Verslag jaarrekening Gereformeerde Bond 1998

Het financieel verslag dat wij vorig jaar uitbrachten over 1997 heeft veel aandacht gekregen. Dat was niet verwonderlijk. Vele jaren was men vertrouwd met een jaarrekening van de Gereformeerde Bond die steeds met een positief saldo afsloot. Ten opzichte daarvan viel het jaarverslag van 1997 met een negatief saldo van ruim ƒ 380.000,– nogal uit de toon. Een deel van de dagbladpers meende daarin zelfs een trendbreuk te zien en mogelijk het begin van een situatie van verminderde financiële steun voor het werk van de Gereformeerde Bond.
Om misverstanden hierover uit de weg te ruimen hebben wij er in onze toelichting op de jaarvergadering nog eens op gewezen dat het jaar 1997 in financieel opzicht een uitzonderlijk karakter had. Een eenmalige last voor verbetering met terugwerkende kracht van de pensioenvoorziening van de algemeen secretaris en uitzonderlijk lage baten uit nalatenschappen. Zou voor deze factoren gecorrigeerd zijn, dan zou de jaarrekening van 1997 zich weinig onderscheiden hebben van verdere rekeningen. De schommelingen in de bedragen voor de gebruikelijke baten en lasten bleven ook in 1997 binnen de marges, die we jaarlijks te zien krijgen.
Wel is er in hetzelfde jaarverslag op gewezen, dat de inkomsten over de afgelopen tien jaar grosso modo op hetzelfde niveau zijn gebleven, terwijl de kosten in diezelfde periode met zo'n 25% zijn gestegen. Daarom heeft het hoofdbestuur zich vorig jaar mei in een brief tot de gemeenten gericht, waarin voor deze ontwikkeling aandacht is gevraagd en erop gewezen is, dat het wenselijk is dat de structurele uitgaven zoveel mogelijk door reguliere stabiele inkomsten gedekt worden.
In dit verband is eveneens besloten de ledencontributie, die al vele jaren op ƒ 10,– staat, op ƒ 15,– per jaar te stellen.

Het effect van het schrijven aan de gemeenten is verheugend geweest zoals uit bijgaand verslag over 1998 blijkt. Ten opzichte van 1997 zijn de inkomsten met ongeveer ƒ 50.000,– gestegen, verdeeld over het leerstoelfonds, de collecten en de overbetalingen op de contributies. Het hoofdbestuur is daar zeer dankbaar voor. Als het echt nodig is blijkt een beroep op de gemeenten(leden) niet vergeefs te zijn. Dat is bemoedigend. Want gezegd moet worden, dat de mogelijkheid van zo'n beroep reëel aanwezig blijft, gezien het feit dat in 1998 het saldo Verenigingsactiviteiten (evenals trouwens in de jaren daarvoor) weer fors negatief is. Nu met een bedrag van ƒ 434.933,–. Gelukkig wordt dit gecompenseerd door de renteopbrengsten ter grootte van ƒ 216.509,– en bijzondere inkomsten van voornamelijk legaten en erfenissen à ƒ 245.962,–. Maar dit betekent de bestendiging van een situatie, waarin de vaste, jaarlijks terugkerende kosten van de Gereformeerde Bond voor een belangrijk gedeelte gedekt worden door incidentele inkomsten. Hoewel de Gereformeerde Bond een traditie kent, waarin jaarlijks ruime inkomsten uit nalatenschappen worden ontvangen, blijft deze bron van inkomsten, die een ongewis karakter heeft, een kwetsbaar punt. In onze meerjarenbegroting krijgt dat aspect dan ook speciale aandacht.

Zoals opgemerkt is een deel van de genoemde inkomstenstijging van ongeveer ƒ 50.000,– te danken aan de toegenomen giften bij contributies. Wij zijn daarvoor zeer erkentelijk en spreken graag het vertrouwen uit dat de verhoging van de contributie naar ƒ 15,– hierop geen nadelige invloed zal hebben.
Het ledenbestand is in 1998 opgeschoond en daardoor met enkele honderden verminderd, een verlies, dat door de aanwinst van nieuwe leden aan het begin van dit jaar overigens ruimschoots is gecompenseerd. Ledenwerving zowel onder jongeren als ouderen zal blijvend onze aandacht hebben.
Voor de goede orde zij hierbij nog opgemerkt dat het lidmaatschap van de Gereformeerde Bond en het abonnement op de Waarheidsvriend niet aan elkaar gekoppeld zijn. Daarover schreef de algemeen secretaris in de Waarheidsvriend.
Wat de Lasten betreft zien we een vermindering ten opzichte van vorig jaar van zo'n ƒ 40.000,–. Het grootste deel hiervan betreft het Studiefonds. De uitgaven ten behoeve van de ondersteuning van theologische studies schommelen altijd met het aantal studenten, dat subsidie aanvraagt en de promotiestudies, die worden afgerond. In 1998 liggen deze getallen lager dan in 1997.
De kosten van Bestuur en vereniging komen in 1998 lager uit dan het jaar daarvoor maar zijn nog hoog vanwege extra vergaderingen en commissiewerk in het kader van SoW, alsmede de gratis verspreiding van brochures en publicaties in verband hiermee aan de kerkenraden en andere ambtelijke vergaderingen.
De kosten van Conferenties en vergaderingen zijn extra belast door de speciale predikantenconferentie over de prediking, de buitengewone ledenvergadering en de commissie inzake de bijbelvertaling. Voorts bleek voor de jaarlijkse predikantenconcio en de jaarvergadering in 1998 een grotere bijdrage nodig dan in het jaar daarvoor.

Ook in de resultaten van de exploitaties hebben zich enkele belangrijke verschuivingen voorgedaan. Wat de Waarheidsvriend betreft is het streven erop gericht de abonnementsprijs laag te houden en het exploitatieresultaat gemiddeld over de jaren niet hoger dan kostendekkend te doen zijn. Na jaren met een positieve uitkomst te zijn geëindigd, laat 1998 een tekort zien van bijna ƒ 22.000,–. Dit is vooral toe te schrijven aan de verschijning van een nunmier meer dan in 1997.
Voor Theologia Reformata werd het negatieve saldo verminderd doordat het orgaan uitkwam met een geringer aantal pagina's en dankzij de verhoging van het abonnementsgeld.
De Financiële rentebaten zijn bijna ƒ 20.000,– hoger dan in 1997. Dat is te danken aan het feit, dat ons een erfenis van ƒ 280.000,– in beheer is gegeven, die in 10 jaarlijkse termijnen naar twee begunstigde gemeenten moet worden uitgekeerd. In die periode komen de rentebaten van het uit te keren bedrag ten goede aan de Gereformeerde Bond. Dat is een welkome versterking van onze rentebaten, te meer daar we in dit lopende jaar en het jaar 2000 een aflossing van ƒ 600.000, aan hoog rentende obligaties tegemoet kunnen zien. Gelet op de huidige lage rentestand komt dat ons op minstens 5% rentevermindering te staan, wat correspondeert met ƒ 30.000,– lagere rente-inkomsten. In het verslagjaar 1998 hebben we echter nog geprofiteerd van de hogere opbrengst. Hierdoor en dankzij de bijzondere baten is de rekening van 1998 op ƒ 1.650,– na sluitend. Als eindresultaat een alleszins bevredigende uitkomst.
De werkzaamheden, waaraan de ontvangen gelden werden besteed, mogen onze kerk ten zegen zijn. Allen, die aan de totstandkoming van de middelen hebben bijgedragen, ook op deze plaats onze hartelijke dank.

L. van der Waal, penningmeester

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen