
VAN DEN WOORDE GODS
2e Serie.
Uit het ongeschreven Woord. IX.
In den hof van Eden verschijnt de eersteling van ons geslacht met de volle heerlijkheid van Gods beeld, als de kiem der gansche menschheid. Hij is aller stamvader. Uit éénen bloede heeft God het gansche geslacht der menschen gemaakt, om o ...

VAN DEN WOORDE GODS
3e Serie.
XIX.
De verkiezing wordt ons dus in Gods Woord niet geleerd, opdat wij er een soort philosophie over zouden uitdenken of er een rekensom van zouden maken aangaande het aantal dergenen, die zalig voorden. Maar zij predikt ons de volstrektheid der genade, opd ...

VAN DEN WOORDE GODS
XVII
4 e Serie.
Zoo was dus de groote afgrond de schatkamer der wateren, welker fonteinen de Heere opende. De onderaardsche, met water gevulde afgrond, braakte de geweldige watermassa uit, waardoor de zondvloed opkwam. In gewone tijden was die afgrond ook de voorraad ...

VAN DEN WOORDE GODS
3e Serie.
XXVIII.
Het woord, dat God sprak tot Noach, vond weerklank in zijne ziel, zoodat een heilige vreeze voor de oordeelen, die komen zouden, hem beving. Hij ontroerde bij de gedachte aan het lot dezer wereld, tot welke hij zich gezonden wist. Hij geloofde Gods ...

VAN DEN WOORDE GODS
UIT HET ONGESCHREVEN WOORD
XIX.
Het is een dag van wondere, onvergetelijke vreugde, als na een nacht van donkerheid, gebaren uit de ontdekking voor zonde en schuld, na een soms lange en bange worsteling, waarin het woord van dien dichter wordt verstaan, toen hij klaagde: „De band ...

VAN DEN WOORDE GODS
3e Serie.
XXXII.
Zoo blijkt dus uit de wijze, waarop God aan Noach verklaart, waarom deze ark moet worden gebouwd, dat de beschouwing der natuur, die de Geest Gods aan de oudste gemeente reeds onderwees, principieel van die der wereld verschilt. Niet slechts de polyt ...

VAN DEN WOORDE GODS
2e Serie. Uit het onbeschreven Woord. XXII.
Het zedelijk bewustzijn des menschen is dus niet zonder besef van verantwoordelijkheid. Deze is gegrond in onze schepping naar Gods beeld. De wijsbegeerte moge hare krachten inspannen dezen zedelljken grondtrek weg te wisschen, ...

VAN DEN WOORDE GODS
5e Serie.
VIII.
Gods Woord doet voor ons heit licht opgaan niet alleen over de wereld der menschen, maar over de gansche natuur. Over de sterren des hemels spreekt het ons, opdat wij In het firmament daarboven ons den rijkdom van Zijn scheppend vermogen zullen aanbid ...

VAN DEN WOORDE GODS
2e Serie. XIX.
Het gelaat is de spiegel der ziel. Gods schepselen dragen allen in hun uiterlijk verschijnen de merkteekenen hunner ziel. De ziel, die het levensbeginsel in zich draagt, vertolkt zich zelve in de levensvormen, die zij voortbrengt. Dat is zoo in de gansche ...

VAN DEN WOORDE GODS
5e Serie.
XVI.
Genesis 8 : 15-17. Toen sprak God tot Noach, zeggende : Ga uit de ark, gij en uwe huisvrouw en uwe zonen en de vrouwen uwer zonen met u. Al het gedierte, dat met u is, van alle vleesch, aan gevogelte en aan vee en aan al het kruipend gedierte, dat op d ...