DS. J. DEN BESTEN (1922-2016)
IN MEMORIAM
Op zaterdag 27 februari overleed ds. J. den Besten. Hij mocht de gezegende leeftijd van 93 jaar bereiken.
Jacob den Besten werd op 22 november 1922 te Brandwijk geboren. Na het gymnasium ging hij theologie studeren. Op 5 maart 1950 werd hij in de hervormde gemeente te Babyloniënbroek tot predikant bevestigd. Vandaar ging hij in 1954 naar Dirksland en in 1961 naar Huizen. Van 1976 tot aan zijn emeritaat op 1 december 1987 stond hij in Ede. Daarna was hij vijf jaar geestelijk verzorger in het zorgcentrum Bethanië en verleende hij tot zijn 82e jaar pastorale bijstand in de Oude Kerkgemeente te Ede.
TROUWE HERDER
Wij hebben ds. Den Besten leren kennen als een trouwe herder en leraar van de gemeente. Hij had echter niet alleen liefde voor de gemeente die hij dienen mocht, maar ook liefde voor heel de kerk. De ontwikkelingen in de kerk baarden hem meer dan eens grote zorgen, maar ondanks alles bleef hij de vaderlandse kerk trouw en kon hij zich er niet van losmaken. De verbondstrouw van God was hierin voor hem zeer wezenlijk.
Hij stond als predikant voluit in het gereformeerde belijden. Hij zag het gereformeerde belijden als de beste vertolking van de Heilige Schrift. De liefde voor het Woord des Heeren was bij hem sterk aanwezig. Hij verkeerde graag in zijn studeerkamer te midden van zijn boeken en bestudeerde de teksten in de Bijbel vanuit de grondtaal. Zo werden zijn preken zorgvuldig voorbereid. Hij wilde een verantwoorde exegese van de tekst geven. Zijn preken waren zonder enige opsmuk of franje, maar gaven een duidelijke uitleg van de tekst met de bijbehorende toepassing. Hij probeerde zo goed mogelijk het Woord van de Heere bij de harten van de hoorders te brengen, opdat zij tot bekering en geloof in Jezus Christus zouden komen en ook zouden groeien in de kennis en genade van Jezus Christus.
Het was zijn bescheidenheid dat hij onlangs nog zei: ‘De jongere predikanten kunnen nog beter dan ik gedaan heb, het Woord des Heeren aan de harten van de mensen leggen.’
ZACHTMOEDIGHEID
Het was kenmerkend voor hem dat hij de ander altijd voortreffelijker achtte dan zichzelf. Dat was geen valse bescheidenheid. Dat meende hij werkelijk. Hij had geen hoge dunk van zichzelf. Zijn bescheidenheid, integriteit en zachtmoedigheid maakten hem geliefd bij zijn collega's. Iemand zei eens: ‘Als je met ds. Den Besten onenigheid krijgt, dan ligt dat echt aan jezelf.’ In grote getrouwheid en liefde heeft deze dienaar van het Goddelijke Woord het Evangelie vele malen mogen verkondigen in het midden van de gemeente. Nooit zal mijn vrouw de avondmaalspreek vergeten waarin hij als tekst Psalm 34:9 had: ‘Smaakt en ziet dat de HEERE goed is’, een uitnodigende, liefdevolle preek. Hij wilde de mensen heenleiden naar Christus toe en verlangde ernaar dat de oprecht gelovigen het kostbare lijden en sterven van de Heere Jezus Christus tot volkomen verzoening van al hun zonden, zouden gedenken bij brood en wijn.
JONGEREN
Hij was niet alleen een geliefd prediker maar ook trouw in het pastoraat. Hij bezocht de mensen in hun geestelijke en lichamelijke noden. Hij liet zich er echter niet toe verleiden om buiten de grenzen van zijn eigen wijkgemeente pastoraat te bedrijven. Hij wist zich geheel verantwoordelijk voor de eigen wijkgemeente. Daar hield hij zich strikt aan.
Mij trof ook de zorg die hij had voor het opgroeiende geslacht. ‘De jongeren hebben het in onze tijd niet gemakkelijk’, zei hij meer dan eens. Hij was zich bewust van de gevaren en verleidingen die er voor de jongeren zijn. Hij kon hen ook liefdevol waarschuwen.
***
Ds. Den Besten mocht in zijn leven veel steun van zijn vrouw, Jannie, ontvangen. Zij stond hem altijd trouw terzijde en kan in dankbaarheid terugzien op de vele goede jaren die de Heere hen heeft geschonken.
In volle geloofsovergave mocht hij heengaan, om bij zijn Heere en Heiland Thuis te komen. Dat is voor Jannie een rijke troost, maar ook voor de kinderen en de (achter) kleinkinderen.
Met grote dankbaarheid denken we terug aan deze trouwe dienstknecht van God, die een teer gebedsleven kende. In priesterlijke bewogenheid legde hij de noden en zorgen neer in Gods handen en dankte God voor de zegeningen.
Het is door de genade van God dat hij op deze wijze in de dienst van de Heere mocht staan. Hij zal geen eer voor zichzelf willen opeisen maar de Heere alle eer en roem willen geven. Dat mag hij nu in volmaaktheid doen in de hemelse heerlijkheid voor het aangezicht van de Heere.
DS. D.C. FLOOR, EDE
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 11 maart 2016
De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 11 maart 2016
De Waarheidsvriend | 24 Pagina's