
Gij weet het.
Wanneer in donk're dagen. Mijn hoop vervlogen schijnt ; Wanneer bij droevig klagen, 't Vertrouwen gansch verdwijnt. Maar toch, toch klinkt dan weder Uit mijn bedrukte ziel ; Als ik mij buig ter neder. Als 'k in de stilte kniel : „Gij weet toch of mijn klagen. Slechts was voor 's menschen oog ; Gi ...

Schuldgevoel.
Mijn gansche jeugd is heengegaan, Met jagen, zoeken naar de zonden ; Geen liefderijk of streng vermaan, Heeft weerklank in mijn hart gevonden.Ik wilde leven in het kwaad. Slechts zondendienst kon mij bekoren ; Ik lachte, spotte met den raad. Dien ik gedurig weer mocht hooren.Ik haak ...

Bij 't dalen der zonne.
De zonne zij daalde, Nog even bestraalde Haar purperen gloed De bloeiende velden, Wier luister vertelde : „De Heer' is zoo goed."Hij is 't Die Zijn zegen Ons schenkt, ons den regen Gedurig beschikt; Door vriend'lijke stralen Van 't zonlicht, die dalen, Gedurig verkwikt^,En als al di ...

ZIELEKLANKEN.
L ZIELESMART. Daar was een dag. Waarin ik zag, Dat 'k had Gods wet geschonden ; Geheel gerust, Met al mijn lust, Verkeerde in de zonden.Toen kwam een nacht, Waarin 'k herdacht, Al wat ik had misdreven ; Terwijl gestaag Weerklonk de vraag : „Wil, Heere, ...

ZIELEKLANKEN.
Zielsverdriet. Mijne ziel zou gansch haar leven, Aan den Heere willen geven. Dag aan dag, door niets gestoord ; Al haar jaren doen passeeren, In een vragen.en begeeren. Naar des Heeren dienst en Woord.Maar in al die vuile zonden, Die mijn ziele zoo doorwonde ...

ZIELEKLANKEN.
ZIELSVERWACHTING. Mijn ziel vliedt alle dagen Tot haren Schepper heen ; Niets kan haar meer behagen, Dan Hij, slechts Hij alleen.Naar zond' en ijdelheden Vraagt, zoekt zij thans niet meer ; Zij wil haar tijd besteden In Zijnen dienst steeds weer.Niets ...

ZIELEKLANKEN.
Zielsvertroosting. Als ik voor mijne sponde kniel, Nadat een dag is heengevloden, Die mijn van schuld bewuste ziel Vervuld deed zijn met duizend nooden. Komt in mijn moegestreden hart, Zoo menigmaal de vraag naar voren : Zou Hij, Dien 'k zoolang heb getart. ...

Zieleklanken.
Zieletwijfel. 't Kan zoo bang, zoo donker wezen, Op mijn weg door 't leven heen ; 't Is zoo vaak vol angst en vreezen, Vol van droefheid en geween.Want een vraag klimt alle dagen, In mijn ziele naar omhoog ; Die gedurig mij komt vragen, Of 'k mijzelven niet ...

Zieleklanken.
Bij 't vallen der bladeren. Weer zie ik ze vallen. De 'blad'ren, die allen Schier pas nog gewekt Tot leven, ontplooiden. En sierlijk zioh tooiden. Met schoonheid bedekt.Thans zie 'k hen weer kwijnen. Hun schoonheid verdwijnen. Zijn z' allen verdord; Niets is ...

Zieleklanken.
'Wat mij alleen vreugde kan geven. Gaarne geef ik gehoor aan het verzoek te antwoorden op „Bemoediging" van v. D. in het nummer van 17 Sept.Waarom toch, zoo hoor 'k u vragen. Waarom klinkt schier alle dagen Uwe bange zieleklacht?Waarom legt gij uwe handen, Niet op 's Hellands offera ...