
Van 's levenspad
De beste Helper.
Wie maar den goeden God laat zorgen, En op Hem hoopt in 't bangst gevaar, Is bij Hem veilig en geborgen. Dien redt Hij Godd'lijk, wonderbaar; Wie op den hoogen God vertrouwt. Heeft zeker op geen zand gebouwd.Zoo zong eenmaal een dichter, en die wo ...

Feuilleton.
Van 's levenspad door COR. 't IS ALLES GOED. Vele stormen waren over het hoofd gegaan van den ouden man, die op een der zalen van een groot ziekenhuis lag. Vele stormen, aleer hij den leeftijd, dien alleen de zeer sterken berei ...

Feuilleton.
Van 's levenspad door COR. Immer blijvende smart. II. Somtijds kan hij zich echter nog verblijden, wanneer hij kon hopen en vertrouwen, dat de Heere, Die nooit het werk Zijner handen laat varen, hem straks verwaardigen zal de e ...

Feuilleton.
Van 's levenspad op reis naar een ander vaderland. door COR. I. Schreiend zat Ada in den trein, welke haar naar de plaats bracht, waar zij in een betrekking ging. Nooit nog was zij van huis gewee ...

Feuilleton.
Van 's levenspad op reis naar een ander Vaderland. door COR. II. Gezamenlijk gingen Ada, Pietje en Cor nu een wijle voort over 's levenspad, elkander tot hulp en steun, tot troost en bemoediging ...

Feuilleton.
Van 's levenspad door COR.„Van 's levenspad". Zoo heet de nieuwe rubriek, welke vanaf heden in de kolommen van dit blad wordt opgenomen.Waarover daarin zal worden gesproken ? Waar die voor dienen moet ?Grepen genomen uit 't dagdijksch leven, zu ...

Feuilleton.
Van 's levenspad door COR. Uit het Moorenland. Nog kinderen zijnde, leerden Janna en Metje elkander reeds kennen, daar zij dicht bij elkander woonden en Metje meermalen bij Janna's moeder kwam om deze te helpen in de lichte hui ...

Zieleklanken.
III. Gij gaat, zegt gij, steeds neergebogen. Omdat gij vreest dat g' u bedrogen Zult hebben, dat slechts alles schijn Geweest is, dat uw vragen nimmer Oprecht was, dat gij daardoor immer Verstoken zijt van 't bij Hem zijn.Maar, mijne ziele, zeg m' eens even. ...

Feuilleton.
Van 's levenspad 'k Wil mijn misdaan, die U tergen, Niet verbergen, Ik bedek voor U die niet, 'k Ben vanwege al mijn zonden, Die mij wonden. Vol van kommer en verdriet. Dit vers werd zacht gezongen door een jongeman die op het perron van een klein tusschenstation l ...