Pastoraat aan achterblijvenden
Suïcide: een triest relaas (2, slot)
‘Op papier heb ik het goed voor elkaar, maar ik voel me zelden gelukkig.’ Een populaire 24-jarige YouTuber bekent al jaren te worstelen met het leven. Wat is goede pastorale zorg voor wie in mentaal zwaar weer verkeert?
Het gaat niet goed met onze mentale gezondheid. Vooral die van jongeren verslechtert sinds de coronalockdowns. Bij Chris, de christelijke evenknie van de Kindertelefoon, gaat één op de tien chatgesprekken over zelfdoding. Het aantal suïcides onder dertigminners steeg sinds 2013 met bijna 17 procent, ondanks dat Nederland op de vijfde plaats staat van de wereldgeluklijst. Verlies aan toekomstperspectief, onveiligheid, klimaatverandering, de woning- en energiecrisis, verwarring over het eigen geslacht, echtscheiding en huiselijk geweld zijn bouwstenen voor mentale nood, met name onder jongeren.
Gevarenzone
Psychisch lijden is complex. Er is verschil tussen denken over de dood als uitweg uit problemen en deze als enige mogelijkheid overhouden, zelfmoordplannen maken en pogingen ertoe doen. Als omstanders hiervan signalen opvangen, moeten alarmbellen gaan rinkelen. Zelfdoding komt in alle lagen van de bevolking voor.
Een opmerkelijk feit is dat opvallend meer mannen dan vrouwen de hand aan zichzelf slaan. Risicofactoren voor suïcide zijn autisme, een psychose, depressie, seksueel misbruik, emotionele verwaarlozing in de jeugd, pestgedrag, een relatiebreuk of een ander trauma. Ook een gok- of pornoverslaving kan iemand in de klem brengen, vooral als iemand zich ook in de schulden werkt. Schaamte maakt eenzaam en dat laatste is niet ongevaarlijk. Het Trimbos-instituut en 113 Zelfmoordpreventie zien te veel mensen met een uitkering in de gevarenzone. Uitkeringsinstantie UWV heeft inmiddels een team van specialisten dat helpt bij geldzorgen. Daarom is het goed in de kerkelijke gemeente ook op elkaar te letten en waar nodig de diakenen op nood te attenderen.
Luisterend oor
Spreek bij suïcide vooral niet over ‘kiezen voor de dood’, zoals bij euthanasie. Mensen die zichzelf doden ervaren helemaal geen keuzevrijheid. Wie van kiezen spreekt, maakt hen tot daders, tot moordenaars. Pastoraat luistert nauw. Zeker wanneer iemand diepgaand vervreemd is geraakt van zichzelf. Veroordeling van gevoelens is niet pastoraal. Een luisterend oor is het minste wat we kunnen bieden. Tegelijkertijd kan dat veel betekenen voor de ander. Soms zijn mensen dusdanig diep beschadigd dat vertrouwen gereduceerd is tot nul. Ze deden te veel teleurstellingen op en stootten te vaak hun hoofd, misschien wel in de kerk.
Een mens die ‘dit leven’ niet meer wil, heeft ruimte voor verdriet en boosheid, voor wanhoop en machteloosheid nodig. Dat betekent niet dat we destructieve gedachten en plannen bevestigen. Het spreekt vanzelf dat een pastor niet op de stoel van psycholoog of psychiater gaat zitten. We kunnen iemand die zich nog buiten het hulpcircuit bevindt, aanmoedigen met de huisarts contact op te nemen. Adequate hulp vragen en toelaten is geen teken van zwakte.
Voorzorg
Na zelfdoding is pastoraat aan de achterblijvenden cruciaal. Goede nazorg is tevens voorzorg, omdat nabestaanden gemakkelijk depressief en zelfs suïcidaal kunnen worden. Deze vorm van crisispastoraat kan wel eens de moeilijkste vorm van herderlijke zorg zijn. Nog meer dan anders wegen we onze woorden. Stel nooit de waaromvraag, alsof de nabestaanden het antwoord weten.
De geestelijk verzorger is klankbord, maar tegelijk meer dan dat. Verdriet en negatieve emoties verdienen ruimte en moeten bespreekbaar zijn. Ga niet mee in een proces van verstomming. De doodsoorzaak verzwijgen werkt speculaties in de hand, het maakt zelfdoding tot een taboe en verzwaart het rouwproces. Niemand heeft het recht zijn leven zelf te beëindigen. Dat is evident in het licht van de Bijbel. Besef echter dat niet alleen ons lichaam ziek kan worden, maar ook onze geest diep kan lijden. Je wilt wel leven, maar het gaat niet. Soms is een mens volslagen ontoerekeningsvatbaar. Denk aan stemmen in je hoofd, dwangcommando’s, religieus gekleurde hallucinaties. Zou Jezus’ kruisbede hier van toepassing kunnen zijn: ‘Vader, vergeef het hun, want ze weten niet wat ze doen’ (Luk. 23:34)?
