
Zieleklanken
XIII. Zou Koning Jezus dan niet hooren.Mijn ziele, zou Hij Zijne ooren Niet neigen, luist'rend naar 't gebed Waarmede gij tot Hem komt vlieden, Om u Zijn zaal'ge vree te bieden, Betoonend dat Hij op u let ?Zou dan die groote, dierb're Koning, Die eenm ...

Zieleklanken.
XI. Gij 't niet verdiend, gij niets meer waardig, Dan dat die Koning, gansch rechtvaardig, U van Zich stoot in d' eeuw'gen nacht, Daar waar berouw en wroeging knagen Aan u, mijn ziel, waar steeds uw klagen Vernomen wordt, waar smart u wacht.Gij niets verdien ...

BOONSTRA
Aan mijn hooggeachten Vriend en Broeder, den Weleerwaarden Ds. D. Mz. BOONSTRA, Ned. Herv. Predikant te Wezep. 29 Juli 1877 — 29 Juli 1917.Luc. 22:35 en Ps, 23.Veertig jaren God gewijd, dienend in Zijn Woning; veertig jaren in den strijd, kampend vpor uw Koning! O, uw hart is vol va ...

Psalm LXVl.
Nu juicht voor God, gij landen allen; zingt de eer Zijns Naams; doet 't loflied [schallen.'t Komt Gode toe. Nu spreekt Hem „hoe vreeslijk zijn Uw groote daden. geveinsd, gehuicheld wordt Uw macht zelfs door Uw vijand eer gebracht.Voor U buigt ieder land zich neder het zingt Uw Naam ...

Eén-zijn in den Eénen.
Joh. 17 : 11, 21, 23.Komt, reiken wij elkander In trouw de broederband; die band houdt, wat verander', in Christus' liefde stand. Die liefde zal beklijven naar 's Heeren Heilig Woord: „gescheiden mag niet blijven wat bij elkaar behoort".Ofschoon al de andren weken, verdoold in 't sc ...

Eén-zijn in den Eénen.
Komt, reiken wij elkander in trouw de broederband; die bond houdt, wat verander', in Christus' liefde stand. Die liefde zal beklijven naar 's Heeren Heilig Woord: „gescheiden raag niet blijven wat bij elkaar behoort".Ofschoon al de andren weken, verdoold in 't schaduwdal, ons bindt één hei ...

Psalm CXXI.
Psalm CXXI. Ik richt naar de bergen verlangend de blikken. Van waar mij de hulpe genaakt? Mijn hulpe is van God, Die haar mij wil beschikken, Die hemel en aard heeft gemaakt. De Heer' zal voor wanklen uw voeten [bewaren. Die immer uw gangen bespiedt. Hij, Isrels B ...

Psalm CXXII.
Een Pelgrimslied. 'k Verblijd me in hen, die mij verhalen van d' optocht naar des Heeren Hof. Nu staan de voeten in uw palen, nu juublen U de tongen lof, Jeruzalem, o stad der steden, vermaarde veste, hoog gezet, waarheen des Heeren stammen treden, Zqn Naam ten dan ...

Psalm CXLVII.
Looft God! 't Is goed en schoon te juichen voor den Heer'; Hem past het lofgezang, getoonzet tot zijn eer. Jerusalem herbouwd, hersteld de weggezonden, 't gebroken hart geheeld, gebalsemd de oude wonden; geteld der sterren tal; bij name roept Hij ze alk n — grootmachtig is de Heer'; zijn doorzich ...

Opstanding.
Herrijzing, ja herrijzing wacht, mijn stof, na 's graven korten nacht. Onsterflijk leven zal Die u schiep u geven. Hallelujah!Eens, als de Heer' des oogstes maait, zal 't koren, met geween gezaaid, zijn rijpe halmen aanbiddend buigend, psalmen: Hallelujah !O dag des danks, mijns Hee ...