Torenspitsen-Gemeenteflitsen
HAZERSWOUDE
Hoewel Hazerswoude als burgerlijke gemeente vermeld wordt in een oorkonde van Graaf Floris V van 20 maart 1281, dateert de oudste vermelding van Hazerswoude als parochie uit 1292.
Dankzij naspeuringen van dhr. C. Kroon, amateur-historicus te Hazerswoude kan onderstaande geschiedenis vermeld worden.
Op 25 aug. 1292 deed een college van arbiters uitspraak in een geschil over de grens tussen de kerken van Leiden en Leiderdorp. Hierin wordt voor het eerst de kerkelijke aanduiding van Hazerswoude gebruikt.
De middeleeuwse parochiekerk van Hazerswoude was gewijd aan de Heilige Aartsengel Michael. Nergens blijkt hoe deze kerk er destijds heeft uitgezien. De tegenwoordige kerk is echter gebouwd op de grondslagen van de oude kerk (de twee transepten zijn bij de restauratie van 1946-1948 aangebracht). De kerk bestaat uit een schip en een koor met vijfzijdige sluiting. De vormgeving van de toren is echter 17e eeuws. Hij heeft een forse gelede romp, een terugliggende blinde gemetselde bovenbouw en een sierlijke houten top, die bestaat uit een open achtzijdige lantaarn.
Hervorming
De ontevredenheid over de bestaande toestanden op maatschappelijk en kerkelijk gebied was sinds de dagen van de wederdoperij en ketterij tot grote hoogte gestegen, ook in Hazerswoude. De inneming van Den Briel op 1 april 1572 was de druppel die de emmer deed overlopen. Grote veranderingen vonden toen plaats in kerk en maatschappij. In juni 1572 werd de kerk van Hazerswoude door de aanhangers van de nieuwe leer in beslag genomen. Over de stichting van de hervormde gemeente is bijna niets bekend, omdat de stukken uit die tijd ontbreken. De eerste officiële predikant was Anthonius Montanus (1592).
Vernieuwing van kerk en toren
Omstreeks 1640 bleek de middeleeuwse toren zo bouwvallig dat besloten werd tot afbraak. Geld voor een nieuwe toren was er niet. Het ambachtsbestuur verzocht toen aan Johan van Wassenaar, als heer van Hazerswoude, octrooi te verlenen om te mogen heffen 'tot laste van tappers van iedere tonne biers twaalf stuivers' en dat voor de tijd van 30 jaar. In 1646 kwam de bouw van de huidige toren gereed. In 1657 was het ook slecht gesteld met het kerkgebouw. Schout, ambachtsbewaarders en schepenen dienden een verzoek in bij de heer van Hazerswoude, gedateerd 10 december 1657 waarin zij schreven:
'hoe dat haerluijden kercke alleen door groeten ouderdom soodanig is coomen te vervallen, dat al eenige jaren herwaarts, in deselve den godsdienst niet anders als met groot pericul van in te storten, ende sulcx eenige personen te verpletteren ende heeft cunnen werden gecelebreert ende geoeffend tot ter tyt toe dat nu onlancx aan de suytsijde vande voorsz. kercke omtrent den predickstoel bij stil ende bequaem weder, op seeckere dach inde weecke, ende sulcx (tot allen gelucke) buyten predikatie ende vergaderinge van menschen, soodaanige stucke muyers binnenwaerts gevallen ende innegestort is, dat men daer gemackelijk met wagen ende paerden uit ende in soude kunnen ryden.'
Het verval van de kerk was zodanig dat aan repareren niet meer te denken viel. Er wordt dan ook toestemming gevraagd om een geheel nieuwe kerk te mogen bouwen. In december van dat jaar kwam reeds het consent van de Staten van Holland en Westfriesland binnen.
Het is een sobere maar statige kerk geworden, met eiken meubelen die volgens kenners nu nog hun schone vormen vertonen. Vooral de oorspronkelijke koorafscheiding, met gebeeldhouwde hekken, waartussen de buitengewoon forse, baldakijnvormige overhuiving van de preekstoel, vormt een kunstwerk op zichzelf. Met aan zekerheid grenzende waarschijnlijk kan gesteld worden dat de beroemde Nederlandse architect Pieter Post verantwoordelijk is geweest voor de bouw en inrichting van de kerk. Van de oorspronkelijke inrichting is thans alleen nog het koor- en doophek, twee achterschotten van de verdwenen herenbanken en de preekstoel met overkapping (aanvankelijk overhuiving ambachtsherenbank). Ook de psalmborden, gevormd door een fronton, rustend op twee gecanneleerde pilasters be horen tot het 17e eeuwse meubilair. Deze borden zijn, na de laatste restauratie, weer op hun oorspronkelijke plaats gehangen.
Restauraties, onderhoud en nieuwbouw
De kerk is door de eeuwen heen steeds een zorgenkind geweest. Vele malen moest het kerkgebouw worden gerestaureerd. Nadat de oude parochiekerk in 1664 was vervangen door een nieuw gebouw, verkeerde deze in 1793 opnieuw in een vervallen staat. 5000 gulden werd geleend om het gebouw een flinke opknapbeurt te geven, maar steeds weer moesten bouwkundige werkzaamheden worden verricht om het gebouw te behouden.
Een ingrijpende restauratie vond plaats in de jaren 1946-1948. Als gevolg van grondwaterverlaging en grondverschuiving trad een verzakking van het kerkgebouw op, welke in 1942 zodanige vormen had aangenomen, dat het gemeentebestuur besloot het gebouw te sluiten, omdat instorting niet denkbeeldig werd geacht. 's Zondagse kerkdiensten werden in deze oorlogsjaren gehouden in het gymnastieklokaal van de school. Met de restauratie kon niet eerder dan na de oorlog worden begonnen. Hierbij werden twee transepten aangebouwd en werd het interieur volkomen gewijzigd. Het koorhek werd hersteld, waarbij de kansel met de overkapping van het ambtsgestoelte als een geheel werd opgenomen.
Na jaren van plannen maken (vanaf 1971) om de toren, welke ook in verval was geraakt te restaureren, werd dit tenslotte, na jaren van uitstel en stagnatie toch uitgevoerd en voltooid in 1986.
Het schip van de kerk wachtte echter al 15 jaar lang op een flinke opknapbeurt. Zowel interieur als exterieur werden flink onderhanden genomen, o.a. volledige vernieuwing dakconstructie en stucadoorswerk. De totale restauratie kostte 2.6 miljoen gulden, waarvan 1.5 miljoen door gemeente zelf moest worden opgebracht. Door jarenlange acties en grote offerbereidwilligheid van de gemeenteleden is dit ook gelukt. En het was met grote dankbaarheid dat op 12 april 1992 de oude kanselbijbel weer op de prachtig koperen lezenaar gelegd kon worden, en worden geopend waarmee het gebouw weer een kerkgebouw werd. Het werd een feestelijke kerkdienst waarin de huidige predikant ds. J. B. Alblas voorging. Het gebouw was, wat betreft interieur alsook exterieur een zeer fraai geheel geworden, waaraan de zorgen die er in de loop der eeuwen geweest waren niet meer zichtbaar zijn.
Maar ondanks alle inspanningen in verleden, heden en toekomst zal eens dit kerkgebouw vergaan. Maar het zal niet gemist worden, want er is voor Gods volk een eeuwig huis, waarvan de Kunstenaar en Bouwmeester God is, gedragen door het vaste fundament Jezus Christus.
Joh. Dekker, Hazerswoude
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 oktober 1994
De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 oktober 1994
De Waarheidsvriend | 16 Pagina's