De Waarheidsvriend cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van De Waarheidsvriend te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van De Waarheidsvriend.

Bekijk het origineel

Reacties van gemeenten op  Verklaring van Overeenstemming S.O.W.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Reacties van gemeenten op Verklaring van Overeenstemming S.O.W.

12 minuten leestijd

Haaften praeses ds. A. F. Kaars, scriba G. v. d. Griend).

'Inderdaad zijn de verschillen tussen de N.H.K. en de G.K. gering. In beide kerken komen nagenoeg dezelfde problemen voor. Dat wil echter niet zeggen dat er geen kerkscheidende factoren zouden zijn, ze lopen dwars door beide kerken heen. Het stoort ons dat u bij voorbaat zegt dat de verschillen t.a.v. het belijden klein zijn, dat er een overeenstemming groeiende is. Het is u niet onbekend dat t.o.v. de Gereformeerde Belijdenisgeschriften onoverbrugbare controversen bestaan.

Het is u niet onbekend dat t.a.v. het actuele belijden grote, ja zeer grote tegenstellingen zijn. Uw opmerking dat er nog een schaduw van een antwoord is op de vragen van de jeugd weerspreekt de door u gesuggereerde eenstemmigheid. Onze taxatie is dat de confessionele eenstemmigheid in en tussen beide kerken er niet is. Wat is de status van een verklaring van overeenstemming bij zoveel verklaarde tegenstemmers op uw synodale vergadering. Wat is de status van een verklaring van overeenstemming die naar onze indruk de geest van het compromis ademt, een diplomatiek stuk waar de echt controversiële dingen niet genoemd worden, maar bewust verzwegen worden.

Wat is de confessionele status van een verklaring van overeenstemming waarin niet echt beleden wordt in confrontatie met de dwalingen van deze tijd, waarin niet wordt afgewezen wat dit belijden weerspreekt, waarin geen keuzes worden gedaan. Heeft de gemeente geen recht op duidelijkheid. En zou het proces van 'Samen op Weg' geen werfkracht krijgen en een kloppend hart als er door u vrijmoedig gesproken zou zijn naar Schrift en Belijdenis, ongeacht de meningen en inzichten van groepen en partijen in de kerken. Belijden is geen diplomatie, niet wat mensen denken en zeggen maar het eerbiedig luisteren naar wat God in Zijn Woord zegt, en Hem verkondigen en van Hem betuigen. Tot dit belijden roepen wij u op.' (...)

'Gezien de jarenlange ontwikkeling rondom S.O.W. en gezien de Verklaring van overeenstemming stemmen wij niet in met de voortgang van het op gang gekomen proces van hereniging van de M.H.K. en de G.K. in Nederland. Wij zijn voor hereniging van reformatorische kerken maar dit proces wijzen wij af.

Wijziging van ons standpunt zou ontstaan als de volgende voorwaarde zou zijn vervuld. In de nieuwe kerk dient de Gereformeerde Belijdenis voluit erkend te woorden en zal die in het oefenen der tucht werkelijk funktioneren. In gemeenschap met de vaderen dient de kerk het zaligmakend geloof te belijden.

Wij bidden God de Heere dat Hij zelf deze voorwaarden in de kerken tot vervulling brengt.'

Bruchem en Kerkwijk-Delwijnen (praeses ds. L. W. Ch. Ruijgrock, scriba W. J. Pijl).

'U stelt: "vanuit de oorsprong zijn beide kerken verschillende wegen gegaan".

Dat is juist.

Wat was daarvan de reden?

Als Hervormden zullen we met smart moeten belijden, dat de allereerste oorzaak deze was, dat onze kerk in de loop der eeuwen haar reformatorische oorsprong heeft verlaten; dat er in onze kerk zoveel ontrouw was aan Schrift en belijdenis!

Tot in de na-oorlogse jaren toe was dit een reden voor de toenmalige Gereformeerde Kerken om een S.O.W. af te wijzen, inmiddels is de situatie in onze kerk alleen maar verslechterd. Vele publicaties getuigen daarvan.

