
ZINGEN BIJ BEURTEN
Wanneer in Isrels oud en grijs verleden. De zangers, in Gods huis, hun hallels hooren deden. Zoo werd bij beurt' gezongen.
Nu weergalmden de gewelven 't lied van deze rei, Dan verhieven blijde jubels zich aan d' and're zij, Uit 't hart naar voor gedrongen. Zoo klonk het loflied beurtgewijs, D ...

ABBA, VADER
Abba, Vader, Abba. Geen tong, hoe wel bespraakt. Geen pen hoe fijn besneên. Die tot die hoogte raakt Van 't heilgenot der ziel, gesmaakt door Gods gekenden, Toen voor de eerste maal dit woord hun lot deed wenden. Ja, welk een ommekeer, bracht 't staam'len (of was 't zingen ? ) Van dit geweldig wo ...

JEZUS EN DIE GEKRUIST
Jezus en Die gekruist. Een dwaasheid voor den Griek, ^Den Jood een ergernis. Jezus en Die gekruist. Voor 't onherboren hart Van geen beteekenis.
Zoo kwam Hij dus uit louter liefde tot de Zijnen, Tot hen, voor wie Hij gansch vrijwillig alles gaf. En zij, zij hebben Hem, Gods Zoon, niet aangeno ...

ZIELEWEELDE
Getrouwe God. Hoe groot is 't goed. Dat G' in beginsel hebt gegeven. 'k Was dood in geestelijken zin. Doch Uw genade schonk mij leven. Hoe groot is 't goed ! Schoon 'k niets bezit Van deze aard, om op te steunen. Zoo mag ik toch, bij allen strijd Op Uwe trouw en almacht leunen.
Voor tonnen go ...

GOD — GOUD !
Scherp kan de tegenstelling zijn Door beide woorden weergegeven. Al is 't verschil in vorm slechts klein. Vaak kiest men „Goud" voor „God" in 't leven.
Men heeft dan oog en oor alleen Voor wat 't bezit hier kan vermeêren En men vergeet dit algemeen : Ook 't aardsche goed is gift des Heeren. ...

RICHT DAN UW OOG, O SIONIET
U, God, U zij mijn lied gewijd 'k Doe bij der ziele harp de psalmen hooren, En dank U voor de zaligheid Die 't zielsoog aan den einder reeds ziet gloren.
Nog hield de schoot der eeuwigheid. Der tijden snellen loop in zich verborgen Toen Gij, Die alle dingen leidt. Besloot, voor 't eeuwig heil ...

BEDE
o God, ik smeek U om gebed. Dat Gij mijn hart vervulle met Uw Geest, die 't bidden leert. Die my bij mijn gemis bepaalt. Mij uit mijn biddeloosheid haalt, Mij weer opnieuw bekeert.
Met heimwee denk ik aan weleer, Toen ik mijn ziel, zoo telkens weer Voor U uitstorten kon. Ach, wierd ik derwaar ...

KOMT, LUISTERT TOE!
Komt, luistert toe, gij godgezinden Gij, die den Heer van harte vreest Hoort wat mij God deed ondervinden, Wat Hij gedaan heeft aan myn geest:
Reeds een'ge jaren is 't geleden. Dat ik in ziele worsteling, Gods troon met smeeking en gebeden aanliep, als zondig sterveling. Als sterveling : den ...

DE EERSTE LIEFDE
„Dit, dit heb Ik tegen u", Zoo klaagt de Bruidegom der Kerk, „Dat Ik van d' eerste liefde Zoo weinig meer in u bemerk".
Die klacht vlijmt door mijn ziele. Want, ach, ze is volkomen waar. Waar is die eerste liefde ? Wat oorzaak toch verkoelde haar ?
En mijn gedachten keeren Weer terug, naa ...

DOOR GODS GEEST
Dan is het koud en kil ; Dan is 't dor en doodsch Zonder Uwen Geest, En zielsbeklemmend stil.
Zonder Uwen Geest Dan heeft het hart geen vat Aan Uw beloften. En troost'loos is het pad.
Zonder Uwen Geest Dan heeft 't gebed geen kracht. Dan geeft de ziele Op vloek noch zegen acht.
Zonder ...