De Waarheidsvriend cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van De Waarheidsvriend te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van De Waarheidsvriend.

Bekijk het origineel

Publiekelijk spreken

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Publiekelijk spreken

6 minuten leestijd

Volgens dr. Karel Blei, voorheen secretaris-generaal van de toenmalige Nederlandse Hervormde Kerk, is het hoog tijd dat de Protestantse Kerk zich publiekelijk uitspreekt over rechtsextremisme. Hij doet die oproep in het blad Confessioneel/ Credo van 16 mei 2025.

In de synodevergadering van november 2024 werd door synodelid ouderling Anneke van Steenwijk bij de rondvraag aandacht gevraagd voor rechtsextremisme in de samenleving. Dat verzoek werd niet direct gehonoreerd. Wel nodigde men voor de synodevergadering van april ds. Coen Wessel, secretaris van de Raad van Kerken, uit om over dit onderwerp een lezing te houden. Zodoende kreeg het onderwerp aandacht, maar werd het ook voorlopig geparkeerd. Het is niet duidelijk of er een vervolg komt. Dr. Blei reageert op deze kwestie en schrijft dat de Protestantse Kerk niet meer gewend is om zich over politiek gevoelige kwesties te uiten.

In de PKN-publiciteit wordt meestal getoond hoe goed het in de kerk, in de gemeenten gaat. ‘Petrus in het land’ laat telkens zien dat mensen liefdevol, hulpvaardig met elkaar omgaan; dat er gezongen wordt, dat er steun geboden wordt aan wie in rouw is, dat er bezinning plaatsvindt. Positief, zeker. Maar zijn er geen discussies over concrete zaken die ertoe doen? Discussies waarin echt mening tegenover mening staat? Al was het maar om extra te laten zien: in de kerk gáát het ergens over.

In vroeger tijden, in de jaren tijdens en vooral na de oorlog, waren we daar niet zo bang voor. In die jaren publiceerden de synoden herhaaldelijk rapporten, geschriften, oproepen over actuele kwesties in de kerk én maatschappij. Die heetten dan vaak ‘herderlijke schrijvens’. Ze gaven in de plaatselijke kerkenraden en gemeenten stof tot discussie.

Vooral de toenmalige hervormde synode was op dat vlak actief. Zij werd geassisteerd door een aantal gespecialiseerde adviesorganen, ‘raden van bijstand’, bemenst door competente deskundige kerkleden. (…) Sommige daarvan (van de rapporten, AP) veroorzaakten grote commotie. Bijvoorbeeld die over het koloniale vraagstuk (Nieuw-Guinea), over racisme (Zuid-Afrika), over het vraagstuk van kernwapens. Aandacht kregen ze zeker, ook buiten de kerk. De rapporten over zulke onderwerpen waren dan ook voorbereid door speciale commissies uit de kerk, die op de desbetreffende terreinen van wanten wisten. Zeker vanaf de jaren ’90 is daar de klad in gekomen.

Alle aandacht ging uit naar het ‘Samen-op-weg’-proces. Hervormden en gereformeerden (én lutheranen!) kregen het druk met het vormgeven van de gezamenlijke ‘Protestantse Kerk in Nederland’. Voor aandacht voor grote maatschappelijke vraagstukken was daarbij amper gelegenheid. Een van de factoren die daartoe hebben bijgedragen, is het feit dat een zo groot apparaat van deskundige adviesraden en -commissies zoals dat (vooral in de Hervormde Kerk) na de oorlog was gevormd niet meer bestaat. Het was, naar men zei, te zwaar geworden. De kerk leek wel een ‘radenrepubliek’ te zijn geworden.

Het gevoel kwam op dat al die raden de kerk zelf en haar synode te veel op sleeptouw namen. Bovendien: dat hele radenapparaat werd als te kostbaar beschouwd. De vele deskundige leden van al die commissies enz. kregen een vriendelijk bedankbriefje. Van hun dienst zou geen gebruik meer worden gemaakt. Daarbij kwam dat in de kerk de laatste tijd niet meer het besef leefde dat men zich zo nodig over het politiek-maatschappelijk gebeuren moet uitspreken. Het idee kwam op dat de kerk zich meer tot ‘haar eigen zaken’ moest beperken. Zit de samenleving op kerkelijke directieven wel te wachten? Trouwens: als de kerk spreekt, wie (daarbuiten) luistert dan nog? De mate van kerkelijkheid in de Nederlandse samenleving is de laatste decennia immers drastisch teruggelopen?