Familie
Ook eventuele broers en zussen verdienen aandacht in het pastoraat. Zijn zij getrouwd, dan is het waardevol enkele weken na de begrafenis een ontmoeting met hen te arrangeren. Laten we als kerkelijke gemeente ook alert zijn op de ‘laagtijdagen’, zoals de sterfdatum.
Een rouwdienst vraagt om zorgvuldige afstemming. Dat geldt zeker voor de keuze van de Schriftlezing en de tekst voor de preek. Aan het sterven gaat een leven vooraf. De liturgie ontstaat in overleg, samen met de nabestaanden. Het is belangrijk balans te houden, zodat verdriet niet ‘overzongen’ wordt. De neiging zo positief mogelijk over de overledene en zijn geloof te spreken en te zingen kan de angst verhullen om zelf niet depressief te worden. Kwam zelfdoding al eerder in de familie voor, dan kan vrees de nabestaanden achtervolgen: ‘Wie is de volgende?’ Ook hier is in het pastoraat oog en oor voor.
Soms is het voor een predikant een worsteling om in een emotioneel gevoelige situatie eigen grenzen te bewaken. Verkondig geen valse troost, maar breng gewetensvol het Woord van God, zonder oordelen en veroordelen. Een enkele keer prefereert een familie een rouwsamenkomst en begrafenis in besloten kring. Toch verdient het de voorkeur om de rouwdienst openbaar te houden, omdat dat ook anderen gelegenheid geeft te rouwen. Bovendien onderstreept een rouwdienst het samen-gemeente-zijn.
Theologisch
Het woord zelfdoding verdient voorkeur boven zelfmoord, wat een stigmatiserende klank heeft. De verklaring dat God altijd bewaart voor de wanhoopsdaad is theologisch aanvechtbaar. Een beroep op Paulus’ uitspraak dat God niet verzoekt boven wat we aankunnen (1 Kor. 10:13) getuigt in dit opzicht eerder van inlegkunde dan van goede exegese. Dat geldt ook voor een verwijzing naar de geschiedenis van de gevangeniscipier (Hand. 16). Op grond van zorgvuldig luisteren naar de Schrift belijden de Dordtse Leerregels dat kinderen van God zondigen, soms heel zwaar, maar dat ze niet uit Zijn hand en genade kunnen vallen (h. 5, par. 4, 6). We leven in een gebroken wereld en wie denkt te staan, moet oppassen niet te vallen (1 Kor. 10:12). De Bijbel geeft doorgaans geen commentaar op zelfdodingen. Judas vormt daarop een uitzondering. Jezus oordeelt echter niet over zijn dood, maar over zijn verraad (Joh. 6:71; Matth. 26:24). Daarom zegt Hij dat hij beter nooit geboren had kunnen worden.
Foutieve interpretaties van Bijbelgedeelten vragen om een behoedzame, liefdevolle benadering. Corrigeer ze met tact, zonder te preken of in theologische discussies verstrikt te raken. Sommige overtuigingen zijn zo gevoelig en complex, dat het beter is ze op een later tijdstip te bespreken en niet op het moment dat alles nog zo vers is.
Zondebok
Boosheid en woede zoeken een zondebok, zeker na suïcide. Het doelwit kan de overledene zelf zijn, maar ook een ander, de partner of ouder. ‘Zag ik iets over het hoofd? Hebben we te weinig steun geboden?’ Zelfverwijten kunnen taai zijn. De rouwarbeid na suïcide kan een grillig, complex proces zijn. Posttraumatische stress, depressie en zelfs suïcide bedreigen de achterblijvers.
Een valkuil voor pastores, vrienden en anderszins betrokkenen die oprecht compassie tonen, is ongeduld. Wie te veel doel- en oplossingsgericht denkt, raakt geïrriteerd. Er is dan weinig voor nodig of (ook) wij laten de rouwende in de steek. We zijn feilbare mensen die fouten en verkeerde inschattingen maken. Erken dat en betuig waar nodig spijt over missers, anders dragen we bij aan een verstoorde relatie, misschien wel aan iemands breuk met kerk en geloof. Boosheid kan zich ook op God richten. De pastor vertegenwoordigt Hem weliswaar, maar hij hoeft Hem op dit moment niet te verdedigen. Laat hij nu maar eerst herder zijn. Een van de conclusies van Bart van den Brink in Religie, spiritualiteit en suïcidaliteit, het proefschrift waarop de psychiater vorig jaar promoveerde, is dat geloof een belangrijke bescherming biedt tegen wanhoopgedachten. De invulling van ons Gods- en mensbeeld doet ertoe. Ze kunnen ziekmakend, maar ook helend zijn. Er is hoop, ook in de zwartste nacht. Niet zonder reden staat Psalm 88 in de Bijbel. En Psalm 10:14 verzekert ons dat de Heere onze moeite en ons verdriet ziet. We worden aangespoord het in Zijn handen te geven. Laten we in de gemeente ook elkaars lasten dragen.
Denkt u aan zelfdoding? Praat er over. Neem gratis en anoniem contact op met 0800-0113 of chat op 113.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 mei 2025
De Waarheidsvriend | 32 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 mei 2025
De Waarheidsvriend | 32 Pagina's