ds. G.F. Smaling
1939-2025
Op 2 maart overleed in zijn woonplaats Oegstgeest ds.Gerrit Filip ( Gé ) Smaling, enkele dagen voor zijn zesentachtigste geboortedag. Op 7 maart 1939 was hij geboren in Amersfoort. Boven aan de rouwkaart staat: ‘Ik ben gedoopt.’
Nadrukkelijk vermeldde hij in zijn levensbeschrijving gedoopt te zijn in de Sint-Joriskerk door ds.K.J. van den Berg, die jaren later de grootvader bleek te zijn van Roos van den Berg.
In zijn jeugd maakte op catechisatie ds. A. den Hartog diepe indruk op hem. Toen is ook het begin van zijn roeping ontstaan. Op zijn achttiende werd hij ingeschreven aan de faculteit Theologie in Utrecht.
Schoonrewoerd, Dussen-Hank en Wierden
Zes jaar later werd hij predikant te Schoonrewoerd. In de pers werd hij getypeerd als ‘broekje op de kansel’. Hij was toen de jongste predikant. Na vijf jaar volgde hij met zijn vrouw en twee kinderen de roeping naar Dussen-Hank, in het land van Heusden en Altena. Hij zag in dat hij zo moest besluiten. Veel werk wachtte hem, omdat van de tien gemeenten in de ring Heuden er vijf gemeenten vacant waren. In die periode was hij ook docent aan het Willem van Oranje College in Waalwijk. Het gezin werd uitgebreid met nog eens twee kinderen
Opnieuw volgde er na vijf jaar een volgende roeping naar Wierden. Van Brabant naar Twente: wat een verschil in volksaard. Nieuw voor hem was ook het samenwerken met drie collega’s, leiding geven aan de classis Deventer en onderdeel uitmaken van de Zwolse colloquiumdelegatie. Daarnaast gaf hij ook nog les in Almelo.
Rijnsburg en Leiden
Na acht jaar werd het Rijnsburg, een veelkleurig bloemendorp, waar hij naar eigen zeggen helemaal zich-zelf kon zijn. Zijn periode daar besloeg ook acht jaar. Daarbij was hij voorzitter van classis Katwijk en het colloquium in Utrecht.
Zijn laatste gemeente lag slechts vijf kilometer verder, in de Marekerk te Leiden. Opnieuw een wereld van verschil. In de elf jaar daar was het zwaar worstelen met het Samen-op-Weg-proces. Dankzij veel liefde en steun in de wijk bleef hij staande. Ook werd hij bemoedigd door contacten met de kerk in Roemenië.
Altijd en overal was hij verwonderd over Gods trouw aan Zijn Woord, in verkondiging en pastoraat, op en onder de kansel. Na achtendertig dienstjaren mocht hij met vervroegd emeritaat. Bij zijn afscheid van Leiden werd hij verrast met een Liber amicorum.
In de tijd van zijn emeritaat verrichtte hij tot zijn 80ste nog hulpdiensten in Leiden, Wassenaar en Oegstgeest. Ook genoot hij van zijn kook- en bakkunst, en van zijn (gezamenlijke) pianospel.
‘Steigerwerk van het ambt’
Over zichzelf zei hij nooit veel. Bij persoonlijke vragen gaf hij meestal ontwijkende reacties. Toen ik hem ooit vroeg de belangrijkste dingen uit zijn leven op papier te zetten bevatte zijn beknopte beschrijving toch een persoonlijke ontboezeming: “Mede door het ‘steigerwerk van het ambt’ heeft de Here God mij bij de les van het evangelie gehouden en Hij heeft zijn roeping van vroeger nooit losgelaten, integendeel! Samen met Roos ben ik daarin altijd gesterkt.”
Zo blijven zijn vrouw, kinderen, klein- en achterkleinkinderen getroost achter. En zij niet alleen.
Op maandag 10 maart vond zijn begrafenis plaats naast de Grote of Laurentiuskerk te Rijnsburg, voorafgegaan door een rouwdienst in deze kerk.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 13 maart 2025
De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van donderdag 13 maart 2025
De Waarheidsvriend | 24 Pagina's