Dr. Blei refereert vervolgens aan het werk van de jong overleden ethicus dr. Gerrit de Kruijf, die stelde dat we niet in een theocratie leven, maar in een democratie.

Waar de kerk zich ‘apostolair’, of ‘profetisch’ opstelt, heeft zij kennelijk de democratie niet echt aanvaard. (…) Juist vanuit dat besef dient de kerk het ten volle – maar dus zonder pretenties – voor de democratie op te nemen. Natuurlijk, christenen, kerken, praten mee in de maatschappelijke discussies. Daarbij zullen zij zelf zich door het evangelie (willen) laten leiden. Maar dát zij dat doen kan niet als een argument worden ingebracht. Christenen zouden juist zoveel mogelijk sámen met anderen/andersdenkenden, bereid tot compromissen, moeten opkomen voor verbetering van de sociale orde. Met argumenten die ook anderen, niet-christenen, kunnen overtuigen.

De mening van Blei komt voor een groot deel overeen met die van De Kruijf, al wil hij het publiekelijke spreken van de kerk niet opgeven. Er kunnen zich namelijk situaties voordoen waarin met redelijke argumenten niet volstaan kan worden.

Soms kan het nodig zijn op te roepen tot politieke oppositie of zelfs tot burgerlijke ongehoorzaamheid. Daar waar de staat zelf zijn levensbeschouwelijke neutraliteit laat varen en voor waarachtige democratie geen ruimte meer geeft. Dan, in zo’n noodsituatie, moet de kerk inderdaad méér doen dan streven naar compromis of consensus. Dan komt het toch aan op belijdend, profetisch spreken. (…)

Ik heb sterk het idee (aldus dr. Blei, AP) dat het (door ouderling Anneke van Steenwijk ter sprake gebrachte) rechts-extremisme, zoals zich dat vandaag in de samenleving voordoet en ook het overheidsbeleid lijkt te overrompelen, ons inderdaad in een dergelijke situatie stelt. Wat zou het goed zijn als dáárover in de kerk, ook in de synode, zou worden gesproken!

In zijn artikel geeft dr. Blei in kort bestek een helder overzicht van het spreken van de kerk naar overheid en samenleving in de afgelopen decennia. Als oud-secretaris-generaal is hij gewend om voorzichtig te formuleren. Als hij dan toch kritisch reageert op de manier waarop de Protestantse Kerk zich met het programma ‘Petrus in het land’ nu in de media presenteert, dan zegt dat veel.

De boodschap is: het gaat goed met de kerk. Deze positieve boodschap wordt uitgedragen door het tv-programma en vervolgens ondersteund door het Petrus Magazine, dat vier keer per jaar verschijnt, en ook door de wekelijkse nieuwsbrief. Het roer is helemaal omgegaan. Voorheen waren er de pastorale handreikingen, nota’s en rapporten. Nu staat centraal wat er aan de basis gebeurt, in de plaatselijke gemeenten. Het beleid lijkt te zijn: we houden het klein. We wagen ons niet meer aan grote problemen en lastige dilemma’s.

Toch meent dr. Blei dat de kerk op bepaalde momenten, als het niet anders kan, in geval van een noodsituatie, opnieuw publiekelijk moet spreken. Hij noemt dan concreet het rechtsextremisme. Dat rechts-extremisme een gevaar kan betekenen, erken ik graag. Maar is dat het enige? Is dat alles? Alsof het voor de rest pais en vree is in onze samenleving. Wie over een noodsituatie spreekt, zou ook de criminaliteitscijfers moeten noemen en het feit dat de onderwereld zich steeds meer in de bovenwereld manifesteert, tot in de gezondheidszorg aan toe. Hij zou ook de morele ondermijning moeten noemen, om het scherp te zeggen: de dood op bestelling. Voor velen is dat een schrikbeeld.

Nog iets anders: al jaren ligt het wetsontwerp dat het vieroudergezin mogelijk maakt te wachten op behandeling in de Tweede Kamer. Noem ook de algehele verharding van de samenleving: de doodsbedreigingen die bestuurders van tijd tot tijd krijgen. Meer dan genoeg om te spreken van een noodsituatie. Laat de noodklok maar luiden. Er is echt iets aan de hand. Intussen zwijgt de kerk en richt ze zich op feelgoodnieuws.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 juni 2025

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

Publiekelijk spreken

Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 juni 2025

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's