Het Verbond
REFERAAT,
gehouden op de Predikantencontio van de GeTeiormeerde Bond, op 8 September 1953 te Utrecht. Bijbels-Theologische- Studie.
VIII. (Slot)
Tenslotte willen wij nog enkele opmerkingen maken, welke tot verdere overdenking en uitwerking mogen leiden.
1) Is het niet zo, dat de Bijbelse leer des Verbonds licht werpt over verschillende theologische en kerkelijke vraagstukken en dat doordenking van wat de Schrift ons leert aangaande het Verbond, ons bewaren kan voor eenzijdigheden ?
2) Leert ze ons niet, wat de grondslag en het wezen der ware religie is ? Ze handhaaft tenvolle de verhouding tussen Schepper en schepsel, spreekt van een bijzonder voornemen Gods, van bijzondere openbaring, en snijdt zo alle Pantheïstische en Deïstische verwording van de religie, met alle gevolgen daarvan, af.
3) Ze stelt duidelijk bij het ondejscheid, de wezenlijke éénheid van Oud en Nieuw Testament in het licht.
4) Het éénzijdig op de voorgrond stellen van de gedachte van het Koninkrijk Gods, zoals dat tegenwoordig wel gebeurt, doet aan bepaalde gegevens van de Schrift, als de diepere noties omtrent de verzoening van Christus b.v. te weinig recht. Die komen echter meer tot hun recht als men doordenkt over wat de Schrift ons aangaande het Verbond Gods openbaart. Liggen die in de Schrift niet verbonden, het Koninkrijk Gods en het Verbond ?
5) Ook in verband met de Nieuwere Theologie is het goed te doordenken wat de Schrift ons aangaande het Verbond openbaart. Het werpt licht over de Transcendentie en Immanentie Gods, •over de schepping en over de verhouding, daar gelegd tussen God en mens, en ze laat zien, hoe de openbaring Gods in de geschiedenis ingaat.
6) Ook tegenover de Romaniserende tendenzen in ons kerkelijk leven heeft de doordenking van wat de Schrift ons aangaande het Verbond openbaart, haar betekenis. Het houdt ons bezig met de vraag naar de grote betekenis van het Woord Gods en met de verhouding van Woord en Sacrament, en met wat genade eigenlijk is en hoe de gegemeenschap met God tot stand komt en beoefend wordt.
7) De leer des Verbonds brengt ons •ook in de kwesties van de functie der Wet en van de verhouding van Wet en Evangelie.
8) De leer des Verbonds bepaalt ons tevens in biji; ondere zin bij de grote betekenis van het werk van Christus en laat ons dat zien in zijn verbanden. Ze bewaart ons voor weke, oppervlakkige Jezus-verering, doch ze doet ons met grote eerbied iets verstaan van de 'diepten en wijdten van Zijn werk. Terwijl ze verder ons het werk des heils •doet kennen als een groots werk van de Drieënige God.
9) In verband hiermede zien wij juist in de leer des Verbonds de grote betekenis van het geloof en van de rechtvaardiging 'door het geloof, en hoe dit geloof niet is zonder de heiligma- / king en vernieuwing des harten.
10) De leer des Verbonds werpt alle eigengerechtigheid en eigenverdienstelijkheid neer, in welke vorm die ook opduikt, hetzij in Joods-Farizeïstische zin, waarbij men uit zijn werken gerechtvaardigid begeert te worden, hetzij in Remonstrantse zin, waarbij men het geloof tot grond van de vergeving maakt.
11) Wat de Schrift ons aangaande het Verbond openbaart, waarschuwt ons tegen alle veruitwendiging van de Verbondsverhouding tussen God en de mens. Want de eis en de noodzakelijkheid van persoonlijk geloof en bekering mogen nooit van hun kracht beroofd. (De Gereformeerde Kerken !).
12) Anderzijds maant het ons af van een individualistische opvatting van het werk des heils en van een pogen om de verhouding van Verbond en verkiezing, en van verkiezing en menselijke verantwoordelijkheid te systematiseren. (De Gereformeerde Gemeenten). Gods Waarheid is niet te vangen in een systeem, — voor ons eigen leven, voor ons kerkelijk leven beroven wij ze dan van haar kracht, .; ; — wij moeten er in het geloof uit leven.
13) De leer des Verbonds bepaalt ons bij het feit, dat zalig worden geheel Gods werk is, doch ze brengt anderzijds de eis van geloof en bekering in haar volle gewicht naar voren, en 'doet het ongeloof als grote zonde, zién.^Zo bepaalt ze ons ook bij de grote troost, voor de gelovigen in het Verbond gelegen, maar tevens bij de betekenis van het Verbond voor de opvoeding en het onderwijs oaizer kinderen.
14) De leer des Verbonds snijdt alle Antinomianisme af, én' alle Doperse wijding.
15) Ze geeft eschatologische uitzichten, want ze wil uiteindelijk onze geest gespannen zetten op de heerlijkheid van het Nieuwe Jeruzalem!
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 3 juni 1954
De Waarheidsvriend | 8 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van donderdag 3 juni 1954
De Waarheidsvriend | 8 Pagina's