De Waarheidsvriend cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van De Waarheidsvriend te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van De Waarheidsvriend.

Bekijk het origineel

Rondom het sterven

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Rondom het sterven

4

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

De bijbelse lijnen, die in de vorige aflevering getrokken werden kwamen hier op neer: zonde, ziekte, sterven en dood zijn schakels van één keten. De mens is een gebonden mens. Aan hem, die het geweld des doods bezit, de duivel, heeft hij zich uitgeleverd. Door zijn zonde, die schuld is voor God. Dit alles kunnen en mogen we slechts zeggen, wanneer we de verzoening, de verlossing, de overwinning van zonde en dood door de Heere Jezus Christus willen verkondigen. Tot behoud, vrijmaking van gebonden mensen. In Jezus Christus is de keten gebroken voor allen, die in de schaduw van de dood gebonden zijn. Wie in Jezus Chttstus gelooft, verliest het gebonden leven, en ontvangt een nieuwe band met God. Die band wordt bepaald door de schakels van verzoening, afsterving en opstanding, eeuwig leven. Het is de Heilige Geest, die levend maakt door de kracht van het Woord, die deze band in ons leven werkt en versterkt.

Ontdekking

Nu gaat het erom dat wij ontdekt worden aan de wezenlijke dood van ons bestaan. Dat is: dat we sterven moeten, maar niet kunnen. Want sterven betekent een heilig God ontmoeten. We weten, dat ieder mens op een zeker moment in zijn leven in het bijzonder met de dood wordt geconfronteerd. Zo gauw een kind enigszins bewust gaat leven, komt meestentijds de vraag naar het hoe en het waarom van de dood. Belangrijk is dat we niet op een wereldse manier de dood voor onze kinderen aannemelijk proberen te maken. Bijvoorbeeld wanneer door een ziekte of een ongeluk een leeftijdgenootje uit dit leven wordt weggenomen is het mijns inziens te zuinig om te stellen: de Heere God wilde hem of haar bij Zich in de hemel hebben. Een dergelijke versimpeling van de diepe vraagstelling van een klein mensenkind in deze boze wereld kan later schadelijke gevolgen hebben. Wanneer het kind gaat ervaren dat de verschrikkingen van de dood legio zijn, en dat de mens machteloos is om het geweld van de dood te keren, kan zulk een eenzijdige Godsvoorstelling, die trouwens niet bijbels is, als een goedkope oplossing worden aangezien.

Evenzeer zal men moeten waken voor quasi-ernstige opvoeding, waarin het kind een angst voor de dood wordt bijgebracht, die niets te maken heeft met de bijbelse vrees. Wanneer ouders of opvoeders vanuit eigen ongeloof en onzekerheid toch hun taak denken te kunnen volbrengen door aan het kind een Godsbeeld over te dragen, waarin Zijn heiligheid slechts gekleurd wordt met volmaaktheid, toornende gerechtigheid, straif, dood, oordeel, vergist men zich, wanneer een bepaald beslag, een diepe indruk in een kinderziel, soms benard en emotioneel geuit, overtuigend werk van de Heilige Geest wordt geduid. We zullen met betrekking tot de geestelijke opvoeding van onze kinderen ons steeds weer moeten afvragen of we vanuit een psychologisch overwicht indoctrineren, of vanuit een geestelijke verantwoordelijkheid de smalle weg van het behoud, van de redding van het verderf, wij-'zen. In zulk een opvoeding zal de leer niet ontbreken, maar steeds als min of meer beleefde werkelijkheid worden beleden.

Doop en dood

’Leer de natie haar doop verstaan en zij zal behouden wezen'. Dit bekende woord van Wormser kunnen we ook betrekken op de ontdekking van ons sterfelijk leven. Met de doop, het sacrament, dat de begrafenis van de oude mens en de opstanding van de nieuwe mens uitbeeldt, verkondigt, komen we aan de grenzen en de kern van ons bestaan. Geboren om te sterven, kunnen wij niet sterven vanuit onze geboorte. Wij kunnen vanuit ons 'natuurlijk' menszijn de heilige God niet ontmoeten en in Zijn Koninkrijk niet binnengaan. Daarom zijn we aan de verdoemenis, het doodsoordeel onderworpen. Maar nu is daar de opstanding, wedergeboorte, nieuw leven in Christus, door de Vader ons geschonken, die onze zonden en dood heeft gedragen en die door zijn levendmakende Geest ons herschept, vernieuwt tot kinderen van God de Vader, in plaats van kinderen van de toorn.

