financiën.

Laat ik beginnen om den lezers, die wellicht even nieuwsgierig waren als de zetter (die dit in een noot te kennen gaf) om te weten hoeveel er in het busje uit Nederhardingsveld was, mede te deelen dat dit een bedrag bevatte van f5, 00. Het was zeker door mij verzuimd het cijfer te noemen. Er zijn evenwel nog meer nieuwsgierige lezers. Ik kreeg van enkelen een schrijven, waarin mij gevraagd werd of ik op den Zendingsdag kwam, waar zij mij bij die gelegenheid gaarne even zouden willen spreken. Ik zou zoo zeggen: dat behoeft ge nu eigenlijk niet eens te vragen. Dat spreekt toch vanzelf, als ik gezond ben, dan ben ik daar. Daar komen we allen en er blijft niemand tehuis dan die wettig is verhinderd.

Thuis blijven! Neen, daar zijn te veel aangename herinneringen van vorige keeren aan verbonden. Zeker, bedoelt ge, toen je zoo kletsnat geregend ben 2 of 3 jaar geleden ? hoor ik er een vragen. Ja juist, want die keer was het dat ik behalve het vele goede dat ik vanaf het spreekgestoelte te hooren kreeg, iemand naar mij toe kwam en zei: Zeg! ik moet je eens spreken en stopte mij toen 100 gulden in de hand voor het Leerstoelfonds, Denkt ge, toen ik tehuis kwam en die 100 gulden opbergde, dat ik nog iets van dat natte pak voelde. Heelemaal niets, hoor. Het verheugt mij daarom nu reeds te weten dat er zijn die mij spreken moeten; dat belooft wel wat.

Maar hoewel ik me op den Zendingsdag niet behoef te onttrekken aan mijn plichten als uw penningmeester wanneer iemand mij daar soms op tastbare wijze aan wil herinneren ga ik er toch als zoodanig niet heen en wensch mij ook te onthouden van elke propaganda voor den Leerstoel, Avant het is de dag voor de uitwendige zending, die zoo de Heere wil besloten zal worden met het afscheid van onzen Zendeling. Dit is zoo'n gewichtige gebeurtenis, alleen al de moeite waard om naar Driebergen te gaan. Welk een taak voor zoo'n jongen man.

Moge de Heere met hem gaan en ons gebed hem vergezellen. Jammer dat hij nu geen regeering achter zich heeft die hem in dat werk steunt en helpt zijn pad te effenen, maar nu te doen heeft met een overheid die vijandig staat tegenover de zending. Dit zouden wij, eenvoudige menschen, zoo zeggen, niet waar ?

Maar toch zijt ge de plank glad mis, want als-ge geleerde menschen hoort die beweren goed op de hoogte te zijn en in staat om ons volk voor te lichten, dan is zulk zeggen niets dan verwaandheid en verraadt zeer weinig begrip aangaande den grond der zaak. Het heeft niet de minste wezenlijke beteekenis, ..

Zie je, daar kan je als eenvoudig mensch niet bij. En je staat gewoon perplex over zoo hooge wijsheid en daarbij toch zoo gespeend aan alle gevoel van eigenwaarde. Als ge dan blijft vragen : maar zou onze Zending en onze van de Loosdrecht nu wel veel hebben aan dergelijke philosophische beschouwingen en niet meer gebaat zijn met directen practischen steun ook van regeeringswege, dan geeft ge daardoor alweer het doorslaand bewijs van uw onkunde en dat ge niet weet wat ge zegt.

Het was heel wat beter als ge nu maar zweegt. Nu goed, dan zullen we zwijgen. Maar laat ik u dan toch als goed vriend van u en van de Zending den raad geven: weest nu zoo practisch als ge naar Driebergen gaat en neemt uw ooren, uw beursje en uw parapluie mede, daar zult ge goed aan doen. Nu zult ge misschien zeggen: ge hebt ons zeker zoolang aan de praat gehouden om te verbergen dat ge zoo weinig ontvangen hebt. Ziet, daarmede geeft ge nu weer het bewijs dat ge toch zoo onnoozel niet zijt als waarvoor men u wilt aanzien, want ik moet er werkelijk mee voor den dag komen dat ik slechts 2 postwisseltjes heb ontvangen uit:

Leerdam door Ds. J. v. Vliet honderd halve centen, opgespaard door de kinderen van David Marinus te Leerdam. Nu dat is toch nog niet zoo kwaad. Kwamen er nog maar meer, die hun halve centen hiervoor opspaarden.

Rijssen door Ds. Remme te Oud-Beierland. f1, 00, gevonden ter gelegenheid van een preekbeurt te R. met bijschrift: er betaling van een gelofte Genesis 41:9. Ik gedenk heden aan mijn zonde.

Dit is al van deze week. Gelukkig heb ik er nog 2 van de vorige week die juist te laat kwamen voor het vorig nummer t, w. uit:

Montfoort van M. de Vos f3, 00 uit busje No. 130 en

Zegveld van C. Bardelmeyer f 3, 21 uit busje No. 20,

Hartelijk dank voor deze gaven. Moge de Heere er Zijn zegen over gebieden en geve Hij ons een gezegend samenzijn op Driebergen.

J. C. FLIEHE, Penningm. Arnhem, Apeldoornsche weg 188.

Oude postz., Capsules, Zilverpapier.

Met vriendelijken dank ontving ik deze week:

1e. Van Mevr. J. Jongejans te Diemen een postpakket inh. capsules, postzegels en zilverpapier ;

2e. van M. de Vos te Montfoort een pakje capsules, postzegels en zilverpapier;

3e. van N. N. te Dordrecht een pakje capsules, postzegels en zilverpapier;

4e. van E. de Jong te Vinkeveen een postpakket met postzegels, capsules en zilverpapier.

Dat is dus deze week weer niet te klagen. Mogen er nog vele zendingen volgen.

Mej. H. H. VERBEEK, Kanaalweg 14, Scheveningen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen