
UIT DE HISTORIE
Hoofdstuk III. (XVIII). Vervolg vers 13. Het geloof in en de belijdenis van de Godheid van Christus, is wel een zeer noodzakelijk stuk der christelijke leer. Toen Arius er toe kwam, om dit te loochenen, moest hij oo ...

UIT DE HISTORIE
Hoofdstuk III. Vervolg vers 13. De algemeene Wet van Mozes sluit ook Christus in, hoewel Hij persoonlijk onschuldig is. Doch de Wet treft Hem: nu eenmaal aan onder zondaren en moordenaars. Ook de burgerlijke overheid straft iemand, wanneer zij hem vindt e ...

UIT DE HISTORIE
Hoofdstuk III Vervolg laatste gedeelte vers 12. Paulus noemt dus hèn rechtvaardig, die zonder de Wet door Gods belofte of door het geloof in Zijn beloften gerechtvaardigd worden. „De Wet doen" is derhalve e ...

UIT DE HISTORIE
Hoofdstuk III.Vervolg laatste gedeelte vers 12. Door de woorden: „de mensch, die deze dingen doet, zal door dezelve leven", wil Paulus nu eens precies aangeven, waarin de gerechtigheid, die uit de Wet is, bestaat. De gerechtigheid des geloofs kwam tot uiting ...

UIT DE HISTORIE
Hoofdstuk III. Het geloof zonder de liefde, zoo zeggen de Sophisten, is als een schilderij in het donker, welke eerst te zien is, als het licht wordt. Zoo komt ook het geloof eerst door de liefde tot zijn recht. Volgens deze beschouwing is dus de liefde het ...

UIT DE HISTORIE
De rechtvaardigheid is uit het geloof : niet uit de werken. Wie zijn Abrahams kinderen ? Vers 6—14. (XII) Vervolg vers 10. Antwoord op de bedenkingen der tegenstanders van de leer der gerechtigheid uit het geloof. (Slot). Het is ...

UIT DE HISTORIE
Hoofdstuk III. Vervolg vers 10. Antwoord op de bedenkingen, geopperd door de tegenstanders van de leer der gerechtigheid uit het geloof. Daar deze tekst daar gelegenheid toe biedt, moeten wij hier iets zeggen over de argu ...

UIT DE HISTORIE
Hoofdstuk II. Vervolg vers 10. Degenen, die de Wet trachten te vervullen, kunnen dat niet alleen niet, maar ook verloochenen zij het eerste gebod, Gods beloften en den door Hem beloofden zegen aan Abraham. In den grond van de zaak ...

UIT DE HISTORIE
Hoofdstuk II. Het „doen'' van de dingen der Wet is dus in de eerste plaats „gelooven", en op deze wijze de Wet vervullen. Eerst moeten wij den Heiligen Geest ontvangen, door welken wij, na verlicht en vernieuwd te zijn, beginnen met het doen van de dingen, die der Wet zijn. Dat wil zeggen ...

UIT DE HISTORIE
Vervolg vers 10. „Want er is geschreven : vervloekt is een iegelijk, die niet blijft in al hetgeen geschreven is in het boek der Wet, om dat te doen". Met deze woorden, die ontleend zijn aan Deuteronomium 27 vers 26, wil Paulus bewijzen, dat allen, die onder ...