Doordat 't teken van de besprenkeling ons veel meer wijst op het afwassen van onze zonden dan op het afsterven van de oude mens en wederom opstaan van de nieuwe mens, kunnen deze facetten in het onderricht aan de kinderen wel eens op de achtergrond raken. De Heilige Doop is meer dan het teken van de afwassing der zonden door Christus bloed. Spreek bijvoorbeeld eens met uw kinderen over het doopgebed: het leven dat niets anders is dan een gestadige dood, moeten wij verlaten. Dat betekent dat wij voor de rechterstoel van Christus moeten verschijnen. De ernst van deze werkelijkheid moeten wij niet verdoezelen. Maar daarbij moet en mag gesteld worden dat onze straf, onze dood, onze verdoemenis door Jezus Christus is gedragen. Dat is genade die de Heere over ons leven belooft. En nu gaat het erom, dat dit alles geloofd wordt, niet in theoretische zin, maar in de beleving van ons sterfelijk Ijestaan voor het aangezicht van de heilige God, dat om Christus' wil niet in toorn maar in gunst ons is toegewend. Hoe belangrijk is, dat ook onze kinderen deze levende God in deze wereld vol onheil leren vertrouwen, omdat Zijn Verbond ook hun leven draagt.

Trouwens ook voor ouderen geldt, dat het teken en zegel van de Heilige Doop voor hun sterfelijk leven van enorme zeggingskracht blijft. Het is soms hartverscheurend wanneer Christenen alleen maar zien op tekenen van aftakeling, van vertwijfeling van hun eigen hart waarin satan hen aanvecht. Er wordt zo wéinig gepleit op Gods Verbondsbeloften wanneer het aankomt op de vraag: Kunnen we voor God verschijnen? Het is soms verblijdend en bemoedigend als je tachtig jarigen hoort getuigen van de zekeAeid die niet gefundeerd ligt in eigen mogelijkheden, maar, in het genadeverbond, dat Christus voor hen volbracht heeft, door Zijn bloedstorting. Ik denk hier aan artikel 34 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis over de doop: 'het dient ons tot een getuigenis dat Hij in eeuwigheid onze God is, ons zijnde een genadige Vader', en: 'doch deze Doop is niet alleen nut zolang het water op ons is en dat wij het water ontvangen, maar ook al de tijd van ons leven.

Overdenking van het toekomstige leven

Wie ontdekt is aan de sterfelijkheid van zijn leven en deel heeft gekregen aan de kracht van kruis en opstanding, zodat hij de belofte van het eeuwige leven gelooft, dat in dit leven daarvan getuigenis geven. Calvijn wijst er op, dat het leven van de gelovigen gekenmerkt moet worden door de overdenking van het toekomstige leven. Hij doet dat in zijn Institutie boek II, X op een realistische manier, door het leven van de bijbelheiligen na te gaan. 'Noach verslijt een goed deel van zijn leven, terwijl de gehele wereld onbekommerd geniet, met grote vermoeienis in het bouwen van de ark. Dat hij aan de dood ontkomt, bezorgt hem groter zwarigheden dan wanneer hij honderd doden had moeten sterven. Want behalve dat de ark hem als het ware een graf van tien maanden is, kan er niets onaangenamers zijn dan zolang in de mest der dieren bijna ingedompeld gehouden te worden'.

Misschien dat deze gelovige werkelijkheidszin, waar ook de apostel van spreekt in Philippenzen 3 als hij alle dingen schade en drek acht om de uitnemendheid van de kennis van Christus, die in de we­deropstanding der doden pas volkomen zal zijn, wel een van de grote manco's van het geloofsleven van onze dagen. Het gewin van het sterven wordt slechts door hem beleefd, die geoefend is om dit leven in zijn ijdelheid en verderfelijkheid te ervaren en te belijden. We treffen in onze tijd een enorme overdenking van, aandacht voor het tegenwoordige leven. Wie zal daar iets kwaads van durven beweren? Alleen dit, wanneer al deze overdenking leidt tot een bijziendheid, een kortzichtigheid tot op de dingen van het hier en nu, zal de onvrede inplaats van het welzijn toenemen.

Wij leven een sterfelijk leven. Dat is verootmoedigend, ledere dag komt de sterfwaardigheid van de mens naar voren: de dood. Maar voor een Christen is die dood van deze prikkel ontdaan: Christus is gestorven en opgestaan, en dat voor onze zonde en tot onze rechtvaardiging, opdat we met Hem zouden leven. Dat moet worden beleefd en uitgedragen in een levens­ houding, die vervuld is van de hoop van het eeuwige leven. We zullen de schatten van deze wereld tenslotte voor roestige en mottige bullen moeten houden. Zij vergaan. De rijken, dat betekent degenen, wier leven gevuld is geweest met de overdenking van dit leven, kimnen niet sterven, het Koninkrijk Gods binnengaan. Die ernstige waarschuwing van de Heere Jezus moet de mens, met name in onze tijd, raken.

Maar dit Ieven dan? Het is genade, wanneer we een lang en gezegend leven verkrijgen. Toch hebben we hier ook af te wegen. Er is meer en minder. Het mindere moet het meerdere niet overwoekeren. Bij Christus te zijn is verreweg het beste, maar het is genade wanneer wij in dit leven onze opdracht mogen vervullen. Daarom is deze aarde voor een Christen gezegend.

Huizen

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 juni 1975

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's

Rondom het sterven

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 juni 1975

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's