
Witter dan sneeuw.
't Sneeuwkleed, neergespreid op aard. Dat mij waar het oog ook staart. Alles, alles om mij henen, Doet aanschouwen, onbevlekt, Wijl daar alles is bedekt. All' onreinheid is verdwenen,Doet mij denken aan het woord. Uit des Heeren mond gehoord : Uwe zonden, als scharlaken, Rooder nog dan kar ...

Het lied van den lijdenden Knecht des Heeren.
Wie heeft geloofd, een luistrend oor gegeven aan wat Gods mond verkonden deed aan de aard? Wie heeft geloofd; wien is ten eeuwgen leven de machtige arm des Heeren geopenbaard ?Gelijk een rijsje, ontlokt aan dorrende aarde, een wortelscheut, wien vrucht noch wasdom beidt. Zoo wies ook Hij — ...

Het Gebed des Heeren.
O Gij, die boven alle sferen in 't ongeschapen Hemellicht der eeuwigheden, Heer' der Heeren, Uw hoogen zetel hebt gesticht. Gij ziet ons, die Uw wetten schonden, ontkracht, ontkroond door duizend zonden, hier zwijgend, siddrend, weenend staan? Neen, eeuwig Godlijk welgevallen, in Jezus Christus ...

Psalm XXXI.
Ik stel, o Heer', mij in Uw handen, vertrouwend op Uw Majesteit. Och, maak niet eeuwig mij te schanden ; red mij door Uw gerechtigheid. Neig dan Uw oor en haastig red mij; wees mij ten rots, ten burg, o Heer'; verhoor mijn zielebede en zet mij in Uwer schuilplaats schaduw neer.Gij-zelf, Gi ...

Psalm XXXI.(psalm31)
Ik stel, o Heer', mij in Uw handen, vertrouwend op Uw Majesteit. Och, maak niet eeuwig mij te schanden; red mij door Uw gerechtigheid. Neig dan Uw oor en haastig red mij ; wees mij ter rots, ten burg, o Heer'; verhoor mijn zielebede en zet mij in Uwer schuilplaats schaduw neer.Gij-zelf, Gi ...

Het „Onze Vader"
naar den Heidelbergschen Catechismus,Deel, Heere God, van stonden aandat wij ons schikken ten gebede,die kinderlijke vreeze ons mede,waarmee wij tot „den Vader" gaan.Verwek, versterk in onze zielenhet recht geloof, dat Gij veel meerdan aardsche Vad ...

Psalm LXXIII (Psalm 73)
Ja, goed is God voor Israel, voor hen, die rein van harte, welbevestigd in Zijn wegen treden. Maar ik, schier wankelde mijn voet en — had de Heer het niet verhoed — zoo ware ik zeker uitgegleden.Ik was afgunstig op 't geluk der trotschen, die, bevrijd van druk, tot aan hun dood toe welig g ...

HET ZEVENDE KRUISWOORD
Het zevende kruiswoord
'Vader, in Uw handen beveel ik mijn geest!'
(Lukas 23: 46
Zijn leven gaf de Heer geheel
aan God als offerande.
In 't einde riep Hij: 'Vader, Ik beveel,
mijn geest in uwe handen!'
Di ...

De last des Heeren door den Profeet Jeremia tegen Juda.
(Vervolg).Jeremia Cap. VII—X, Cap. VII. Het Woord des Heeren tot den zone Hilkia's, priester en profeet; Sta in den Tempel, waar Ik wone on roep aldaar dat ieder 't weet, die tot mijn Huis komt waar de scharen haar offers plengen op de altaren en kniel ...

Licht.
Wankel niet als duisternisse Wankel niet als duisternisse U op 's levens pad verschrikt.Dat Gods Woord u vergewisse: 'tis Gods wil, die 't zóó beschikt.En schoon Zijn beschikkingen de uwe niet waren, laat nochtans, o Christen, 't geloove niet varen, ...