
Prediking en communicatie (1)
In augustus 1988 ontving het hoofdbestuur een brief van een academisch technoloog, die een uitvoerige discussie uitlokte. De schrijver uitte zijn enorme zorg over de slechte manier waarop vele voorgangers met de gemeente communiceren. Het was hem opgevallen dat in de Verenigde Staten de communica ...

Een wacht voor onze lippen
In de honderd één en veertigste psalm verkeert David met zijn vrienden ver van Jeruzalem in zware nood. Wij weten niet precies wat de aanleiding is voor het dichten van deze psalm. Er kunnen vele oorzaken zijn van ellende, maar hoe dan ook – David kan aan de offerdienst niet deelnemen. Daarom vra ...

De geest van onze schuldbelijdenis
Oppervlakkig
Het is van groot belang in een juiste gesteldheid onze zonden te belijden. Stelt u zich eens vóór, dat iemand u op grievende manier had beledigd en nu kwam hij tot u en erkende u zijn overtreding in vage, dubbelzinnige woorden. Hij was uiterst luidruchtig in ...

Johannes Chrysostomus
Het was zo omstreeks het jaar 350 na Christus, dat er in het Syrische Antiochië – waar voorheen de leerlingen van Christus het eerst christenen werden genoemd – een jongetje geboren werd uit een voorname familie, dat na eeuwen nog steeds zou worden genoemd. De vrome ouders noemden hun kind Johann ...

Lektuur en praatkultuur
Tot de versterking of verzwakking van het geloofsleven behoort vooral nauwkeurig te letten op de keuze van onze lektuur. Goede lektuur bouwt op, slechte lektuur verzwakt. Het schijnt vreemd, dat wij hierover schrijven. Wie leest er nu tegenwoordig nog? Er behoort een zekere moed toe hierover te s ...

Terugblik op dertig jaar belijdeniscatechisatie
Na de Reformatie is, niet weinig door de invloed van het piëtisme, in de kerk gebruikelijk geworden, de bevestiging van belijdeniscatechisanten op Palmzondag. Men achtte dat het besluit van het catechetisch onderricht. Daardoor werden de catechisanten tot mondige leden van de kerk verklaard. Het ...

De praktijk van het geloofsleven (1)
I. De bron
In een afgelegen dorp woonde jaren geleden een eenvoudige vrouw, aan wie de buren om haar hartelijke en ware vroomheid de naam van Katharina met het grote geloof hadden gegeven. In dat dorp kwam nu eens een rondreizend prediker en deze hoorde in de loop ...

De praktijk van het geloofsleven (3)
III. De groei
Wij hebben tot nu toe vernomen, dat de Heilige Geest het geloof in ons hart werkt. Hij legt de relatie tussen de Heere Jezus Christus en ons. Er ontstaat overgave en vertrouwen. De Schrift kent dat Woord vertrouwensrelatie niet, maar geeft dezelfde werkelij ...

Schuldbesef en schuldgevoel (2)
II. De plaats van het schuldbesef
Bij niet weinigen heerst de gedachte, dat een mens zich pas dan iets van Gods genade mag toeëigenen, wanneer hij een algehele verslagenheid over de zonde kent. De gemeente-opinie is zo hier en daar deze, dat wij eerst bijna tot zelfmoord ...

Onmacht (2)
Schrift
De profeet Jeremia zegt ergens in het dertiende hoofdstuk van zijn profetieën een klemmend woord. Zal ook een moorman zijn huid veranderen, of een luipaard zijn vlekken? Zo zult gijlieden ook kunnen goed doen, die geleerd zijt kwaad te doen? Wie de zonde doet, is ...