Signalen nieuwe wereld

Na de zondeval is er sprake van ziekte en dood. Ook horen we van genezing van ziekte. Koning Hizkia is hier een duidelijk voorbeeld van. Hij ontvangt genezing op het gebed (Jes.38). In genezing zit naast het lichamelijke ook een geestelijk aspect. We horen het samengaan van beide ook in Jesaja 53 en Psalm 103. Mattheüs 8 zet deze lijn voort: genezen van ziekte is meer dan lichamelijk. Ook de genezing van de verlamde in Lukas 5 geeft dat duidelijk aan.

Medicatie

Genezingen zijn tekenen van het Koninkrijk van God. Er komt een tijd waarin geen ziekte en dood meer zal zijn (Openb.21:4-5). Genezing van ziekte is voorspel op de toekomstige verlossing. Daarmee wijst genezing boven zichzelf uit, naar het allerbelangrijkste, namelijk vergeving van zonden. Want hoe je het ook wendt of keert, vroeg of laat zal het einde van het leven, de dood, komen – tenzij je de wederkomst van de Heere Jezus Christus meemaakt.

Dat relativeert genezingen. Genezingen nemen hier, op deze aarde, de dood niet weg. Ook horen we over het gebruik van medicatie (Jes.38:21; 1 Tim.5:23). We zien in deze voorbeelden een aantal bijbelse grondlijnen. 1) Het gebed tijdens ziekte; 2) het gebruik van medicijnen en 3) genezing, en daarmee verlenging van leven. Het ene sluit het andere niet uit. Beter: het ene sluit bij het andere aan.

Pfeiffer

Nu wijst Paulus op ‘krachten’ en ‘genadegaven van genezingen’ (1 Kor.12:28). Voor ‘krachten’ staat in het Grieks een woord dat in de evangeliën op genezingswonderen wijst (Matt.11:21-23). Genezingen zijn een krachtig gebeuren.

Wat zijn concreet ‘genadegaven van genezingen’? Het bijbels getuigenis wijst op het gebed. Daarmee valt het verschil met de natuurlijke gaven op. In de medische wereld krijgen ziekten namen naar hun ontdekkers (Kahler, Pfeiffer, Crohn, Ménière). In de kerk van Christus ontvangt God de eer. Hierbij valt op dat wonderen manifestaties zijn die voornamelijk bij de apostelen voorkomen en ook wel bij de zeven diakenen in de Handelingen van de apostelen (Matt.10:1; Hand.6:5,8; 8:6-7,13).

Al zijn er genezingen, er is ook volop ziekte. Soms geneest een zieke op het nippertje. Epafroditus is heel erg ziek, tot de dood toe (Fil.2:25-27). Paulus schrijft nadrukkelijk dat God hem genezen heeft (vs.27). Genezing is aan God. Apostelen genezen niet elke zieke. Paulus moet Trofimus in Milete ziek achterlaten (2 Tim.4:20). Paulus heeft ook zelf met ziekte te maken (Gal.4:13-14; 2 Kor.12:7-10). Juist in zijn ziekte heeft hij te leven van Gods genade (2 Kor.12:9).

Bij genezingen valt het genadeaspect op in het spontane en onverwachte. We zien het bij de genezing van de kreupele bij de Schone Poort (Hand.3) en bij een verlamde in Lystre (Hand.14:8-10). Het zijn geen geplande of met kabaal afgedwongen genezingen. Jakobus wijst ons op het spontane tijdens een huisbezoek, met de nadruk op Gods werk. Niet mensen verrichten een wonder, maar God (Jak.5:15). Opmerkelijk is dat ook Jakobus vergeving van zonden en gezondheid in één adem noemt. De gave van genezing staat in nauw verband met de evangelieverkondiging en heeft daarmee een missionaire spits. Vóór alles gaat het echter om de vergeving van zonden.

Geduld

Duidelijk blijkt dat tekenen, wonderen en krachten kenmerken zijn van de apostelen (2 Kor.12:12; Hebr. 2:4), net zoals ze kenmerkend voor de Heere Jezus Christus waren (Hand.2:22). Dat neemt niet weg dat hier op aarde ziekte blijft. Deze wereld blijft een wereld in gebrokenheid. Ieder krijgt vroeg of laat te maken met ziekte, de meesten ook met een ziekte die tot de dood leidt. We bereiken hier, op deze aarde, nooit de volmaakte nieuwe hemel en aarde. Ook kinderen van God krijgen met ziekte te maken. Belangrijk is dan geduld, vertrouwen op God en overgave in Gods hand.

Nu pakken wij wonderen meestal positief op, maar wonderen kunnen ook een negatieve betekenis hebben, zoals bij Elymas, die een poos blind is (Hand. 13:11). Dit aspect van wonderen zien we gauw over het hoofd. Toch is het er. Ziekte dient ons bij God te brengen.

Nieuwe heup

In de kerk van Christus dienen de genadegaven van genezingen de evangelieverkondiging. Dit blijkt in het bijzonder in het ontstaan van ziekenhuizen. In het Romeinse Rijk telden zieken niet mee. Zieken liet je liggen. Toen kwamen er in dat heidense Romeinse Rijk christenen. Zij hadden uit Oude en Nieuwe Testament geleerd: liefde, zorg en barmhartigheid. Ze zochten zieken op en richtten ziekenzalen in. Op deze manier zijn de eerste ziekenhuizen ontstaan. Dat hield in: zorg voor het zwakke en kwetsbare, met de hoop op het genezen van zieken door ziekenzorg en medische verzorging. Het gebed is hierbij verondersteld, alsook de verkondiging dat God bij machte is om grote dingen te doen. Genezingen blijven gaven. Ze zijn niet tot eer van mensen, maar tot eer van God. God geeft mensen aan elkaar om elkaar te dienen in het wijzen op Hem en Zijn macht.

Hoe werkt het in de praktijk? Ik denk aan een voorval dat ik zelf meemaakte. Een broeder met een ernstige ziekte ging naar het ziekenhuis. Zijn behandelend arts sprak: ‘Meneer, ik begrijp het niet. Bij u lijkt de ziekte stil te staan.’ Waarop deze broeder antwoordde: ‘Dokter, wij hebben een biddende gemeente achter ons.’ Dat is het nu: een biddende gemeente. Wat een kracht gaat er van vele bidders in en buiten de ’s zondagse erediensten uit. Of zijn we dat in onze vertechniseerde samenleving kwijtgeraakt? Zeggen we achteloos: ‘Och, ik ga even naar het ziekenhuis voor een nieuwe heup of nieuwe lens, of – vul maar in?’

Vrede

Laten we bij dit alles vasthouden: hoeveel genezingen je ook meemaakt, er komt een keer een einde aan je leven. Genezingen zijn tekenen, signalen van Gods nieuwe wereld. Ze doen je uitzien naar Gods heerlijke toekomst. Wat mooi om te zien wat er in de praktijk van het pastoraat regelmatig gebeurt bij ziekbedden waar sprake is van ernstige ziekte: een gesprek over zonde en vergeving, met ook de vraag: is het voor mij? Kan ik voor God bestaan? Mag ik bij Hem – in Zijn hemels huis – binnenkomen? Daarna het gebed. Op deze wijze krijgt het gebed om genezing diepe betekenis: genezing van lichaam en vooral van je ziel, genezing van zonde en schuld, vrede met God door Christus Jezus, onze Heere. Want vroeg of laat komt er een einde aan je leven, vaak door ziekte. Om dan door lijden tot heerlijkheid te gaan is de bijbelse verkondiging. De heerlijkheid van God in Zijn Koninkrijk is de grote genadegave.

Vier genadegaven

God heeft aan Zijn kerk veel gaven van de Geest gegeven. Deze serie belicht er vier.

1 apostelschap

2 profetie

3 genezingen

4 tongentaal

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen