
De roeping tot het ambt (3)
In het slot van ons vorig artikel hebben wij gesteld, dat wie lust heeft in een opzienersambt een voortreffelijk ambt begeert. Men mag daarnaar ook van harte verlangen, mits men dat dan maar doet om Gods wil, tot Zijn eer en uit liefde tot de gemeente Gods. Geen bijbedoelingen van welke aard ook ...

De roeping tot het ambt (5)
In een vorig artikel schreven wij, dat de inwendige roeping tot het ambt niet altijd met bijzondere openbaringen gepaard gaat. Integendeel zelfs: dit komt maar heel zelden voor, zoals aangetoond is. Wat dat betreft was ook een man als Wilhelmus a Brakel nuchter. In zijn 'Redelijke Godsdiensten' s ...