Gods trouw als basis

Het is niet voor het eerst dat over dit onderwerp geschreven wordt de laatste jaren. In toenemende mate blijkt het een actueel thema te zijn. Voldoende aanleiding om er met deze bespreking nogmaals onze aandacht op te vestigen. De titel suggereert een wat jongere lezer, hoewel ds. Verheij geen specifieke doelgroep beoogt. Hij reikt in ruime mate stof aan tot bezinning voor de relatie tussen de gemeente en haar leden. Allereerst schrijf ik over de vorm, vervolgens over de inhoud en ik eindig met een persoonlijke reflectie.

Vorm

Het boek leest prettig. Dit komt door de doordachte opbouw van de hoofdstukken, de toegankelijke, ruim opgezette bladspiegel, de korte tekstdelen met tussenkopjes en de passende citaten of teksten in afwijkende lay-out – wat regelmatig voorkomt. Uitvoeriger aanhalingen zijn opgenomen in eindnoten om de doorgaande lezing te bevorderen. Het taalgebruik is eenvoudig en doeltreffend.

Elk hoofdstuk eindigt met een ‘opmaken van de balans’, een puntsgewijze samenvatting. Bovendien reikt de auteur telkens enkele goed geformuleerde vragen aan voor persoonlijke overdenking of voor bespreking in een groep. Ten slotte geeft hij nog per hoofdstuk een overview van het voorgaande en een conclusie.

Inhoud

Voor het verkennende beginhoofdstuk heeft ds. Verheij het aansprekende beeld van een groepsfoto gekozen. Zo kun je de gemeente zien: als een groep in al zijn diversiteit, vooral qua betrokkenheid van de leden. Het geeft herkenning en roept de vraag op: hoe zie ik de gemeente en mijn plaats daarin? Belangrijker nog is de vraag hoe God Zijn gemeente ziet. Daarover gaat het in hoofdstuk 2 en 3. Centraal staat daarin de trouw van de Heere, dat Hij in het oude verbond bewezen heeft aan Israël en op het hoogst bewezen heeft in het Nieuwe Testament, in de komst van Christus, in de uitstorting van de Heilige Geest en in de vorming van de christelijke gemeente. ‘De gemeente is een schepping van God. De gemeente begint niet bij gemeenteleden die naar elkaar op zoek gaan. Daarom beginnen mensen geen gemeente of kerk. Al maakt God wel gebruik van mensen.’ (p.31)

De hoofdstukken 4 tot en met 7 gaan de diepte in met een gedegen uitwerking van vier beelden uit het Nieuwe Testament aangaande de gemeente als (1) lichaam van Christus, (2) Herder en kudde, (3) tempel van God en (4) bruid van Christus. Daarin gaat het primair over ‘hoe God over de gemeente denkt en waartoe ze geroepen wordt’.

Telkens komt vanuit een andere invalshoek de wisselwerking naar voren tussen enerzijds de liefde en trouw van de God van het verbond en anderzijds de wederliefde en trouw die Hij van ons, als leden van Zijn gemeente, die genadig zijn opgenomen in dat verbond, mag verwachten.

Die liefde en trouw komen vooral vanuit de verbondenheid met Christus, als Hoofd van de gemeente; als de goede Herder, om Wie het gaat in Gods tempel en Die, als een toegewijde Bruidegom, Zijn leven gaf voor Zijn bruidsgemeente en haar blijft dienen door Zijn Geest.

De conclusie in hoofdstuk 8 is ‘dat Gods trouw in Christus bron, basis en voorbeeld is voor het leven met God en met elkaar’. Het gaat als het goed is in de christelijke gemeente van ontvangen naar geven.

Reflectie

Het thema van het boek is me uit het hart gegrepen. Ik heb het dan ook met instemming gelezen. Vooral de notie dat de gemeente niet óns project is, maar Gods keuze op grond van Zijn verbond, zou ik willen onderstrepen. Die blikrichting vind ik sterk aan dit boek. Ook de focus op Christus is heel waardevol en komt in de verdiepende hoofdstukken helder tot uitdrukking. Intussen klemt de vraag hoe de gemeente te definiëren is, vooral als binnen een geografische gemeente te kiezen valt uit onderscheiden wijkgemeenten. Hoe verhoudt zich dat tot een beroep op trouw?

Vanuit mijn persoonlijke ervaring als lid van een gemeente, maar ook als kerkelijk werker in meerdere gemeenten, onderschrijf ik het grote belang van communicatie. Dat levert meteen de vraag op hoe dit boek nog blijft aansluiten op de praktijk, waarin ontlezing merkbaar is en er steeds vaker wordt gekozen voor bijvoorbeeld podcasts.

Met name de verdiepende hoofdstukken in dit boek vragen om een behoorlijke spanningsboog. Het zou te overwegen zijn om de waardevolle inhoud van het boek ook via een alternatief medium beschikbaar te stellen.

Praktijk

Het boek kan volgens mij (behalve door willekeurige, geïnteresseerde lezers) op twee manieren doeltreffend gebruikt worden. Enerzijds door ambtsdragers en andere leidinggevenden om de bijbelse visie op de gemeente te vertalen naar de praktijk; anderzijds als materiaal ter lezing en bespreking in een kring van jonge lidmaten. Als die in de gemeente nog niet bestaat, zou ik daar meteen werk van maken, als een van de verbindende schakels in een gemeente. Duidelijk mag zijn dat ik het boek van harte ter lezing aanbeveel.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen