KERKELIJKE RONDSHOUW

Zaaitijd.
Nieuwjaar! De Heere, de Schepper van de einden der aarde, die niet moede noch mat wordt, heeft 1929 ingeschoven, ja, ook voor ons persoonlijk en huiselijk leven, maar óók voor ons kerkelijk leven, óók voor het groote wereldgebeuren.
Nog is het de tijd des oogstes niet, dat de Priester-Koning, met gouden kroon majesteitelijk gesierd en de scherpe sikkel in de hand, komt om den oogst der wereld binnen te halen, waarbij tweeërlei lot wacht voor de menschen, al naar dat hun leven is geweest met of zonder Christus. (Openb. 14).
Het einde van het Rijk van Christus in deze bedeeling en het einde van het rijk van den Anti-Christ is nog niet. Het uurwerk van Gods Raad in Zijnen heiligen tempel is nog niet afgeloopen, al spellen de teekenen der tijden, dat de laatste dagen zijn ingegaan en op de laatste ure 't wachten is. De oogsttijd der wereld is nog niet. En zoolang de oogstdag nog niet is gekomen, zoolang is het de tijd van voorbereiding, van werken, van zaaien, opdat het Godsleven nog uitspruite hier en elders en vele vruchten mogen rijpen aan de ranken van den waren Wijnstok, nog vele halmen mogen groeien op den akker, dien de Heere ons en onzen kinderen ter bearbeiding heeft toevertrouwd. Zijn er niet twaalf uren in den dag, dat we werken zullen?
Straks komt Christus, de van God gezalfde en gekroonde Koning, als Rechter. Dan is het eindgericht. De sikkel is Zijn symbool dan. Nu is Hij de Goede Herder, die Zijn schapen en lammeren toebrengt en weidt. Nu is Hij de Heiland, die zondaren noodt, de Zaligmaker, die het verlorene zoekt; de Koning, die Zijn Kerk vergadert en regeert en bewaart, de grenzen uitzettend tot aan de uiterste einden der aarde.
Christus — die tegelijk in het brandpunt der geesten staat, door den één veracht en door den ander gezocht, voor Zijn Kerk de boodschap brengend: wees Mijne getui­gen! 't Is de tijd, dat de gedachten der menschenkinderen openbaar worden. De tijd van den val, van den afval ook; tegelijk de tijd van de opstanding en de toevergadering; de tijd van afbreken en opbouwen; van verstrooien en vergaderen; van bestrijden en verdedigen.
In dien tijd zijn wij met dit pas begonnen jaar 1929 weer als bij vernieuwing ingezet door den Heere, die voor ons allen een taak heeft weggelegd.
Wat had 't alles anders kunnen zijn, wanneer de zonde niet in de wereld ware gekomen. Maar de Heere, de Alwijze, heeft den Engelen de vrije keuze gelaten Hem te dienen of tegen te staan, en in hemelheerlijkheid geschapen, hebben de Engelen, die tot duivelen geworden zijn, gekozen den Heere te haten en Hem tegen te staan. En in den Anti-Christ zal de strijd tegen den Gezalfde des Vaders en in Hem tegen God Drieëenig worden uitgevochten, waarbij 't blijken zal dat de Heere God is tot in eeuwigheid en dat buiten God geen leven is dan vol ramp en vloek.
Wat had 't anders kunnen zijn, indien de mensch op aarde, in Paradijsweelde gezet met eeuwige heerlijkheid vóór zich, niet verleid zijnde door Satan, tegen God gekozen had, om te vallen in den drievoudigen dood.
Niet pantheïstisch, evolutionistisch, maar Goddelijk wonderbaar, op Gods tijd, naar Gods wil, is alles geschapen. En in 't eerste menschenpaar heeft de Heere allen in het Godsleven gezet, met beloften voor tijd en eeuwigheid, in den weg der liefde. Maar daar is nu door de zonde een streep, een zwarte streep door gehaald. En de hel heeft gejuicht, de duivelen hebben hun lied gezongen.
Doch daarmee is God niet onttroond! En de Heere, de Schepper des hemels en der aarde, gaat door, ook dwars door de zonde heen, ten spijt van hel en duivel, om Zich een Naam te maken en een Koninkrijk te stichten en een nieuwen hemel en een nieuwe aarde Zich toe te bereiden, waar in Christus Jezus, gerechtigheid en zaligheid zal worden geopenbaard voor een gansch groot volk, dat 's Heeren volk genaamd zal zijn. Het hemelsch Jeruzalem zal nederdalen op aarde dan! (Openb. 21). 
Dat is nu de worsteling der tijden! Daarvoor zijn de jaren. Opdat God Zijn werk werke. Waartoe Christus, Immanuël, op aarde is gekomen, om het kruis van Golgotha tot den boom des levens te makenvoor alle volk en geslacht als Sions Koning.
Die geschiedenis der wereld, waarin een nieuw stukske nu weer is ingeschoven met het aanbreken van 1929, is saamgeweven, naar Gods Raad, van allerlei dat wonderijk is. De menschen doen wat en God doet wat. En straks zullen alle menschen voor den rechterstoel van God Almachtig moeten verschijnen, om rekenschap af te leggen. De dag des oogstes!
En dan denken we aan de gelijkenis van de booze landlieden.
Dan denken we aan de Apostelen, die uitgingen om alom het Evangelie te verkondigen, zaaiers zijnde om in Gods Naam en 's Heeren kracht het zaad des Woords uit te strooien in alle landen en onder alle volkeren. 
Wonderlijk saamgeweven is alles. En 't gaat om het rijk van den Anti-Christ vol te maken, tot het geheel en al uitgediend zal hebben, onder de volle verantwoordelijkheid van den mensch en onder de volle toelating Gods. Het gaat tegelijk — en veel heerlijker — om de komste en uitbreiding en eeuwige verheerlijking van Christus' Kerk, van Gods gemeente, van het Koninkrijk der hemelen.
Wonderlijk saamgeweven!
En nu gaan de menschen denken, raadslagen maken, zaaien en planten, werken en bouwen. Zij gaan torens bouwen, koninkrijken stichten, tempels en schouwburgen bouwen; zij vinden kunsten en religies uit, doorvorschen de geheimen van de natuur en van de ziel, bouwen stelsels en verkondigen leeringen, voeren oorlog en sluiten vrede; zij drinken en vloeken, zingen en dansen, beminnen en haten; zij vloeken God en hun meesters; zij gehoorzamen en wederstaan het gezag — dat alles gebeurt dag aan dag, week aan week, jaar in, jaar uit.
En intusschen stuurt God, de Almachtige, de kleine wereld met haar zwoegende, ijdele, armzalige bewoners, naar het einddoel van Zijn Raad. Waarbij Hij nu — we hebben pas Kerstfeest gevierd — Zijn eigen Zoon gegeven heeft, om het leven dat van Boven is op aarde te openbaren aan een iegelijk, die, wedergeboren door Zijn Woord en Geest, Hem wordt ingeënt, als een rank in den wijnstok; die Hem wordt toegevoegd als een schaap van Zijn kudde; als een onderdaan ingeschreven in Zijn Koninkrijk.
En zóó groeien de menschen als halmen, uit het zaad, in den akker gestrooid; om straks door den Heere des oogstes te worden geoordeeld, zijnde Jezus Christus, Sions Borg en Middelaar, die van Satan, heeft getuigd dat hij als een bliksem uit den hemel is gevallen en dat de booze aan Hem niets heeft. 
Zoo groeien de spotters en de bidders. De Ezau's en de Jacobs. De Farao's en de Abrahams. De Izébels en de Anna's. De Achabs en de Paulussen. 't Eene leven rijpt in ongehoorzaamheid en zondebedrijf, de ander leeft in geloove, met Jacob rijpend op wegen van druk en bekeering, stervend ziende op den Silo, of met Simeon zingend: nu laat Gij, Heere, uwen dienstknecht gaan in vrede naar Uw woord, want mijne oogen hebben Uwe zaligheid gezien.
Christus maakt scheiding. In Hem het leven, buiten Hem de dood.
In Hem des Vaders welbehagen, buiten Hem des Vaders toorn.
De halmen groeien uit het zaad. Zoo het zaad is, is de oogst.
En daarom wordt ons 1929 gegeven als zaaitijd, ook in het midden van onze Ned Herv. (Geref.) Kerk, in het midden van land en volk. En de Heere heeft voor ieder een taak. Waarbij onze ziele moge ervaren door Gods Woord gewonnen en door Gods Geest levend gemaakt, dat het licht gezaaid is voor de oprechten, om in Christus, die dood geweest is en als het tarwegraan is gestorven, het eeuwige leven te kennen, alles ontvangend uit Hem, uit Wiens Sions vrucht van gerechtigheid en zaligheid en vrede is.
Zaaitijd. Zijn er niet twaalf uren in den dag?

Vrijzinnige trucjes.
Daar zijn ze over 't algemeen handig in, de Vrijzinnigen, om allerlei trucjes uit te denken. Bij hen zit ook 't intellect; 't is het denkend deel der natie. In de Reglementen der Hervormde Kerk zijn ze thuis als de besten. Handig weten ze artikel aan artikel te rijgen en ze kunnen dan alles bereiken wat ze willen. Alleen leest een man als ds. Van Wijhe, de geestelijke leider van de Vrijz. Hervormde beweging en de hoofdredacteur van het Vrijzinnig Weekblad „Kerk en Volk" niet eens z'n beroepsbrief. Daar weet hij blijkbaar niets van. En als men hem dan zegt, dat er in dien beroepsbrief zooiets staat van „naar Gods Heilig Woord", dan is hij zóó in de war, dat hij zwijgt als een mof. 't Is wel kras!
Maar handig zijn ze. In Boskoop zijn ze zóó handig, dat ze de vrouwen uitsluiten van de stembus als er verkiezing van Noabelen is; omdat ze bang zijn dat ze het verliezen zullen. Oók een beginsel! En dan durven ze nóg te zeggen: „Boskoop is vrijzinnig". Men moet maar durven.
In Zuidwolde (Dr.) nu — een gemeente die, vrijzinnig zijnde, nooit heel gunstig bekend stond, zelfs berucht door leege kerken en veel vechten en drinken — zijn de Vrijzinnig Hervormden zóó handig, dat, wanneer er een rechtzinnig godsdienstonderwijzer den dienst zal waarnemen als de dominé vacature-beurt heeft, dadelijk door hen een artikel in de Reglementen gevonden is, dat zulks niet mag. En als de man dan den kansel niet betreden mag, huren ze oogenblikkelijk het kerkgebouw van de vrijzinnige Kerkvoogden om een vergadering in het kerkgebouw te hebben, waar een vrijzinnige niet-godsdienstonderwijzer, zonder bevoegdheid zijnde, optreedt. De volijverige stemmenjager van de Vrijzinnig Hervormden preekt dan lustig in de vergadering! 
En om den rechtzinnigen predikant ds. Van Dijk te plagen, benoemen ze een (vrijzinnig) ouderling als scriba van den Kerkeraad! Om mee controle uit te oefenen over de correspondentie en den dominé hierin onder curateele te zetten. Natuurlijk enkel en alleen „in het belang der gemeente"!
Zoo ook met de wijziging in de kerkbeurten. Om de wille van de gemeente heeft de (vrijzinnige) Kerkeraad, die tijd en aantal van de godsdienstoefeningen bepaalt, besloten den éénen Zondag 's morgens en den anderen Zondag 's avonds godsdienstoefening te houden.
„Idioot" zou men zeggen. Mis evenwel. Heel handig! Want nu heeft de Kerkeraad om de 14 daag de vrije hand om het kerkgebouw te huren van de vrijzinnige Kerkvoogden, om dan in een vergadering in de kerk een vrijzinnig dominé te laten optreden (de plaatselijke predikant, ds. Van Dijk, is rechtzinnig).
En menschen die zulke streken uithalen met een rechtzinnigen godsdienstonderwijzer, met een rechtzinnigen predikant ter plaatse, met officieele godsdienstoefeningen enz. enz., zetten dan in „Kerk en Volk" een gezicht of ze de verdrukte onschuld zijn, als 't Classicaal Bestuur van Meppel, in de zaak ingeroepen, heel dien vrijzinnigen Kerkeraad schorst. Waartoe ook de vrijzinnige leden van het Classicaal Bestuur hebben meegewerkt.
't Is toch wel goed, dat zulke schunnige practijken van die Vrijzinnig Hervormden eens openbaar worden. Men moest b.v. van rechtzinnige zijde in Stolwijk en in Boskoop — waar een orthodoxe Kerkeraad en een vrijzinnig predikant is — zulke dingen eens uithalen, wat zou er in de vrijzinnige pers geschreeuwd worden! Wij begrijpen niet, dat zulke deftige vrijzinnige menschen, zoo door en door ontwikkeld en beschaafd, en zoo ruimhartig en verdraagzaam als weinigen op aard, van zulke schunnige dingen willen leven! 't Zou ons te min zijn.
Intusschen kan het tot leering strekken, om te weten wat we van zulke menschen op kerkelijk erf te wachten hebben als het spant.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen