
UIT DE HISTORIE
Hoofdstuk IV. Vervolg vers 6. Wij twijfelen er niet aan, of de Heilige Geest woont in ons; zonder eenig voorbehoud gelooven we, dat wij, gelijk Paulus zegt in 1 Korinthe 6 vers 19, tempelen zijn des Heiligen Geestes. Wanneer iemand liefde heeft voor Gods Woord, gaarne over C ...

Uit de historie
De innige band tusschen Paulus en de Galaten. Vers 12—20. Vervolg vers 17.De ergernis, welke het Evangelie teweegbracht, deed den apostelen ondanks alles toch veel leed.Het ging hun namelijk zeer aan het hart, dat het volk, o ...

UIT DE HISTORIE
Hoofdstuk III. Met een bekommering, een apostel eigen, ontvlamt Paulus in geestelijken ijver; zijn gemoed komt heftig in beweging ; en door betoogen en wederleggingen vlecht hij vermaningen en terechtwijzingen heen, zulks overeenkomstig den regel, welken hij heeft ...

UIT DE HISTORIE
Hoofdstuk III. Aanvankelijk waren de Galaten der waarheid gehoorzaam geweest, en hadden zij geluisterd. Daarom zegt Paulus : wie heeft u betooverd ? Want hiermede toont hij aan, dat zij, betooverd door de valsche apostelen, van de waarheid zijn afgevallen, ...

UIT DE HISTORIE
Hoofdstuk III. Een aanprijzing van de Handelingen der apostelen, vervolg vers 2. Ge kunt dus in de Handelingen ervaringen en preeken der apostelen vinden, alsmede voorbeelden, die de leer, dat de Geest ontvangen wordt uit het gehoor des geloofs, staven, e ...

UIT DE HISTORIE
Hoofdstuk III. Gelijkerwijs Abraham Gode geloofd heeft, en het is hem tot rechtvaardigheid gerekend. Vers 6. Tot nog toe heeft Paulus gesproken uit ondervinding, zeggende: gijlieden hebt eertijds geloofd; en toen ge dat deedt, verrich ...

UIT DE HISTORIE
Hoofdstuk III. Vervolg vers 7. Paulus strijdt dus tegen den trots der Joden, die hoogmoedig pochten, zeggende: wij zijn het zaad Abrahams. Inderdaad zijn zij dat. „Abraham is besneden, en beeft de Wet gehouden; wij doen dat ook". Toeg ...

UIT DE HISTORIE
Hoofdstuk III. Vervolg vers 8. Over de voortreffelijke en heerlijke woorden: „Abraham geloofde Gode" en „Ik heb u tot een vader gesteld over vele volken", woorden, die hoog van het geloof opgeven, en die beloften aangaande geestelijke ...

UIT DE HISTORIE
Hoofdstuk III. De zegen Abrahams wordt dus uitsluitend door het geloof ontvangen, want de tekst zegt duidelijk : Abraham geloofde in God, enz. Derhalve is deze zegen zuiver geestelijk van aard, en hij alleen mag op den naam „zegen'' aanspraak maken. En hoezeer hij ook door de werel ...

UIT DE HISTORIE
Hoofdstuk III. Vervolg vers 10. Wij moeten leeren, de gerechtigheid des geloofs principieel te onderscheiden van die, welke „naar het vleesch" of burgerlijk van aard is. Hier heeft Paulus het over een stuk, dat een theologisch en geestelijk karakter ...