
DE HOFNAR VAN GELRE
't Was dan ook iets heel buitengewoons, dat ssen monnik — want ik had het habijt nog aan — openlijk tegen de Paus en de Kerk wilde .optreden.
Ik beklom de kansel. Op duidelijke wijze verklaarde ik de 16 artikelen en vroeg daarop, of er iemand tegenwoordig was, die het voor Rome en de Pa ...

DE HOFNAR VAN GELRE
EEN VERHAAL UIT HET BEGIN DER ZESTIENDE EEUW Veertien dagen geleden ontving zijn klooster bezoek van een bedelmonnik uit Den Haghe. Bernardus — zo is de kloosternaam van de jonge monnik — voelde zich aanstonds tot de vreemde broeder aangetrokken en deze tot hem. ...

DE HOFNAR VAN GELRE
Die woorden hebben op Bernardus' ontvankelijk gemoed diepe indruk gemaakt. Telkens en telkens weer ziet hij in de geest de martelares van Monnikendam voor zich staan met haar bezield geloof en hoge moed ; en in diepe verslagenheid heeft hij zich eens op de verzuchting betrapt, liever dan aldoo ...

DE HOFNAR VAN GELRE
EEN VERHAAL UIT HET BEGIN DER ZESTIENDE EEUW
Hoofdstuk I.
Broeder Bemardus.
„ Zouden al die ketters vermaledijd zijn? en hun leer zó vervloekt? .... Maar — hoe kalm, ja, hoe blijmoedig vaak gaan velen van ...

DE HOFNAR VAN GELRE
EEN VERHAAL UIT HET BEGIN DER ZESTIENDE EEUW Een goddeloos leven leiden ze ; de meesten zijner kloosterbroeders. Hoe walgt hem hun brassen en dobbelen, vloeken en spotten. Het heeft hem aldoor angst aangejaagd, als hij hun zondige vermaken aanziet. Gelukkig mag ...

DE HOFNAR VAN GELRE
Lang duurt het geprevel, dat op deze bange zieleklacht volgt
Daar klepelt plotseling het vesperklokje. Het roept de monniken tot het avondmaal. De biddende richt zich moeizaam op.
Och, neen, het bevreemdt hem in 't geheel niet, dat het versperklokje eerst thans wordt geluid: hij ...

DE HOFNAR VAN GELRE
Al goed, al goed, lacht maar", zegt het kleine manneke, blijkbaar een weinig kregelig om de algemene vrolijkheid, waarvan hij het voorwerp is. „St-Bernardus, onze beschermheilige, weet ook wel, aan wie jullie liever biecht dan aan hem of een andere Sant".
„Zo, Bernulfje", klinkt het spotte ...

DE HOFNAR VAN GELRE
Bernardus gruwt van dit alles. Slechts enkelen, meer ingetogen en ernstiger, ziet hij de beker weigeren, hij zelf weigert ook. Wel wordt hem spottend een kroes voorgezet, doch hij doet of hij niets bemerkt.
O, hier zó onder een troep spotters en ijdelheidsmensen te moeten verkeren! Moch ...

DE HOFNAR VAN GELRE
Hierop heffen enkelen hun kroezen omhoog en zingen, als om alle ernstige en sombere gedachten te verdrijven, 't welbekende liedje:„Nog een glacie Na de gracie
Naar de les van Bonifacie !" De pater Cellarius is terstond bereid om aan dit verzoek te voldoen, temeer, daar hij ...

De Hofnar van Gelre
Dan, hoe warm onze jonge man ook ligt, inslapen kan hij toch niet. Het klopt en hamert en snijdt in zijn hoofd, of er een bende kwajongens bezig is hem te tergen, u eens ligt hij op de rechterzij, dan weer links. Als 't niet zo flauw was voor een man, zou hij gaan schreien.
Maar stil ! ...