Geloofsbrief op tafel
LUKAS 5 : 30-32
Ondertussen wordt er bij brood en wijn door sommigen (Levi) genoten van Christus' aanwezigheid. Terwijl door anderen (meer) hogelijk gewaardeerd wordt de gastvrijheid van hun collega, waarbij zij niet nalaten kunnen wat van terzijde de rabbi Jezus van Nazareth te bekijken. En dat alles in een ietwat gewijde, een weldadig aandoende sfeer?
Maar die wordt ruw verstoord door het optreden van buitenstaanders: 'En hun schriftgeleerden en de Farizeeën murmureerden tegen Zijn discipelen' (vers 30). 'Hun schriftgeleerden en Farizeeën', de rechtzinnigen onder de joden. Mensen, die het als hun roeping zien om het volk bij de Schriften te bewaren. Zij het in die zin, zoals zij dat verstaan, in een wettische zin. Al eerder hebben zij zich laten horen, hun afkeuring uitsprekend over het optreden van de Godsgezant, Welke Jezus zegt te zijn (5 : 21). Vertrouwen zij Hem niet? Houden zij Hem daarom in de gaten? Is het daarom, dat zij gebruik gemaakt hebben van de toegankelijkheid van Levi's huis? Zich dan verspreid hebbend onder de aanwezigen, richten zij zich, naar blijkt, speciaal tot Jezus' discipelen. Stijf gaande in hun vermeende rechtzinnigheid en erop uit om hen in hun jong geloofsenthousiasme te treffen. Hun redenering is even wettisch als formeel: 'Waarom eet gij met tollenaren en zondaren?' Zo hun halfluide afkeuring. Hun eigenlijke boodschap is duidelijk: werkelijk godsvruchtige mannen onderhouden geen vriendschap met hen die de Wet van God met de voeten treden. Dit incident, het zoveelste voorbeeld van geharrewar onder theologen? Ik zou het veelmeer willen zien als een typisch opereren van de duivel. Toch steeds erop uit om verwarring te stichten. Kon het zijn een breuk te bewerkstelligen tussen God en Zijn volk. Praktijken, waarbij de boze bij voorkeur gebruik maakt van de hulp van andere mensen. Als van schriftgeleerden. Maar ook van venijnige doch voze criticasters van het christelijk geloof. Laten vooral zij die nog jong zijn in het geloof hiervan nota nemen. Mocht men het ook hopen, echt, we leven niet in een geloofsvriendelijke wereld. Dat te beseffen hoeft overigens geen afbreuk te doen aan het onbevangen omgaan met anderen.
De evangelist Lukas laat ons hier in het ongewisse: of er wellicht een algemene verlegenheid ontstaan is. Gevolgd door een klemmende stilte. Op dat: 'waarom eet en drinkt gij met tollenaren en zondaren?' Of moet je hier veelmeer denken aan de waakzaamheid van de Eregast, Jezus van Nazareth? Ik zou het vooral op dat laatste willen houden. Naar blijkt, kalm en waardig, maar toch ook krachtig in Zijn formuleren, maakt Hij allen er deelgenoot van, van wat Hem in het algemeen beweegt in Zijn optreden. Zeggende: 'Die gezond zijn hebben de medicijnmeester niet van node, maar die ziek zijn' (vs. 31). Toch wel het geluid van iemand met een nobele inborst! Moeten velen zulks niet van binnen uit beamen? De herinnering aan de redding van de verlamde kan hierbij voor de geest gekomen zijn. Dat is het, wat Jezus gezegd wil hebben: zoals een rechtgeaarde arts naar de zieke medemens omziet, vooral naar hen, zo ongeveer Hij. Is Hem dat euvel te duiden, of juist niet? Voelen schriftgeleerden en Farizeeën zich nu beschaamd; en anderen bemoedigd? Naar blijkt is het voorbeeld van een arts in zijn doen slechts een opstapje. En wel om daar, te midden van dat publiek Zijn geloofsbrief op tafel te leggen. Hoe men Hem moet zien? Welke de missie is, Hem toebedeeld van hogerhand? Allen moeten het weten: 'Ik ben niet gekomen om te roepen rechtvaardigen, maar zondaren tot bekering', vers 32.
Een compacte zin. Maar opgeladen met evangelie. Neem maar dat: 'Ik ben (niet) gekomen'. Wie heeft zich ooit zo kunnen of mogen voorstellen. Een man, zeker, van God gezonden. Met als hoge roeping: 'te roepen - zondaren'. Heeft ooit tevoren iemand zo kunnen roepen, namelijk zondaren tot bekering. En dat met een krachtige, inwendige roeping, uitkomend in vernieuwing van het hart en verandering van het leven. Zo dan in een enkele volzin, Zijn missie, Zijn taak. Temeer tot uitdrukking brengend de hoogheid van Zijn persoon. Het heilrijke van Zijn zending. Met als welsprekend getuige daarvan, die tollenaar daar. Levi. Maar heeft Hij dan aan anderen, de rechtvaardigen of wie zij ook van zichzelf menen te zijn, heeft Hij aan die geen boodschap? Zeker wel. Namelijk, dat Hij is gekomen om zondaren te roepen. Hij kent de mensen slechts als zondaren! Zo dan een voorname passage uit Zijn geloofsbrief. Voorlopig moet dat voldoende zijn. Daarom noemt Hij niet, wat Hem verder te doen staat, om zondaren rechtens te kunnen roepen tot boetedoening. Te weten, onnoemelijk veel lijden om hun zonden te verzoenen.
Daarom houden we het ook hierbij, bij dit woord van een hoog waarheidsgehalte: 'Ik ben niet gekomen om te roepen rechtvaardigen, maar zondaren tot bekering'. Ongetwijfeld, dit woord is nog steeds van kracht. Want, hoewel verhoogd, ten hemel opgenomen, Hij gaat door met zondaars te roepen middels de bediening van het evangelie. Een naam als Lydia valt er hier te noemen. Kerktijd als de tijd van krachtige roepingen. Of dat geweten mag worden en aangegrepen. In het evangelie ook, nodigt Hij mensen, bepaald bij hun zonden en daarom in grote verlegenheid terechtgekomen, uit om naar Hem om te zien. Om Zijn werk aan hen te voleindigen. En wie tot dusver niet verder kwam dan de droeve constatering van een hart als van steen, ziehier het doen van een hartendief. Maar wie genoeg heeft aan rechtzinnigheid op zich of aan de wijsheid van deze wereld, die zij gewaarschuwd. Want wie zich ergert aan de Gezondene van de Vader, betaalt dat met de prijs van zijn leven. Onder de bedrijven door is Levi geheel uit de schijnwerper geraakt. Toch wel goed. Evenwel, heeft hij ooit tevoren zo helder zijn naam horen noemen, die van zondaar. Naar ik stellig meen, met instemming. En heeft hij ooit eerder zo Jezus van Nazareth in het hart mogen kijken? Naar ik stellig meen met verwondering en dankbaarheid. Het vervult me met dankbaarheid, dit gesprek mee te hebben gemaakt.
P. H. BREUGEM, BARNEVELD
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 februari 2001
De Waarheidsvriend | 16 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 februari 2001
De Waarheidsvriend | 16 Pagina's