
VAN DE WOORDE GODS
3de Serie.
VI.
De zedelijke en de godsdienstige toestand, waarin de oude wereld verkeerde en steeds meer verkeeren ging, wordt dus uit twee oogpunten ons geteekend als die van zedelijk en godsdienstig verval. Het zedelijk verval blijkt allereerst daaruit, dat er eene ...

VAN DEN WOORDE GODS
3de Serie.
VII.
De cultuurgeschiedenis leert, dat de beschavingen, die de volken zich meestal na eenige eeuwen van worsteling hebben verworven, tot den ondergang neigen, zoodra zij godsdienstig en zedelijk verschijnselen vertoonen eener langzaam maar zeker voortschri ...

VAN DEN WOORDE GODS
3 de Serie.
VIII.
De geschiedenis der menschheid staat dus, evenals het leven van den enkelen mensch, onder de voorzienige leiding Gods. En deze leiding is er door den Geest Gods. De Psalmdichter heeft ons dit zoo wonder diep en tevens zoo wonderschoon bezongen, toen ...

VAN DEN WOORDE GODS
3de Serie.
IX.
De steeds voortwoekerende godsdienstige en zedelijke verwording ging gepaard met de symptomen van verval, die heenwezen naar een naderende ontknooping door de voltrekking van het Godsoordeel. De uitverkoren gemeente Gods, hoe klein en onbeduidend zij m ...

VAN DEN WOORDE GODS
3de Serie.
X.
De mensch, geschapen naar den beelde Gods, was bestemd om de heerlijkheid van den Schepper te openbaren in eene volkomen harmonische vereeniging met den Heere. Hij was geroepen alzoo in de volle ontplooiïng van zijn wezen de deugden te verkondigen Desge ...

VAN DEN WOORDE GODS
3de Serie.
XI.
Ook uit deze door de traditie bewaarde herinnering blijkt, dat wij in de Heliige Schrift met een geheel bijzondere beschrijving der geschiedenis van doen hebben, die zich principieel onderscheidt van de wijze, waarop de volkeren, die buiten Gods bijzon ...

VAN DEN WOORDE GODS
3deSerie.
XIII.
De oudste gemeente des Heeren heeft, daar zij leefde onder de belichting van Gods Heiligen Geest, reeds een diep inzicht gehad in den staat der zonde, waarin de wereld verkeerde. Zij was reeds ontdekt voor de zedelijke gronden harer cultuur, zoodat zi ...

VAN DEN WOORDE GODS
3e Serie.
XIV.
De oude wereld verkeerde ten laatste in een hopeloozen toestand. Er was geene verwachting meer, dat het dreigend oordeel aan haar zou voorbijgaan. Ook van de geschiedenis der volkeren geldt, dat zij aan wetten onderworpen is, die met eene ijzeren noodw ...

VAN DEN WOORDE GODS
3e Serie.
XVI.
De zedelijke toestand der oude wereld was dus van dien aard, dat alle verwachting op hare bekeering afgesneden was. De Heere doorgrondde de verzondigdheid van haar bestaan, peilde den bodemloozen afgrond, waarin zij verzonken was, zoodat er van redding ...

VAN DE WOORDE GODS
3e Serie.
XVII.
Gods oudste gemeente heeft reeds een zeer diep inzicht gehad in de beteekenis der wereldzonde harer dagen. Zij was diep doordrongen van de doemschuld der wereld, in welker midden zij leefde, zoodat zij van den ondergang gewis was. En deze ontdekking v ...