Publicaties, waarin tevens uitdrukkelijk en met scherpe bewoordingen soms afstand wordt genomen van het belijden der vaderen. Waren de Gereformeerde Kerken dus hun oorsprong trouw gebleven, de kloof zou nog veel groter moeten zijn dan voorheen.

U constateert echter een tegengestelde beweging: "in de praktijk zijn we elkaar zeer dicht genaderd" en "de verschillen, die er nog tussen onze kerken zijn, hebben geen kerkscheidende betekenis". Wij menen, dat u dat juist inschat. Alleen, dit openbaart hoezeer ook de Gereformeerde Kerken aan hun reformatorische oorsprong ontrouw zijn geworden.

Wij denken in dit verband aan publicaties van Kuitert, Wiersinga, Jager e.a., die openlijk breken met de reformatorische belijdenis, aan het rapport over het Schriftgezag, aan de verschuivingen in de ethiek enz.

Dat er nu concreet gesproken kan worden over S.O.W., over een elkaar in de praktijk genaderd zijn, hgt o.i. dan ook niet aan een herontdekking van de "gemeenschappelijke oorsprong", maar aan een samen in de greep gekomen zijn van het modernisme, de Schriftkritiek, de tijdgeest. Vandaar, dat we in het S.O.W.-proces in z'n huidige gestalte geen heil zien.

Wel, als S.O.W. zou zijn: een "Samen terug"! Terug naar de Schrift. Terug naar de belijdenis der vaderen. Bovenal: terug naar de God, Die we verlaten hebben. (...)

Uit onze reactie op het concept "Verklaring van overeenstemming..." blijkt, dat we er als kerkeraden diep van overtuigd zijn, dat gescheidenheid op zich een onschriftuurlijke en eveneens onreformatorische zaak is. Wij zien vanuit Schrift en belijdenis heel duidelijk de roeping tot eenheid.

Maar... dat moet dan wel een eenheid zijn, gefundeerd in de Schrift, in het waarachtige geloof in Christus, mede opkomend vanuit de hartelijke instemming met de belijdenis der vaderen. Over zulk een proces zouden we ons verblijden en verheugen en dat zouden we begroeten als een bijzondere zegen van de Heere.

Het zal duidelijk zijn, dat we dit ten enenmale niet terugvinden in het huidige S.O.W.-proces, zodat wij tot onze droefheid uw verzoek om instemming moeten afwijzen.'

Ridderkerk, wijkgemeente Singelkerk (praeses ds. J. Blom, scriba P. J. de Sterke).

'Wij stemmen niet in met het op gang gekomen proces van hereniging, noch met de voortgang daarvan. Voor nadere argumentatie verwijzen wij u naar de brochure "Bezinning en Appèl" van het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond en naar de brief van de predikanten J. H. van Daalen, R. A. Grisnigt o.a. van juli 1985. Wij betuigen bij deze adhesie aan deze brief en vragen u dringend het Samen-op-Weg proces in zijn huidige vorm stop te zetten omdat dit proces ons van God en van de gebondenheid aan Zijn Woord afvoert.

In de conceptverklaring van Overeenstemming van het samen kerk zijn wordt "een zekere pluraliteit", die er in de kerk gevonden wordt, gerechtvaardigd door een grote verscheidenheid in geloofsbeleving en - verwoording die vanuit de Heilige Schrift tot ons komt. "De waarheid", zo wordt betoogd, "waarvan de grote getuigen spreken is te groot en samengesteld om in één getuigenis te worden samengevat. De waarheid komt als een meervoud in verscheidenheid tot ons". Daarmee wordt echter principieel de eenheid, het gezag en de normativiteit van de Heilige Schrift losgelaten, zoals ook in de rapporten "Klare wijn" en "God met ons". Daarop zeggen wij u "Het Woord van God, dat is de Heilige Schrift, zult u laten staan!"

Want zo we niet spreken naar dit Woord, wij zullen geen dageraad hebben. Hoe kunt u dan ook God danken voor een beweging van toenadering, waarbij tegelijkertijd wordt afgerekend met de norm en het gezag van het Woord. Een beweging van toenadering, die niet gebonden is aan Gods Woord, is niet uit God, maar uit de mens en heeft daarom geen perspectief. Dat u in de concept-verklaring beweert te staan in een traditie, die verwoord is in de belijdenissen van de vroege kerk en van de Reformatie is alles maar een doekje voor het bloeden. Innerlijk hebt u met deze belijdenissen gebroken. (...) De grote vraag is intussen voor ons, wat ons te doen staat, als u de Nederlandse Hervormde Kerk laat verdwijnen en deze laat opgaan in een herenigde kerk. Als dat gebeurt, en wij hopen vurig dat God dat verhoeden zal, brengt u ons in een geweldig gewetensconflict. Wij kunnen met een hereniging, zoals die zich nu voordoet, niet meegaan, omdat wij in ons geweten gebonden zijn aan het Woord. Wij kunnen evenmin de Nederlandse Hervormde Kerk vaarwel zeggen, omdat wij ervan overtuigd zijn, dat deze kerk door God Zelf geplant is.'

Molenaarsgraaf (praeses ds. A. Baas, scriba A. Korevaar).

'Waarom, zo vragen wij ons af, wordt er geen aandacht besteed aan de historische kant van de zaak? Een kerk wordt niet gemaakt, dat moet de geschiedenis van de Afscheiding en de Doleantie ons wel geleerd hebben. Zij, die van ons zijn uitgegaan zullen moeten terugkeren om dan ook samen terug te keren tot de Heere met belijdenis van onze zonde in het verlaten van Zijn wegen. In die weg is er hoop, verwachting. Alleen in die weg. Dat leert ons de geschiedenis van God met Zijn volk. Dan zal God "aan Zijn Sion hulp bewijzen en Juda's steen herbouwen uit het stof". Een kerk wordt geen eenheid langs administratieve of juridische weg, maar enkel geleid door de Heilige Geest.

Er wordt gesteld dat de verschillen die er nog zijn tussen beide kerken geen kerkscheidende betekenis meer hebben. Meent u dit werkelijk? Levend en werkend op het grondvlak van de Kerk is bij ons de kloof tot nog toe onoverbrugbaar. Het staan op de grondslag van Schrifteen belijdenis doet ons huiveren voor datgene wat in de Gereformeerde Kerken in Nederland geleerd en gepraktiseerd wordt. We denken aan Schriftbeschouwing, kerkbegrip, visie op verbond en doop en avondmaal, ethiek etc. (...) Op grond van bovengenoemde overwegingen kunnen wij niet anders dan dit proces van S.O.W-volstrekt af keuren.

Wanneer we in het kort de argumenten moeten noemen dan denken we aan

a. Het niet analyseren van het verleden, d.w.z. het a-historisch denken in S.O.W.

b. De vaagheid, de onduidelijkheid in de "gebleken overeenstemming".

c. Het on-schriftuurlijke en zo on-gereformeerde in het proces S.O.W.

d. Motivatie vanuit de praktijk en niet vanuit de Geest zodat eenheid ten koste van de waarheid wordt doorgedrukt.

e. Zij, die staan op grond van Schrift en belijdenis (zoals wij) herkennen zich niet in het concept, terwijl er steeds over "wij" gesproken wordt.

f. We missen in het concept ook maar enige verwijzing naar de spiritualiteit, de bevinding, de religie van het belijden.'

Putten, wijkgemeente I (praeses ds. M. Baan, scriba H. v. d. Kamp).

Omdat

- ons helemaal niet duidelijk is, wat wij moeten verstaan onder 'verbondenheid in Jezus Christus',

- die 'verbondenheid', zodra een poging wordt gewaagd die uiteen te zetten, in de plaatselijke en synodale praktijk meer op verdeeldheid lijkt,

- het gebezigde woord 'heil' zó verschillend geïnterpreteerd wordt, dat binnen onze kerk en tussen de kerken verschillen als van dag en nacht aan het licht komen.

- de 'opdracht' om bovenstaande reden in de lucht blijft hangen,

kan onze wijkkerkeraad niet onderschrijven, dat wij onze schuld tegenover God en mensen groter zouden maken indien wij in de gescheidenheid zouden berusten. Omdat

- wij geen 'dankbaarheid' gevoelen (wegen hetgeen we gezegd hebben over de 'verklaring'),

- wij bevreesd zijn dat het 'gelovig luisteren naar de Schriften' een geheel andere inhoud heeft als hetgeen onze belijdenisgeschriften daaronder verstaan,

- wij geroepen worden het Evangelie van Jezus Christus te verkondigen, waarbij we vast wensen te houden aan de eenvoudige stelling, dat de Bijbel Gods onfeilbaar Woord is,

kan onze kerkeraad slechts 'nee' antwoorden op de vraag van de synode. Hierbij willen we de profetische oproep voegen, dat onze vaderlandse kerk terug kere naar het eeuwigblijvend getuigenis van God! 

Kinderdijk-Middelweg (praeses ds. J. Koppelaar, scriba M. J. Poirot).

'Met schrik constateren wij, dat de radicale afwijzing van de verklaring van overeenstemming, waartoe wij genoopt zijn, tevens een breuk betekent in geestelijk opzicht, met onze eigen synode die zich achter deze verklaring heeft gesteld. Wat ook de uitslag van de huidige ontwikkelingen moge wezen, er is in ieder geval nu helderheid verschaft door de synode, over de uitleg van de formulering "in gemeenschap met de belijdenis der vaderen" en "in dankbare gehoorzaamheid aan de Heilige Schrift", zoals neergelegd in artikel 10 van onze kerkorde van 1951, Het nieuwe waarheidsbegrip dreigt de grondwet van onze kerk te worden, waardoor het individu, het kerkhd wel uitmaakt wat dankbare gehoorzaamheid is en niet de Schrift zelf...

De considerans van deze grondwet lijkt het begrip "dynamische binding" te gaan worden, waardoor de criteria die het gezag van de Schrift bepalen bij de mens komen te liggen en niet meer in de Schrift zelf, toegepast door God de Heilige Geest aan onze harten, waardoor ook de belijdenisgeschriften alleen nog historische en geen inhoudelijke waarde meer hebben...

Is de worteling in onze kerk om de handhaving van het gezag van Schrift en Belijdenis dan tevergeefs geweest en de hoop die in 1951 gloorde definitief de bodem ingeslagen? Welk een heilloze weg is die "weg van het belijden der kerk" gebleken: i.p.v. een Christusbelijdende kerk zijn we op weg gegaan naar een christenbelijdende kerk...

Zijn dit de weeën van de aanstaande oordelen Gods over onze vaderlandse kerk? Het lijkt ons geboden, dat los van het S.O.W. proces er een bezinning op onze plaats in de kerk zal moeten komen, samen met al degenen die haar liefhebben wegens haar reformatorisch beginsel en begin.

Daarnaast menen wij inzake uw vraag niets anders te mogen en te kunnen besluiten dan: "Wij kunnen als kerkeraad der Nederlandse Hervormde gemeente Kinderdijk-Middelweg niet instemmen met de voortgang van het op gang gekomen proces van de Nederlandse Hervormde Kerk en de Gereformeerde Kerken in Nederland". (...)

Tenslotte belijden wij, dat wij met onze vaderen tegen de Heere gezondigd hebben, door niet altijd als getrouwe wachters op de muren der kerk gewaakt te hebben. Ook onze bazuin heeft menigmaal geen helder geluid of helemaal geen geluid gegeven. Mitsdien staan we medeschuldig aan de onschriftuurlijke implicaties van het huidige theologische denken in de vier kernen van belijden verwoord. Laat ons daarom op weg gaan naar de rand van de breuk die er ligt tussen God en onze kerk en haar bewenen, opdat God misschien het oordeel nog zou kunnen afwenden en ons barmhartigheid geschiede... Immers, deze breuk is dodelijk... (Jeremia 30 : 12).'

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 september 1985

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Reacties van gemeenten op  Verklaring van Overeenstemming S.O.W.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 september 1985

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's