
UIT DE HISTORIE
Hoofdstuk III. Zij is om der overtredingen wil daarbij gesteld. Vervolg vers 19. Gelijk de dingen zelf verscheiden zijn, zoo is ook het gebruik der dingen verschillend. Daarom moet men niet alles over één kam scheren, want dan ontstaat er verwarring. ...

UIT DE HISTORIE
Luthers verklaring van Paulus' brief aan de Galaten.
Schrijvers ; lezers ; groet ; hfdst. 1 vers 1—5. (VII)
Vervolg vers 3. Christus is van nature God.
Het tweede, wat Paulus hier leert, dient tot bevestiging van ons geloof, namelijk, dat Christus waarachtig God is.
Men moet derge ...

UIT DE HISTORIE
Een ijveraar voor de eenheid van het Gereformeerde Kerkverband.
I.
De datum van Helmichius' geboorte schijnt tot op heden onbekend te zijn, doch vast staat, dat hij in 1551 te Utrecht het levenslicht aanschouwde. Bijzonderheden omtrent zijn ouders en eerste levensjaren ontbreken. ...

UIT DE HISTORIE
Hoofdstuk III.Vervolg laatste gedeelte vers 12. Door de woorden: „de mensch, die deze dingen doet, zal door dezelve leven", wil Paulus nu eens precies aangeven, waarin de gerechtigheid, die uit de Wet is, bestaat. De gerechtigheid des geloofs kwam tot uiting ...

UIT DE HISTORIE
Luthers verklaring van Paulus' Brief aan de Galaten.
HOOFDSTUK II.
Paulus' zending erkend door de apostelen te Jeruzalem, vers 1—10.
Daarna ben ik, na veertien jaren, wederom naar Jeruzalem opgegaan, vers 1.
Paulus leerde, dat de heidenen alleen door het gelo ...

UIT DE HISTORIE
Hoofdstuk III. De belofte is door de Wet niet krachteloos gemaakt. Vers 15—18. (II). Nu, zoo zijn de beloftenissen tot Abraham en zijn zaad gesproken. Hij zegt niet: „En de zaden", als van velen; maar als van één: „En uwen zade", het ...

UIT DE HISTORIE
Hoofdstuk III.Het doel der Wet. Vers 19—29. (IX) Is dan de Wet tegen de beloftenissen Gods ? Dat zij verre; want indien er een Wet gegeven ware, die machtig was levend te maken, zoo zou waarlijk de rechtvaardigheid uit de Wet zijn. Vers ...

UIT DE HISTORIE
Die mij van mijn moeders lijf aan afgezonderd heeft.
Dit is een Hebreeuwsche manier van spreken ; het wil zeggen : Hij heeft mij geheiligd, geordineerd en toebereid ; toen ik nog in mijns moeders lijf was, heeft God van te voren bepaald, dat ik met groote razernij zou wo ...

UIT DE HISTORIE
Hoofdstuk III. Vervolg vers 7. Paulus strijdt dus tegen den trots der Joden, die hoogmoedig pochten, zeggende: wij zijn het zaad Abrahams. Inderdaad zijn zij dat. „Abraham is besneden, en beeft de Wet gehouden; wij doen dat ook". Toeg ...

UIT DE HISTORIE
Hoofdstuk III. Het doel der Wet. Vers 19—29. Vervolg vers 23. Een christen kent dus in zijn hart een tijd der Wet en een tijd van genade. De tijd der Wet is het, wanneer deze mij kwelt en plaagt; wanneer zij mij tot kennis der zonde brengt en deze doet to ...