
Christus, een teeken gezet, dat wedersproken zal worden.
Verdorren moog mijn tong - eer ik mijn Goël smade, niet neerbuige aan Zgn voet en stamel' God en Heer, Gij eeuwig Woord van God, vol waarheid en genade, Gij zijt des inenschen zoon -en Gods Zoon evenzeer.Verstijven moog' mijn arm eer ik hem smaden late. Heeft dan Zgn bloedig kruis Zijn d ...

Christo Triumphatori
O Koning, die, des Hendels Eden als Zegepraler ingetreden, nu zetelt op Uw glorietroon, omstuwd door tallooze Engelhelden, die 't groot mysterie juichend melden van d' aangebeden Menschenzoon,ook van deze aard, waarop Uw voeten eens bloedend hebben wandlen moeten naar 't Outer op Oalvarie' ...

Christus een Herder.
Ziet gij langs de groene voren niet dien trouwen Scheper gaan? Ziet gij niet hoe op. Zijn sporen bloeiend alle velden st, aan ? Kent gij niet de vrome kudde? Ziet dan naar Zijn Herderstaf, dien de Vader in den Hemel in Zijn Heilandshanden gaf.Het, een schaapke ging aan 't dwalen en Hij ijl ...

Volkslied.
God, Oranje en Nederland.Waar, fier en vrij, de boezem brandt van liefde en trouwen zin, daar rijst „het Lied van 't Vaderland en onze Koningin." Eén God, één Land, één Taal omsluit ons met den hechtsten band; één Leus weerklinkt van Noord tot Zuid: „Oranje en Nederland!"Draagt, zee ...

Eén-zijn in den Eénen.
Joh. 17 : 11, 21, 23.Komt, reiken wij elkander In trouw de broederband; die band houdt, wat verander', in Christus' liefde stand. Die liefde zal beklijven naar 's Heeren Heilig Woord: „gescheiden mag niet blijven wat bij elkaar behoort".Ofschoon al de andren weken, verdoold in 't sc ...

Eén-zijn in den Eénen.
Komt, reiken wij elkander in trouw de broederband; die bond houdt, wat verander', in Christus' liefde stand. Die liefde zal beklijven naar 's Heeren Heilig Woord: „gescheiden raag niet blijven wat bij elkaar behoort".Ofschoon al de andren weken, verdoold in 't schaduwdal, ons bindt één hei ...

Psalm CXXI.
Psalm CXXI. Ik richt naar de bergen verlangend de blikken. Van waar mij de hulpe genaakt? Mijn hulpe is van God, Die haar mij wil beschikken, Die hemel en aard heeft gemaakt. De Heer' zal voor wanklen uw voeten [bewaren. Die immer uw gangen bespiedt. Hij, Isrels B ...

Psalm CXXII.
Een Pelgrimslied. 'k Verblijd me in hen, die mij verhalen van d' optocht naar des Heeren Hof. Nu staan de voeten in uw palen, nu juublen U de tongen lof, Jeruzalem, o stad der steden, vermaarde veste, hoog gezet, waarheen des Heeren stammen treden, Zqn Naam ten dan ...

Hollands Zang.
Holland, welig land der Vaad'ren,Holland, eenig Vaderland, als gij maar in hart en aad'rend'ouden helden blijkt verwant. Zie, van de Eems tot aan de Schelde,van het Vlie tot Maas en Rijn, zoo ter zee en zoo te veldemoet het alles Hollandsch zijn.Hollands ouwen, ...

Psalm CXLVII.
Looft God! 't Is goed en schoon te juichen voor den Heer'; Hem past het lofgezang, getoonzet tot zijn eer. Jerusalem herbouwd, hersteld de weggezonden, 't gebroken hart geheeld, gebalsemd de oude wonden; geteld der sterren tal; bij name roept Hij ze alk n — grootmachtig is de Heer'; zijn doorzich ...