
Zieleklanken.
Maar waarom dan dat" droevig klagen ? Dat zuchten ? Waarom dan dat vragen Om van het kwaad verlost te zijn ? Waarom die smart wanneer gij toefdet In 't kwade, als gij Hem bedroefdet ? Is dat dan alles niets dan schijn ? Waarom dan steeds weer dat begeeren, Om alle dagen te verkeeren, In dienst va ...

Zieleklanken.
iv. Ik moet erkennen dat ik nimmer Het kwaad verlaten had, dat 'k immer Daarin was voortgegaan, want dat Was dag aan dag mijn hoogst begeeren, Daarin wild' ik alleen verkeeren. Bij 't voortgaan over 's levenspad.Zoo Koning Jezus m' in genade Niet had aanscho ...

Zieleklanken.
III. Gij gaat, zegt gij, steeds neergebogen. Omdat gij vreest dat g' u bedrogen Zult hebben, dat slechts alles schijn Geweest is, dat uw vragen nimmer Oprecht was, dat gij daardoor immer Verstoken zijt van 't bij Hem zijn.Maar, mijne ziele, zeg m' eens even. ...

Zieleklanken.
II. Ja, 'k weet dat Christus is gekomen. De zonden op Zich heeft genomen Van al de Zijnen, voor hen stierf, Dat Hij hun, door voor hen te geven Zijn eigen bloed, Zijn eigen leven. De eeuwige zaligheid verwierf.Ik weet dat Hij het bitter lijden Gewillig droeg ...

Zieleklanken.
I. Waarom, mijn ziele, zoo verslagen ? Waarom weerklinken alle dagen klachten ? Waarom gaat gij voort door strijd en twijfel neergebogen, met smart en droefheid overtogen, wijl steeds uw zuchten wordt gehoord ?Kunt gij dan gansch niet meer vertrouwen. Op Ch ...

In 's Heeren dienst.
U mijn leven, Heere, geven, 't Aan U en Uw dienst gewijd Doen passeeren, Met begeeren Daarin toeven t' allen tijd.Op mijn schreden Te betreden 't Pad waar 'k aan Uw zij mag gaan. Waar Gij m' immer Leidt en nimmer Mij, van hulp ontbloot, laat staan.Altoos jagend, Altoos vragend Naar ...

In bange dagen.
Ach, werd ik spoedig weggenomen, Ach, dat Gij nu maar wildet komen, Mij voerend naar mijn eeuwig huis, Waar 'k eindeloos verblijd kan wezen. Waar nooit geen smart zal zijn, geen vreezen. Geen druk of kommer, zorg of kruis.Dit zuchtend, vol verlangen klagen, Ontglipt mij vaak, dat is mijn v ...

Pinkstergebed.
Aan den morgen van dit feest, Der herdenking dat G' Uw Geest, Op deez' aard deedt nederdalen. Die de Uwen onverpoosd Zijn zou tot een zaal'gen troost. Met Zijn licht hen steeds bestralen.Buig ik mij, der heeren Heer', Voor Uw heilig aanschijn neer, Smeekend : Laat Uw Geest ook dalen In mij ...

Leer mij het kruis te dragen.
Ach Heere, 't is alles zoo donker en bang, Het kruis drukt zoo zwaar mij, de weg schijnt zoo lang, Dien 'k gaan moet daaronder gebogen, 'k Zie nergens geen uitkomst, 'k ga moedeloos voort, Geen enkel bemoedigend woord wordt gehoord. Dat blijdschap verwekt in mijn oogen.En telkens weer wil ...

Ik heb lust, o Mijn God, om Uw welbehagen te doen.
(Psalm 40 vers 9). „Vader, ach Vader, indien het kan zijn. Laat dezen beker, vol zielsangst en pijn. Mij dan voorbijgaan", klonk 't droevige klagen 't Bange geroep in Gethsémané's hof. Als Christus Jezus, gebogen in 't stof. Blikte op 't lijden, dat Hij thans moest ...