BOEKBESPREKING

G. de Lange

Bijbelse toekomstverwachting. Wat we kunnen weten over de eindtijd, wat we mogen hopen en wat we moeten doen.

Uitg. Toetssteen, Westerveld (Dr.); 320 blz.; € 19,90.

Van de hand van ds. G. de Lange, emeritus predikant van de Nederlandse gereformeerde kerk in Ede, verscheen een studie over bijbelse toekomstverwachting. Zijn doctoraalscriptie aan de Theologische Universiteit Apeldoorn over de verwoestende gruwel in Daniël en in de evangeliën dient als basis voor het boek dat nu verschenen is. De schrijver gaat allereerst de betekenis en de herkomst van de verwoestende gruwel in het boek Daniël na en onderzoekt hoe deze uitdrukking in de evangeliën functioneert. De auteur komt tot de conclusie dat de verwoestende gruwel voor Jezus het ultieme teken van de eindtijd is. In de brieven van de apostel Paulus aan de gemeente van Thessalonica is de openbaring van de mens der wetteloosheid een andere aanduiding voor wat elders de verwoestende gruwel wordt genoemd. De uitleg van Openbaring beslaat het grootste gedeelte van het boek. De wijze waarop Christus als de Mensenzoon Zich aan Johannes openbaart, lijkt als twee druppels water op wat Daniël heeft gezien (zie Daniël 10:5,6), zodat de samenhang tussen Daniël en Openbaring direct zichtbaar is. De opening van het zevende zegel speelt een kardinale rol in zijn uitleg, omdat dit het begin markeert van de eindtijd waarover Jezus in Markus 13 gesproken heeft. De eindtijd wordt vanaf de opening van het zevende zegel steeds onder een ander gezichtspunt belicht. Er is geen sprake van chronologische voortgang van de geschiedenis. Zo is, volgens de schrijver, de duizend jaar uit Openbaring 20 een bepaalde invalshoek om de eindtijd te beschrijven en niet meer dan dat. De duizend jaar en het loslaten van de satan zijn met Jezus’ hemelvaart ingegaan en beschrijven de periode van hemelvaart tot wederkomst onder een bepaalde belichting.

Bij het lezen van dit boek is het soms even puzzelen hoe de stukjes in elkaar passen. Het thema van de verwoestende gruwel en de opening van het zevende zegel als begin van de eindtijd geeft echter steeds weer richting aan de betoogtrant, waardoor de samenhang van lieverlee duidelijk wordt. Dat geeft verrassende doorkijkjes, zonder dat de schrijver pretendeert het laatste woord te hebben gesproken of het laatste, ontbrekende puzzelstukje te hebben gevonden. Wel is de schrijver er diep van overtuigd dat het meer dan tijd is om de Bijbel op het punt van de eindtijd intensiever te onderzoeken, omdat God Zelf bezig is meer en meer prijs te geven van Zijn toekomstig handelen. Prof. dr. J. Hoek schreef een nawoord bij dit boek, waarin hij in enkele trefwoorden de hoofdzaak van de christelijke toekomstverwachting samenvat.

M.A. KUIJT, WIJK (BIJ HEUSDEN)

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen