De vreze des HEEREN (5)

De vreze is actief

In de artikelen die ik tot nog toe schreef kon ik de indruk hebben gewekt dat de vreze des HEEREN een nogal passief begrip is. Men moet deze zijn toegedaan en op zijn best is de vreze een leidend beginsel.

Maar deze is zelf ook actief. Deze is min of meer een drijfkracht in het leven van de gelovige.

Ik kan allereerst wijzen op Spreuken 16:6 waar geleerd wordt dat 'men door de vreze des HEEREN wijkt van het kwade'.

Dr. L. A. Snijders merkt in zijn verklaring op De Spreuken op dat het eerste deel van vers 6 - 'door goedertierenheid en trouw wordt de misdaad verzoend' - meer aandacht kreeg in de synagoge in de kerk dan het versdeel over de vreze. Dat lijkt vreemd want voorkomen van de zonde is nog altijd beter dan genezen.

De vreze des HEEREN schept zelf afstand tussen mij en de misstappen die ik zou kunnen begaan en deze doet mij ook weer de blijdschap kennen van in Gods Gunst te mogen delen.

Het is goed hierop te letten om de waarde van de Godsvreze ook goed in te schatten.

De betrachting van deze vreze gaat boven het bezit van genade uit. Een man of vrouw die genade mag kennen wordt daardoor nog niet beveiligd tegen de zonde. Denk maar aan Abram toen hij Farao om de tuin leidde met een halve waarheid in Egypte. Denk maar aan David, toen hij viel met Bathseba. We ontzeggen beide Bijbelheiligen de genade van God niet, maar zij kwamen ten val. Maar wie de vreze des HEEREN beoefent ziet de zonde op afstand gezet. En wie voor de zonde bewaard wordt, ziet zich behoed voor schade door de zonde en verdriet over de zonde.

In Job 28 : 28 vinden we 'een prachtige brug geslagen' tussen wat ik in dit onderdeel opmerkte en in het volgende ter overweging geef.

De vreze brengt voordeel aan

Ik merkte al op dat vooral in de wijsheidsliteratuur de vreze des HEEREN zulk een grote plaats inneemt. U/jij ziet dat ook in de 'wijsheids'psalmen terug. Vooraf aan Psalm 34 : 12, waarin de opwekking klinkt die vreze bij te brengen klinkt in vs. 10 en 11 de boodschap dat Gods heiligen Hem moeten vrezen, omdat zij dan geen gebrek zullen lijden in tegenstelling tot de jonge leeuwen, die maar moeten zien of ze op de jacht een prooi kunnen vangen. En na vers 132, kunnen we zeggen, geeft de psalmist een heel praktische schets van het leven van hem of haar die eerbiedig jegens en daardoor afhankelijk van de Heere leeft.

In Psalm 111 : 10 wordt eerst het bekende woord uit Spreuken 1 : 7 herhaald; daarna wordt bezongen dat 'allen die de vreze des HEEREN doen goed verstand hebben'. De vreze des HEEREN in praktijk brengen verschaft de beoefenaar een goed inzicht in de dingen van God en van Zijn Koninkrijk. Een enkele vertaler wil blijkbaar de waarde ervan opwaarderen door de woorden 'goed verstand' weer te geven met 'een goed loon'!

De vreze en de Messias

Hoe verrassend is de blijde adventsboodschap van Jesaja 11! Er komt een Rijsje voort uit de afgehouwen tronk van Isai. De Messias verschijnt en Hij brengt het Rijk van de vrede mee. De vreze des HEE­REN zal Hem niet onbekend blijven, integendeel! Zijn rieken/ruiken is er zelfs in! Sommigen verklaren deze bijzondere uitspraak zo dat de adem van de toekomstige Messias de Godsvreze is; anderen geven deze woorden weer in de zin van: Hij ruikt met vreugde/proeft blij de smaak van de vreze des HEEREN'. Zijn lust is dus eenvoudigweg daarin.

In tegenstelling tot de wereldveroveraar uit die tijd, de heerser van Assyrië, die in eigen kracht en wijsheid roemt (10 : 13) put Deze zijn kracht en wijsheid uit Gods Geest. Vaak lezen we in het Oude Testament dat Deze Geest op mensen komt zoals op Mozes, op Saul, op profeten. Maar heel in het bijzonder is Gods Geest het deel van de Messias. Zelfs zeven maal wordt Deze genoemd in betrekking tot Hem. Dus de volheid van de Geest in al de verschillende gaven is Hem gegeven. En paarsgewijze wordt een zestal opgesomd. Vers 3a is, zoals ik al zojuist liet zien, niet eenvoudig weer te geven. Wanneer we de woorden letterlijk houden 'en Zijn rieken zal zijn in de vreze des HEEREN' dan wordt bedoeld dat deze vreze voor Hem een aangename reuk zal wezen. Deze vreze is het object van Zijn welgevallen, Hij heeft er heilig behagen in om in die vreze te ademen, te leven en te werken.

Welk een beeld wordt zo en hier van de komende Verlosser geschetst. Wie zou Hem niet willen kennen? En deze steeds door de Godsvreze geleide Immanuël heeft om met de woorden van het klassieke Avondmaalsformulier te spreken 'voor Zijn gemeente ook de levendmakende Geest verworven'.

Laat de overdenking van Hem u/jou zoet zijn.

In nog een artikel wil ik op de 'Godvrezenden' in het Nieuwe Testament wijzen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen