Boekbespreking

Ds. J. van Amstel, Voor heel de Kerk, uitg. Oosterbaan & Le Cointre B.V., Goes, 165 pag., prijs ƒ 17, 50.

Dit Telos-boek bevat een aantal op de praktijk gerichte bijbelstudies over Openbaring 1-3. Een reeds vele malen bepreekt en beschreven fragment uit de Schrift. En dat is wel te verstaan. Met name de zeven brieven houden de Kerk van alle tijden een spiegel voor. Christus' openhartige oordeelvelling over Zijn gemeente van toen betreft niet minder Zijn gemeente van nu. Ds. Van Amstel heeft een prettig leesbare stijl. Probeer zo concreet mogelijk de toepassingen te maken. Het is voor ieder te begrijpen wat hij bedoelt. De kritiek die dit bijbelgedeelte bevat wordt genoemd en overgebracht naar nu. Ik vind wel dat hij die kritiek van het Woord soms zo vriendelijk overbrengt, dat de scherpte er daardoor wat uit verdwijnt. Ook waar hij ingaat op vragen die het geestelijk leven betreft, komt het me soms zo eenvoudig om niet te zeggen simpel voor. Niettemin is deze uitgave zeer bruikbaar waarvoor ze o.a. is bedoeld: bijbelen gesprekskringen. Voor elk hoofdstuk zijn een aantal zeer zinnige vragen opgesteld. Wie nog zoekt naar een thema voor een bijbelkring vindt wellicht in deze aankondiging een hint. Aanbe­

J. M.

Dr. H. M. Vroom, Waarom geloven? Uitgave J. H. Kok te Kampen, 92 biz., prijs ƒ 16, 90.

Opnieuw verscheen van de hand van dr. Vroom een boek. In deze publicatie gaat hij in op de godsdienstfilosofische kritiek op het geloof. Eerst bespreekt hij zes argumenten tegen het geloof, namelijk: geloof is niet zeker; verzinsels; geloof als ideologie; wat te geloven? ; de vraag naar het lijden; vaag en onduidelijk. Daarna noemt hij zes argumenten vóór het geloof. Het zijn: 'beschaving'; ongegrond bestaan; verantwoordelijkheid; bevrijding; vertrouwen en rust; de voorgangers. Tenslotte formuleert hij enkele eigen antwoorden op de argumenten tegen het geloof. Het boekje is in die zin instructief dat het een doorlichting biedt van de achtergronden van bezwaren die mensen in onze tijd tegen het geloof hebben. Wel wordt duidelijk dat het geloof voor de ongelovige niet acceptabel te maken is. Ook niet wanneer de auteur zoveel mogelijk in de ontmoeting tussen gelovigen en ongelovigen van de ervaring uitgaat. Was het niet beter geweest om de kwestie veel meer vanuit de Openbaring te benaderen? Het boekje zou meer evangelische werfkracht hebben bezeten. Jammer vind ik dat de auteur diverse fundamentele Bijbelse zekerheden relativeert. Waarom is verzet tegen de evolutietheorie eigenlijk dom (blz. 66)? Wat is het unieke van het christelijk geloof? Zo heb ik meer vragen. Deze nemen echter niet weg dat het boek veel informatie biedt waarmee we als christenen in de ontmoeting met ongelovigen onze winst kunnen doen.­

W. Verboom

J. Moes, Jij, in ontmoeting met jezelf en de ander (deel 2), uitgave Filippus, gereformeerd tractaatgenootschap te Arnhem, 120 blz.

Bij bovengenoemd genootschap is in de serie 'Onderweg' opnieuw een catechisatieboekje verschenen van de hand van de heer J. Moes voor de huiscatechisatie. Dit boekje mikt op de leeftijdscategorie van 16-18 jaar. Het gaat om deel 2 over het thema: Jij, in ontmoeting met jezelf en de ander. Het boekje bevat 5 hoofdstukken, waarin uitvoerig wordt ingegaan op de wereld waarin catechisanten vandaag leven (school, werk, vrede, liefde, maatschappelijk recht en verwante onderwerpen). Deze catechese raakt dus de ethiek. Voor de opzet, waarbij de belevingswereld van de catechisant ruime aandacht krijgt, heb ik waardering. De catechisanten zullen door de existentiële aard van de vragen bij het leerdoel betrokken worden.

Toch zit ik met enkele dingen, die ik kwijt wil. Sommige vragen zijn zo ingrijpend dat er niet alleen aan de catecheten hoge eisen gesteld worden , maar dat er ook behoefte is aan meer informatie vanuit de Schrift en de leer van de Kerk. Deze informatie komt m.i. te kort. Mede door de veelheid van vragen dreigt het gevaar van oeverloze discussies. Als het gaat om beslissingen op ethisch gebied heb ik moeite met het standpunt van de auteur. Zo mis ik het onderscheid tussen homofilie en homosexualiteit. Hiermee doe je én geen recht aan mensen, die de homofiele medemens aanvaarden, maar de homosexuele praxis veroordelen én evenmin aan de homofielen zelf, die zichzelf hebben leren aanvaarden, maar de homosexuele praxis niet.

Wat de didactische zijde betreft zou het goed zijn als bij een volgende druk aanwijzingen werden gegeven op welke wijze de leerstof over het leerplan en de catechisatieles verdeeld kan worden.

W. Verboom

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen