
DE ARK BIJ DAGON
Sinds de slag bij Afek hielden de Filistijnen Israël in de wurgende greep van hun zegepraal. Silo? Praat niet meer over Silo, dat is van de kaart geveegd. De ark? De Heere, waar is Hij?
Bij ons juichen de Filistijnen. Zij vereenzelvigen de God van de ark met de ark Gods. Zij hebben God in hun ...

Ik ben de goede herder
Het leven, dat is nogal wat! En wie heeft het, dat waarachtige, dat eeuwige leven? De zonde heeft er ons van beroofd; het oordeel Gods doet ons de dood aan. De wet weigert het ons, we hielden haar niet. Wie van ons verwerft het door deugd en verdienste. Als de zaken er zo voorstaan, dan is het le ...

DE ARK DES VERBONDS
Israël leed de nederlaag, terwijl de ark des Heeren in hun midden was. Kan iemand dat verklaren? Wij komen de oorzaak op het spoor door twee vergissingen aan te wijzen, die het volk maakte.
Zij vergissen zich in de Heere. Hij laat Zich niet gebruiken als middel tot doel. De Heere der heirscha ...

DE NAAM DES HEEREN
De Heere kan ons geen kostbaarder dienst bewijzen, dan te zeggen hoe Hij heet. Onbetaalbaar dat uitroepen van de Naam. Aan de Naam genezen wij van onze wanen en angsten, het uitroepen schept helderheid. Barmhartig, daar begon het mee. Genadig. Geen grond in ons, geen verdienste onzerzijds, niets ...

KLACHT EN AANKLACHT
(1)Jeremia, uit een priesterfamilie tot profeet geroepen, is maar niet een man onder de mensen; hij is een man Gods, die het Woord Gods spreekt. Hij hoort de wereld van toen in haar voegen kraken, het wereldrijk van Assyrië gaat weldra te gronde. Hij ziet de breuken van zonde en oordeel, i ...

Jezus ziet hem komen
Kom en zie. Dat kan Filippus nu wel zeggen, maar Nathanael is geen klein kind, hij laat zich niet bij het handje nemen. Eerste verrassing: Nathanael gaat mee, omdat het eenvoudige woord, kracht doet. En Jezus zal hem zien aankomen. Tweede verrassing: Jezus ziet hem aankomen. Zoeken en vinden dat ...

Grotere dingen
Aarzelend kan men de belijdenis van Nathanael niet noemen. Integendeel, het komt er met volle overtuiging uit: „Rabbi, Gij zijt de Zone Gods, de Koning Israëls". Aanvankelijk mag men haar wel nemen in die zin, dat Jezus er verder zorg voor zal dragen. Hij laat hem niet met zijn aanvankelijke kenn ...

Kerstgang
Nu moet het er toch eens van komen. Wij kregen vier weken om ons voor te bereiden; straks luiden de kerstklokken: Kom dan, kom dan. Maakt u nog geen aanstalten? Laat u dat Kind voor wat het is; andermans kind, waar u niet naar omkijkt? Nee, dat kan niet, dat mag niet. De herders willen ons graag ...

DE NAAM
Weer klimt Mozes de berg op, in zijn hart klopt de verwachting: Daarboven zal hij God ontmoeten. De Heere had de onderhandelingen, in de tent der samenkomst, tot een goed einde gevoerd. Hij zou met Israël meetrekken, zijn aangezicht zou in genade over hem lichten. Wat Mozes zelf betreft: hij zal ...

Het aanroepen van de Naam (2)
Wanneer ons nu nog een bijzonderheid van Enos en zijn tijd wordt medegedeeld, hoor ik voortdurend het geschetten van Lamech er doorheen klinken. Net een stoorzender, die keihard overkomt. Lamech en Enos, gaan ver uit elkaar. Lamech is super-mens. Bij hem vergeleken is Enos een stumper. Waarom moe ...