
Op Kerkelijk Erf
Kerk en Staat. XII Kerk en Staat. In het voorafgaande werd aangetoond, dat de Overheid op principieele gronden recht meende te hebben om de kerkelijke ambtsdragers te benoemen, terwijl de kerkelijken haar dit recht eveneens uit krach ...

Op Kerkelijk Erf
XIII. Kerk en Staat. In de voorafgaande beschouwingen omtrent de benoeming der dienaren en de onderhouding uit de geestelijke goederen treedt dus een eigenaardige tegenstrijdigheid aan den dag in de opvattingen van de verhouding van ...

Op Kerkelijk Erf
XIV. Kerk en Staat. In de eerste plaats wordt dus het vraagstuk omtrent de verhouding van Kerk en Staat bepaald door de beschouwing van het overheidsrecht en het recht der Kerk. Het conflict, dat wij aan de hand der historie hebben g ...

Op Kerkelijk Erf
XV. Kerkorde en Confessie. Zoo zagen wij in het voorafgaande, dat de strijd, dien de vaderen hadden te voeren met een Overheid, die haar souvereine macht ook in de Kerk meende te moeten handhaven, aanvankelijk slechts uit een verschi ...