
Ach was ’t als weleer
Ach, Heere, het was mij zoo goed toen, [weleer Mijn hart, schoon vol droefheid en smart, [telkens weer, Aanschouwend mijn schuld en mijn zonden. Slechts uitging naar U, slechts verlangde [te gaan Ontvliedend het kwade, de zondige paan, Aan U en Uw dienst steeds verbonden.Toen was het zoo g ...

Feuilleton.
Van 's levenspad door COR. Twee dooden. Langzaam trok een rouwstoet door de straten van het groote R., gevolgd door een talrijke schare, welke meeging om dat lichaam aan den schoot der aarde toe te vertrouwen. Geen overdadige p ...

Feuilleton.
Van 's levenspad door COR Jong gestorven. 't Was Zondagmorgen. De verkwikkende voorjaarszon die buiten in het vrije veld de opnieuw herlevende natuur bescheen en die deed blinken en schitteren in wondere pracht en schoonheid, ...

Gena, o God, gena.
Ach Heere, 'k heb zoo lange mij vermaakt In 't ijdele genot, 'k heb in de zonden Zoo langen tijd mijn grootsten lust gevonden, 'k Heb jaren lang alleen daarnaar gehaakt. Daarin vertoefde ik van dag tot dag. Dat was het^eenigst wat mij kon behagen, Vergetend dat Uw oog mij immer zag. En dat Gij m' ...

Als 't leven slechts smart brengt.
Ach, Heere, Gij, Die alles weet, G' Aanschouwt toch ook het bitter leed. De diepe smart, het naamloos lijden, De groote droefheid van Uw kind. Dat in dit leven niets meer vindt, Waarin het zich nog kan verblijden.Gij ziet het immer voorwaarts gaan, Verlangend dat het uur zal slaan, Waarin ...

Van 's levenspad
De beste Helper.
Wie maar den goeden God laat zorgen, En op Hem hoopt in 't bangst gevaar, Is bij Hem veilig en geborgen. Dien redt Hij Godd'lijk, wonderbaar; Wie op den hoogen God vertrouwt. Heeft zeker op geen zand gebouwd.Zoo zong eenmaal een dichter, en die wo ...

Licht in den nacht.
't Was nacht in Beth'lems velden,
Als d' engel kwam vermelden :
'k Breng blijde tijding U,
'k Mag 'heden U doen hooren :
De Christus is geboren,
Hij is op aarde nu.'t Was nacht in Beth'lems velden,
Als d' engel dit kwam melden,
Doch bij diens komst verdwe ...

„Vader, vergeef het hun, want zij weten niet wat zij doen".
„Vader!" hoor hoe Jezus' lippen Nog den Vadernaam ontglippen, In dat bange lijden, schoon Hij Diens gramschap moet aanschouwen, Klinkt daar nochtans vol vertrouwen. "t „Vader", van Gods eigen Zoon.„Vader", pleit Hij „wil vergeven". Neen, Hij vraagt niet: „wil Mijn leven Wreken", doch vol l ...

Pinksterbêe.
Heere, bij 't opnieuw herdenken,
Dat G 'Uw Geest hebt willen schenken,
Opdat die het zondaarshart,
Weer tot U zou komen leiden,
Sterken in het kwaad bestrijden,
Troosten in der zonden smart;Buig ik neder voor Uw hoogen
Hemeltroon, richten mijn oogen
zich tot U, ...