
Samuël, een zoon der Wet.
40)Het was op dezen Sabbath voor alle „nieuwen" niet zoo gemakkelijk als op den eersten, om zich in de vroolijke en zorgelooze stemming te verplaatsen, die het spreken over de geschiedenissen van alledag en zelfs het denken daaraan verbiedt. „Een goede week — een goed jaar !" zeiden zij, t ...

Samuël, een zoon der Wet.
41)Den derden dag groeide hij tot zulk een hevigheid aan, dat hij van verre vlakten het zand ophief en dat in ontzaglijke wolken hoog naar den hemel deed opdwarrelen. Of bracht hij het soms heelemaal uit de Syrische woestijn ? Van den horizont rolden deze Wolkgevaarten van enkel zand steed ...

Samuël, een zoon der Wet.
42)Sinaï's rede werd hoogdravend, naarmate hij een diepzinniger onderwerp behandelde ; haar zin werd echter zoo leeg en kleurloos, als de wereld daar buiten nu. Alleen als Samuel bescheiden bedenkingen waagde tegen de waarde van deze spitsvondigheden en het niet verheelde, dat hij ze eenig ...

Samuël, een zoon der Wet.
43)Het was maar goed, dat zij dien diepbedroefden blik niet kon zien, waarmede haar echtgenoot haar bekeek. „Je verstand was bij den Heere der heirscharen ; Hij zal het je teruggeven, " zei hij zacht — en, tot Samuel gewend, die met ingehouden adem had toegeluisterd : „Mijn zoon, jij zult ...

Samuël, een zoon der Wet.
44) Maar nog een halve week verliep in angstig wachten — dagen, waarin ook de Groote Verzoendag viel, en waarop de immigranten bij het aanbreken van den dag reeds in hun doodshemden naar Baitjisrael liepen, om met de menschen van daar hvm schuld te belijden en de e ...

Samuël, een zoon der Wet.
45)Rea merkte het eerst, dat zij door iets gewichtigs heelemaal werden in beslag genomen en dat zij daarom ditmaal niet de gewone belangstelling hadden voor de aangelegenheden van het jonge huishouden. Zij probeerde te raden, of dit gewichtige iets was van goeden en blijden aard, of dat he ...

Samuël, een zoon der Wet.
48) „Reb Nathans heeft de zaak in het Hebreeuwsch met mij besproken ; wij zullen opnieuw beginnen met onze eigen taal en niet meer Jiddisch spreken, want dat hoort bij de verstrooiing. Wij zullen nu spreken de taal van Adonai en van onze vaderen en onze Wijzen. Hie ...

Samuël,een zoon der Wet.
49) Het gebergte van Efraïm werd fel beschenen ; daarachter rezen duister op de kale bergen van Judea, waarachter Jeruzalem ligt. Een donkere mannengestalte werd in het licht van dit zelfde schijnsel op eenigen afstand zichtbaar, en toen er wéér een straal kwam, was hij al heel dichtbij. Hij kwam ...

Samuël, een zoon der Wet.
50)Een geweldig gekraak en een majestueus gerol van den donder deden hem ophouden. Het rolde den kant van de vlakte van Jizreël op, alsof het aan de wolken de grenzen afteekende, waarbinnen deze zich zouden hebben te ontlasten. Tegelijk werd in het woud op den berg het geluid van de dieren ...

Samuël, een zoon der Wet.
51)„Ik zou het nu wel willen vertellen — ik kan het toch niet langer voor mij houden. Ik had het zoo graag al eens éér verteld.Het is mij alleen overkomen, maar ik kan het niet langer in mijn eentje dragen. Gijlieden zult mij wel niet verraden, — en ook al deedt gij dat, dan is het ...