waarschuwt in Zijn Woord (Amos 6 : 1). Er bestaat immers ook een concluderend geloof, dat vaststelt dat men een kind van God is, maar de omgang met de levende Christus niet werkelijk kent.

Wie herinnert zich niet de figuur 'Onkunde ', uit het bekende boek van John Bunyan, 'De Christenreis naar de Eeuwigheld? ' De man die bij nadere kennismaking 'een vreemde in eigen hart, een vreemde in het recht van God, een vreemde in de weg der zaligheid' blijkt te zijn. 'Jezus werd hem nooit dierbaar als de Enige die zijn schuld wou boeten en de straf dragen' (ds. C. den Boer, 'Een vreemd'ling hier benee', Utrecht, 1984). Hij weigert zich te laten waarschuwen. Hij weet het allemaal wel. Tenslotte vindt hij de veerman 'IJdele hoop' bereid hem over te zetten. Maar gekomen aan de overzijde van de Doodsjordaan komt de ontnuchtering. Zijn hoop blijkt slechts een ijdele hoop te zijn!

We bedoelen er dit mee te zeggen. Het onderscheid tussen de ware en valse zekerheid moet ons leiden tot zelfonderzoek voor Gods aangezicht.

Het geloof

Op de vraag hoe we aan vastheid en zekerheid komen is maar een antwoord mogelijk, en wel: door het geloof. Met sterke nadruk wijst Calvijn er ons op dat het de Heilige Geest is, Die het geloof in onze harten werkt door het Woord. Geen geloof zonder de Geest! Het Schriftgetuigenis in Zijn handen veroordeelt en spreekt vrij. Zeer grote waarde hechten de reformatoren en hun werkelijke nazaten dan ook aan het nauwkeurig bestuderen van het Woord. De Schrift is de leerschool van de Heilige Geest, aldus de Geneefse hervormer (Inst. III, 21, 3).

Door het Woord dat ons is toebetrouwd schept God het geloof in onze zielen. En door hetzelfde Woord versterkt HIJ wat HIJ er werkte.

Gevraagd naar wat geloof eigenlijk is, antwoorden de opstellers van de Heidelberger Catechismus in Zondag 7, vraag/antwoord 21, met 'kennen en vertrouwen'. Wanneer wij kennen zullen we ook vertrouwen. We zullen onszelf toevertrouwen aan Hem Die wij leerden kennen als volkomen betrouwbaar. Denk maar aan wat de dichter van Psalm 9 zegt: 'Die U kennen zullen U vertrouwen'.

Geloof is weleens vergeleken bij een mes. De Heilige Geest snijdt ons af van alle zelfverzekerheid en eigengerechtigheid. HIJ maakt los van het eigen 'ik' en van de gedachte dat we Gods gunst kunnen verdienen op grond van iets van ons. HIJ doet ons omkomen in onszelf om in Christus te ontkomen.

Zoals een bloem zich naar het licht richt, de kompasnaald naar het noorden en zoals de magneet ijzer aantrekt, zo trekt het geloof waarvan de Heilige Geest Auteur is, altijd op Christus aan. Wij kiezen niet voor Jezus, maar nemen gelovig toevlucht tot Hem. De levende Zaligmaker wordt omhelsd. En waar dat gebeurt ben ik rechtvaardig voor God.

Het wonder van Gods genade dat eerst nog steeds buiten mij lag, komt nu midden in mijn leven te staan. Er is een ontmoeting gekomen met de levende Christus door het geloof, dat de in Zijn Woord aangeboden Zaligmaker aanneemt op voorstel van vrije genade alleen.

Trappen

Maar nu moeten wij oppassen. In dat geloof zijn trappen. In de Dordtse Leerregels, hoofdstuk 5, par. 9, lezen we dat de gelovigen verzekerd zijn van hun verkiezing tot zaligheid, naar de mate van het geloof. Er is een zwak geloof en er is een sterk geloof. Zo horen wij het ook in de Bijbel. Je kunt iets vasthouden met zwakke handen, maar ook met sterke handen. Evenwel zal niet de mate van ons geloof ons behouden, wel de echtheid ervan. En wat doet dat echte geloof? Het antwoord is reeds gegeven. Christus omhelzen! Het gaat de gelovige dus om Christus. Ons geloof is niet het fundament, slechts instrument! Christus is het Fundament van mijn zaligheid. Hem moet ik hebben.

John Rogers, een Engelse puritein die leefde in de 17e eeuw, schrijft ergens 'net zo goed als een krachtige hand voedsel naar de mond kan brengen om het lichaam te voeden en te verzorgen, zo kan ook de zwakke hand dat. Het lichaam wordt niet gevoed door de sterke hand, maar door het voedsel'.

Hij wil er maar mee zeggen, dat het zwakste geloof net zo goed deel heeft aan Christus als het sterkste geloof. Ook het zwakste geloof maakt ons tot Zijn leden. Want ook het zwakste geloof neemt een sterke Christus aan. Zouden het alleen maar sterke ogen geweest zijn die in de woestijn naar de koperen slang hebben gezien? De Heere Jezus heeft ook niet gezegd: een ieder die een groot geloof heeft zal behouden worden, maar een ieder die gelooft. En of dat geloof nu zwak of sterk is, het reinigt het hart van dode werken. Zelfs het zwakste geloof heeft een volkomen Zaligmaker. Ongeloof denkt groot van zichzelf en klein van God, maar hoe anders daarentegen het geloof. Al is het nog zo klein, het denkt steeds groot van de Heere.

Onzekerheid

De Bijbel zelf onderscheidt dus tussen zwak geloof en sterk geloof. En dat is ook de ervaring van Gods kinderen de eeuwen door.

Alle gelovigen zijn zonder meer zeker van Christus, anders zouden ze zich niet met hun hele zaak aan Hem hebben durven toevertrouwen. Echter is niet ieder van Gods kinderen even krachtig verzekerd van zijn aandeel in Christus.

Geloof en bestrijding sluiten elkaar niet uit, maar veeleer in.

Geloof is zeker van zijn zaak. Maar de gelovige kent wel bestrijding. Zijn zaak wordt bestreden. En nu zien wij dat een zwak geloof veel meer voor bestrijdingen open ligt dan een sterk geloof. Denken wij niet gering over de aanvallen van de vorst der duisternis. Een ouderwetse uitdrukking zegt terecht dat kapers het niet voorzien hebben op een leeg schip, maar wel op een schip waarin een kostbare lading ligt opgeslagen. Zo zal de duivel eigen werk niet aanvallen, maar wel Gods werk! Dus is geloofszekerheid een betwist bezit, omdat het geloof een aangevochten zaak is.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 oktober 1996

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Over de zekerheid van het geloof (1)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 oktober 1996

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's