
En waarom, Elia?
Elia eet en drinkt. Zijn vermoeidheid is zo groot, dat hij van uitputting weer in slaap valt. Dan is er weer die stem; die hem wekt: Sta op, eet, want de weg zou voor u te veel zijn. De weg. Die zag Elia niet voor zich. Genoeg, zei hij en nu! Maar daar gaat de Heere niet op in. De Heere druppelt ...

In Gesprek
Onlangs kon men in „Woord en Dienst" lezen, dat het breed moderamen van de classicale vergadering van Doom een brief geschreven had aan de generale Synode, betrekking hebbende op de openstelling van de ambten voor de vrouw en de moeilijkheden, die daarvan het gevolg zijn. Het breed moderamen der ...

DE VRIJSPRAAK
Het valt niet mee, om vóór God te staan, voor God, wiens rechtvaardigheid de zonde niet gedoogt. Die te rein van ogen is om het kwaad te aanschouwen. Hoe zal Hij dan de kwaaddoener beschouwen? Als een mens, met wie Hij geen gemeenschap kan hebben, die Hij van vóór zijn aangezicht wegdoet. O wee. ...

Ikabod
Er heerst grote ontsteltenis in Silo. Een boodschapper uit de slagorde van Israël, zeg maar gerust een vluchteling van het slagveld had de stad in rep en roer gebracht. Hij meldde de nederlaag die Israël tegen de Filistijnen geleden had, een volstrekte nederlaag; en ieder riep ach en wee.
De ...

EN WAAROM NIET?
Zo niet!, verklaarde de Heere Jezus met nadruk. Hoe dan? Hij herhaalt het nog eens voor alle duidelijkheid en omdat wij geen goede verstaanders zijn. En zo wie van u de eerste zal willen worden. De eerste, die alle anderen achter zich laat, die niet meer naar hen omkijkt, zo strak houdt hij zijn ...

NABIJ GOD
U hebt wel gemerkt dat een psalm geen leerstellige verhandeling is. Men kan zijn inhoud ook niet persen in het kader van een bekeringsgeschiedenis. Zodoende vermoorden wij het lied, dat levend gehouden wil worden. In de psalm wordt de omgang met God geleerd, geoefend. Daarom dient de uitleg zich ...

DE NAAM
Weer klimt Mozes de berg op, in zijn hart klopt de verwachting: Daarboven zal hij God ontmoeten. De Heere had de onderhandelingen, in de tent der samenkomst, tot een goed einde gevoerd. Hij zou met Israël meetrekken, zijn aangezicht zou in genade over hem lichten. Wat Mozes zelf betreft: hij zal ...

Een geruis
Eindelijk is de ban gebroken die heel het leven gevangen hield in droogte en dood. Het had immers een onwaarschijnlijk lange tijd niet geregend. Daarover zat het volk in de war. Maar Elia stelde wat anders aan de orde: De Heere, of Baal! Hun zonden deden hen dit onheil aan. Klinkt het: de Heere i ...

Toegegeven
Job zit in zak en as. Letterlijk in zak en as: het rouwgewaad hangt slordig onr zijn heupen, de as maakt het haar nog eens zo grauw. Hij zit op de grond. Alles in hem ontnomen; boze zweren bedekken heel zijn lichaam, hij wordt geschuwd als een melaatse. Ondertussen wordt hij door satan in de tang ...

HET GOUDEN KALF (2)
De geschiedenis van het gouden kalf eindigt niet met die rondedans. Mozes ziet het kalf en de reien; dan ontsteekt zijn toorn. Hij vindt het in één woord verschrikkelijk wat daar gebeurt. Het volk keert God de rug toe, dat hardnekkige volk. Is dat des Heeren volk? Is dit het volk des verbonds, da ...